Salafistische scholen: ongelovigen verdienen doodstraf

Op salafistische scholen leren kinderen dat mensen met een ander geloof de doodstraf verdienen. Ook wordt hun geleerd dat ze niet tot de Nederlandse samenleving behoren. Het is een van de onthullingen in een onderzoek van NRC Handelsblad en Nieuwsuur. Er zouden zo’n vijftig instellingen in Nederland zijn waar de kinderen les krijgen.

Kinderen krijgen de lessen op salafistische instellingen. Die vallen buiten het reguliere onderwijs, waardoor de Nederlandse onderwijsinspectie de scholen niet onderzoekt. De lessen worden vaak in het weekend of ’s avonds gegeven, onder meer in moskeeën.

Alleen Allah mag wetten maken

Daar krijgen kinderen vanaf zes jaar oud les in het salafisme. Zo schrijft NRC dat hun wordt aangeleerd andere Nederlanders geen ‘fijne kerst’ te wensen. Met zo’n groet zouden de kinderen tonen dat zij tevreden zijn dat ‘christenen God een zoon hebben toegekend’.

Ook wordt de kinderen geleerd het polytheïsme als ‘ergste fout’ te beschouwen. Het polytheïsme is een verzamelnaam voor godsdiensten met meer goden, maar in de lessen wordt ook een andere invulling gebruikt. Daarbij wordt geleerd dat ook mensen die zelf wetten maken, ‘afgoderij’ plegen. Mensen die zoiets geloven, verdienen de doodstraf, zo krijgen de kinderen te horen.

Lesmateriaal uit Saudi-Arabië

Het lesmateriaal dat wordt gebruikt, is vaak afkomstig uit Saudi-Arabië, een van de grote wereldwijde sponsors van het salafisme. Ook docenten worden veelal in dat land opgeleid. In de lesboeken staan antisemitische teksten en wordt kinderen de islamitische manier van straffen aangeleerd. Zo geven NRC en Nieuwsuur een voorbeeld van een meerkeuzevraag over de juiste methode om overspeligen, homoseksuelen, afvalligen en andere ‘ongelovigen’ de doodstraf te geven. Daarbij konden ze kiezen uit zweepslagen, stenigen of doden met een zwaard.

Het salafisme pretendeert de ‘ware, zuivere’ versie van de islam te zijn. Het is een orthodoxe stroming binnen de islam. Salafisten willen dat de samenleving terugkeert naar de tijd en manier van leven van profeet Mohammed, die volgens de overlevering tussen 570 en 632 leefde. Salafisten beschouwen leefregels uit die tijd als echte wetten. Daarom kleden ze zich gesluierd en luisteren ze niet naar moderne muziek. Op die manier proberen ze de leefwijze van de profeet Mohammed te benaderen.

In Saudi-Arabië zijn de meeste volgers van de islamitische stroming. Het land geldt als een exporteur van het salafisme. Vorig jaar onthulden Nieuwsuur en NRC Handelsblad al dat in Nederland minimaal dertig islamitische organisaties miljoenen euro’s kregen uit Saudi-Arabië of buurland Koeweit.

AIVD waarschuwde al eerder voor salafisme

Begin dit jaar waarschuwde de AIVD al voor de gevaren van het salafisme in Nederland. Volgens de inlichtingen- en veiligheidsdienst is het salafisme een ‘intolerante religieuze ideologie’.

Ook constateerde de veiligheidsdienst dat ‘radicaal-islamitische aanjagers zich sterk weten te positioneren binnen het aanbod van het onderwijs voor jonge moslims’. De AIVD waarschuwde al dat door het salafistische onderwijs de Nederlandse democratie wordt ondermijnd.

Ondanks de waarschuwingen van de AIVD heeft de politiek moeite met ingrijpen. ChristenUnie-leider Gert-Jan Segers, die samen met VVD-fractievoorzitter Klaas Dijkhoff aanschoof bij Nieuwsuur, noemde het nieuws gisteren schokkend. ‘Vrijheid van godsdienst is een groot goed voor iedereen die hier in vrede wil samenleven,’ aldus Segers. ‘Maar die vrijheid is er niet om kinderen te leren haten.’ PVV-leider Geert Wilders wijst erop dat hij al jaren roept om de sluiting van islamitische scholen, en herhaalt die oproep nogmaals op Twitter:

Ook VVD-kamerlid Dilan Yesilgoz wil dat de salafistische scholen worden aangepakt:

Eerdere incidenten met salafisten

De onthullingen van Nieuwsuur en NRC Handelsblad zijn de meest recente in een lange reeks van berichten over salafistische invloed in de Nederlandse maatschappij. Afgelopen zomer berichtte het Algemeen Dagblad over salafistische jongerenwerkers in de gemeente Den Haag. De jongerenwerkers zouden in achterstandswijken Transvaal en Schilderswijk IS-propaganda tonen. Ook leerden ze kinderen hoe te verbergen dat ze radicaal gedachtegoed aanhangen.