Volkert van der Graaf wil ook onder reclassering uit

De rechtbank in Den Haag buigt zich donderdag opnieuw over een kort geding dat is aangespannen door Volkert van der Graaf, de moordenaar van Pim Fortuyn. Hij zet in op een einde aan bezoekjes die hij verplicht moet brengen aan de reclassering, elke drie maanden.

De evaluatie bij de reclassering hoort volgens de advocaat van Van der Graaf, Willem Jebbink, niet bij de voorwaarden die gesteld werden bij de vervroegde vrijlating van Van der Graaf.

Hij zou, schrijft het AD, zijn advocaat die hij meeneemt naar de evaluaties niet meer kunnen betalen. Zijn  woorden zouden volgens de veroordeelde moordenaar ‘worden verdraaid’ tijdens deze evaluaties, en dus heeft hij daartoe een advocaat nodig. Komende dinsdag velt de rechter een oordeel.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Sinds de veroordeelde moordenaar – onder voorwaarden – op vrije voeten is, dient hij het ene na het andere kort geding in om onder deze voorwaarden uit te komen.

In beroep

In februari oordeelde de rechtbank nog dat Van der Graaf niet langer verplicht is psychologische behandelingen of begeleiding hoeft te ondergaan. Het Openbaar Ministerie (OM) is hiertegen in beroep gegaan. Van der Graaf wilde dat deze behandelingen zouden stoppen, omdat hij ze naar eigen zeggen niet meer nodig heeft.

Volkert van der Graaf niet langer verplicht behandeld. Lees meer >

 De rechtbank stelde vervolgens vast dat de begeleiding op correcte wijze was afgerond. Van der Graaf, die in 2002 LPF-leider Pim Fortuyn vermoordde, kwam in mei 2014 vervroegd vrij na twee derde van zijn straf (achttien jaar cel) te hebben uitgezeten. De veroordeelde moordenaar had op dat moment twee derde van zijn straf van in totaal achttien jaar achter de rug. Maar OM bepaalde wel dat hij zich aan een aantal voorwaarden diende te houden.

Enkelband

Een daarvan was dat Van der Graaf zich elke week moest melden bij de reclassering. Ook mocht hij niet praten met de media en nabestaanden, en zich niet ophouden in Rotterdam, Hilversum, Den Haag en de plaatsen waar nabestaanden van Fortuyn wonen.

Maar de rechter maakte in 2014 al een einde aan dit locatieverbod, nadat Van der Graaf een kort geding aanspande tegen de Nederlandse staat om van deze voorwaarden af te komen. In oktober van dat jaar ging ook het verplicht dragen van een elektronische enkelband van tafel.