Voor de EU aan hervormen denkt, moeten de lidstaten eerst hun begroting op orde krijgen. Dat vindt de nieuwe minister van Financiën, Wopke Hoekstra (CDA). Hoekstra was dinsdag voor het eerst in Brussel voor een vergadering met de EU-ministers van Financiën. Direct onderscheidde hij zich door zich te keren tegen hervormingsplannen van de eurozone.
Dat meldt het FD. Hoekstra laat bij zijn eerste EU-top weten dat Nederland tegen een eigen begrotingscapaciteit voor de Europese Unie is. Ook wil hij als minister van Financiën niet garant staan voor nieuwe leningen die de EU wil aangaan. Eerst moeten de slechte leningen aan Italiaanse banken overboord. Voor Hoekstra was dit een belangrijke vergadering. ‘Ik heb willen markeren hoe we in de wedstrijd zitten,’ aldus Hoekstra.
Toekomstige buffer voor crises
Jeroen Dijsselbloem, die tot januari voorzitter van de eurogroep is, liet weten dat ‘een fors aantal ministers behoefte heeft aan een begrotingscapaciteit als stabiliseringsmechanisme,’ noteert het FD. Het is de bedoeling dat die gezamenlijke begrotingscapaciteit een toekomstige buffer vormt tegen mogelijke klappen. Daarmee zou de eurozone een crisis kunnen afwenden, is de gedachte.
De Europese Commissie wil de monetaire unie op korte termijn gaan hervormen. De voorzitter van de Commissie, Jean-Claude Juncker, zei eerder al dat hij graag ziet dat alle EU-landen de euro invoeren. De Franse president Emmanuel Macron wil dat de landen die de euro als munteenheid hebben, een gezamenlijke minister van Financiën krijgen, met een eigen budget.
Hervormen nog niet aan de orde
Jelte Wiersma: Nederland wil geen soeverein land zijn
Als het aan Nederland ligt, is hervormen van de Europese Unie nog niet aan de orde. De andere landen van de EU zouden eerst hun eigen begroting op orde moeten krijgen. Hoekstra: ‘Nederland en Duitsland hebben echt hervormd en zitten nu met een begrotingsoverschot.’
Hoekstra wil dat andere EU-landen hieraan een voorbeeld nemen. ‘We kunnen van andere EU-landen vragen hiermee harder aan de gang te gaan: met de AOW-leeftijd, de pensioenen, de arbeidsmarkt, beheersing van de zorgkosten en naleving van het begrotingspact.’