Bruut geweld tegen ouderen: trend of incident?

Oudere vrouw met rollator. Foto: ANP.

Waar in veel culturen de bejaarde man of vrouw op een voetstuk wordt geplaatst, schort het er in Nederland nog wel eens aan. De laatste tijd zijn ouderen veelvuldig slachtoffer geworden van geweld of overvallen. Wordt Nederland steeds onveiliger voor ouderen, of gaat het om incidenten?

Wat overkwam ouderen vorig jaar allemaal?

Omdat bejaarden nu eenmaal lichamelijk minder stabiel- en dus kwetsbaarder zijn, zijn ze vanzelf een gemakkelijke prooi. Ouderen die alleen over straat lopen of alleen thuis zijn, zijn kwetsbaar wanneer ze worden overvallen of fysiek belaagd.

Neem nu een 71-jarige man uit Den Haag, die maandag overleed aan zijn verwondingen nadat hij was mishandeld door een groep tieners. Hij vroeg hun of hij ‘er langs’ mocht, de jongeren weigerden dit en zo ontstond er een ruzie waarbij de groep flink geweld gebruikte tegen de man.

Buurtbewoners spreken van ‘een grenzeloze lafheid’. Een jongen van 14 jaar oud heeft zich vorige week gemeld, afgelopen weekeinde meldden zich nog vier jongens in de leeftijd van 13, 14 en 15 jaar oud. Ze worden verdacht van betrokkenheid bij de mishandeling van het slachtoffer.

https://www.facebook.com/permalink.php?story_fbid=2565884623431682&id=523099297710235

Op maandag 2 september is een man van 72 jaar oud in de Limburgse plaats Geleen – waar afgelopen weekeinde tijdens een tuinfeest ook een echtpaar werd afgetuigd door een groepje jongeren – zwaar mishandeld. Dit gebeurde op de parkeerplaats van een zorgcentrum. De dader is voortvluchtig en de politie geeft in een oproep op Facebook een daderbeschrijving (zie bovenstaand bericht).

In februari zijn in het Noord-Hollandse Winkel een hoogbejaarde man en zijn vrouw, respectievelijk 92 en 90 jaar oud, beroofd van al hun spaargeld en juwelen. Het spaargeld bedroeg 16.000 euro, de sieraden hadden een waarde van bijna 7.000 euro. De dochter van het echtpaar zette een inzamelingsactie op, die zeer succesvol was: een dag later was al ruim 23.000 euro opgehaald, terwijl 5.000 euro het doel was.

Woningen van ouderen zijn sowieso een geliefd doelwit van inbrekers. Zo lieten de buren van de 86-jarige Jan van der Ent uit Rotterdam tralies plaatsen voor de deur van de hoogbejaarde man, omdat hij in twee jaar tijd drie keer slachtoffer is geworden van woningovervallen. In tegenstelling tot het slachtoffer zitten de daders niet achter de tralies.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Wat zeggen de cijfers?

Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) hebben er in 2017 ongeveer 291 duizend bejaarden – 9 procent van alle 65-plussers –  aangegeven dat ze te maken hebben gehad met oplichting, beroving en geweld, de zogenoemde gewelds-, vermogens of vandalismedelicten.

Uit de gezondheidsmonitor van 2016 is gebleken dat psychische mishandeling onder ouderen het meest voorkwam. Op het moment is het zo dat elk jaar een op de twintig ouderen ooit te maken zal krijgen met ouderenmishandeling, zo bleek vorig jaar uit grootschalig onderzoek van het ministerie van Volksgezondheid. 

In 2018 was er volgens het CBS een daling in het aantal geregistreerde misdrijven. Peter Hein van Mulligen, hoofdeconoom bij het CBS, twitterde over de discrepantie tussen de cijfers en de mening op straat:

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

De NRC trok na of zijn tweet ook klopt. Het eerste deel, dat ouderen minder misdrijven plegen klopt (uiteraard) wel, maar het is niet zo dat ouderen banger zijn voor criminaliteit dan jongeren. Van Mulligen corrigeerde zijn bewering: vergrijzing draagt ook bij aan een groter gevoel van veiligheid, omdat ouderen juist minder bang zijn voor criminaliteit dan jongeren. Wel hebben mensen van 65 jaar of ouder minder vertrouwen in de medemens en instituties.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Waar liggen de risico’s voor ouderen en wie zijn de daders?

Het is algemeen bekend, schreef de onderzoeksinstantie Politie en Wetenschap – gelieerd aan het ministerie van Justitie en Veiligheid – begin deze eeuw al, dat hoe ouder het slachtoffer is, hoe groter de kans is op mishandeling. Ouderen met een vorm van dementie, of een aangeboren hersenafwijking zijn nog sneller kwetsbaar.

Ouderen zijn vaker slachtoffer van online criminaliteit dan jongeren. Ze maken steeds meer gebruik van digitale apparaten en geven sneller hun privégegevens vrij, omdat ze niet gemakkelijk het verschil zien tussen opgestelde mails van criminelen, zogenoemde phishing mails, of normale mails. In 2012 was nog maar 34 procent van de ouderen te vinden op het internet, in 2018 was dit gestegen naar 68 procent. Tussen 2012 en 2017 is het aantal gevallen van cybercrime bij 75-plussers gestegen met 52 procent.

Daders zijn niet alleen maar passanten, maar kunnen ook dichtbij het slachtoffer staan. Zo komt financieel misbruik van ouderen het meest voor binnen de familiekring: volgens Plus Magazine, speciaal voor 50-plussers, is in 85 procent van de gevallen een familielid de dader.

Volgens minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Hugo de Jonge (CDA) is momenteel financieel misbruik de meest voorkomende vorm van ouderenmishandeling. De overheid heeft afgelopen zomer een tv-campagne gestart over dit probleem. De tv-spotjes zijn onderdeel van de overkoepelende ‘het houdt niet op’-campagne tegen huiselijk geweld. De campagne is bedoeld om mensen alert te maken en de symptomen te herkennen.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

In juni 2018 stelde raadslid Tanya Hoogwerf van de partij Leefbaar Rotterdam raadsvragen aan burgemeester Ahmed Aboutaleb (PvdA) over geweld en overvallen jegens ouderen. Ze suggereerde dat in Rotterdam veelvuldig racistische aanvallen op blanke ouderen werden gepleegd door vooral Turkse, Marokkaanse en Antilliaanse jongeren. ‘In nagenoeg alle gevallen lijken de allochtone daders van dergelijke misdrijven het doelbewust gemunt te hebben op kwetsbare slachtoffers van buiten de eigen etnische groep – in de praktijk voornamelijk autochtone en Aziatische Nederlanders op leeftijd,’ schreef Hoogwerf.

Ze verwees naar het Jaarrapport Integratie van het CBS uit 2012, waarin stond dat ‘Marokkanen in vergelijking 22 keer zo vaak verdachte zijn van vermogensdelicten met geweld, waaronder straatroven en roofovervallen’. Onder Antillianen was dit zelfs 24 keer zo vaak. Ook noemde Hoogwerf onderzoek uit 2016 van Bureau Beke, een bureau dat onderzoek doet naar veiligheidsvraagstukken en criminaliteit, waaruit blijkt dat autochtone Nederlanders in 87 procent van de gevallen slachtoffer worden van gewelds- en zedenmisdrijven. Van de allochtone slachtoffers voeren Indonesische Nederlanders de lijst aan.

Burgemeester Aboutaleb antwoordde dat het vermoeden van Hoogwerf niet kon worden bevestigd, omdat de politie de etnische achtergrond van verdachten en slachtoffers niet registreert. Daarom wilde hij geen onderzoek laten doen naar eventuele racistische motieven van allochtone daders jegens autochtone ouderen, waar Hoogwerf om had gevraagd: ‘De motivatie van plegers van deze delicten is gericht op de buit,’ verwierp de burgemeester de suggestie dat de etniciteit van slachtoffers een rol speelt. ‘Het gaat de pleger om geld, mobiele telefoons, sieraden en/of andere waardevolle spullen.’

Waar kunnen ouderen terecht?

Het Advies- en steunpunt huiselijk geweld heeft in 2010 een project opgesteld over de aanpak van ouderenmishandeling. Ouderen durven vaak geen melding durven te maken van mishandeling.

Ouderen hebben vaak afhankelijkheidsrelaties, omdat ze zelf kwetsbaar zijn. Onder andere door het isolement waarin veel ouderen verkeren, is geweld een moeilijk onderwerp om te bespreken. Vaak hebben ouderen een klein netwerk, waar de dader ook nog eens deel van uit kan maken. Het is daarom lastig om buitenstaanders voor hulp te bereiken.

Ook nemen ouderen vaak hun verzorgers in bescherming uit loyaliteit. Velen beschouwen het als verraad om degene die ‘veel voor hun doet’, te beschuldigen. Tevens zijn ze bang voor herhaling: als de dader erachter komt dat het slachtoffer heeft ‘geklikt’, zou die uit woede nogmaals geweld kunnen gebruiken.

Er zijn verschillende meldpunten voor ouderen waar ze een melding kunnen maken van mishandeling. Vanuit de Rijksoverheid is er het meldpunt ‘Veilig Thuis’, een advies- en meldpunt voor iedereen die te maken heeft met huiselijk geweld. Een ander voorbeeld is het meldpunt Ik vermoed huiselijk geweld, dat een speciale afdeling heeft voor ouderen.

Deze voorzorgsmaatregelen gelden voor geweld binnenshuis, maar een goede manier om geweld tegen ouderen op straat tegen te gaan, lijkt nog niet te zijn gevonden.