Minister Stef Blok van Buitenlandse Zaken vindt zijn uitspraken over onder meer migratieproblemen en het ‘mislukte’ Suriname achteraf niet zo verstandig. Hij had ze zo niet moeten doen, zegt hij in reactie op alle commotie. Zelfs zijn eigen partij VVD en coalitiepartner D66 uitten felle kritiek en eisten opheldering.
Blok gaat diep door het stof. Hij verwacht wel minister te kunnen blijven, hoewel ‘de Tweede Kamer daar over oordeelt’.
De opvolger van Halbe Zijlstra, die eerder dit jaar het veld moest ruimen na een leugen, zegt zijn uitspraken te betreuren. Hij zegt ook te betreuren dat hij met zijn uitlatingen aanstoot heeft gegeven: ‘Ik had beter op mijn woorden moeten letten.’
Blok deed zijn omstreden uitlatingen over migratie en de problemen met multiculturele samenlevingen ruim een week geleden op een besloten bijeenkomst voor Nederlanders die werkzaam zijn bij internationale organisaties. Beelden daarvan kwamen woensdag naar buiten door het programma Zembla.
Dit interview uit het weekblad mag u niet missen:
Minister wilde debat prikkelen
In een brief aan de Kamer zegt Blok dat hij het debat wilde prikkelen. ‘Om dat doel te bereiken heb ik tijdens deze bijeenkomst de scherpte van de discussie opgezocht en illustraties gebruikt die ongelukkig zijn. Ik heb mij daarbij in te scherpe bewoordingen uitgelaten.’
Hij gaat in de brief ook in op zijn uitspraken over Suriname, dat hij een mislukte staat noemde. Hij zou daarmee niet de internationale definitie van een ‘failed state’ hebben bedoeld. ‘Veel Surinaamse kiezers stemmen op kandidaten uit hun bevolkingsgroep in de verwachting dat deze politici het beste voor hun belangen zullen opkomen. Ik heb bedoeld te zeggen dat dit helaas een zwakte is in het politieke bestel.’
Ook leek hij op de bijeenkomst afstand te nemen van het kabinetsbeleid om asielzoekers over heel de Europese Unie te spreiden. In de brief ziet Blok zich dan ook genoodzaakt te benadrukken dat hij zich aan het regeerakkoord houdt.
Coalitiepartij ChristenUnie vindt de brief ‘een goede reactie om zijn ongelukkige uitspraken recht te zetten.’