Het Outbreak Management Team komt maandag 20 april weer bijeen om advies te geven aan het kabinet over de coronamaatregelen. Dinsdag zal premier Mark Rutte (VVD) bekendmaken hoe de coronamaatregelen er na 28 april uitzien. Dit zijn de meest voor de hand liggende adviezen.
De meest waarschijnlijke optie is het openen van de scholen. In dit plan zouden de scholen dan na de meivakantie gedeeltelijk of gefaseerd weer opengaan. Nu bieden die alleen nog opvang aan kinderen van ouders die beiden een cruciaal beroep hebben. De lessen hebben plaats via digitaal thuisonderwijs.
Meer achtergrond bij dit verhaal: Scholen open of dicht. Wat zegt de wetenschap?
Het openen van de scholen zou een hoop verlichting kunnen bieden aan ouders die nu nog thuiswerken en tegelijk hun kinderen thuisscholing moeten geven.
Leraren protesteren
Maar leraren hebben al aangegeven dat zij het heropenen van de scholen helemaal niet zien zitten. Lerarenvakbond Leraren in Actie (LIA) maakt zich grote zorgen over de gezondheid van het onderwijspersoneel en wil dat de scholen ook na de meivakantie dichtblijven.
Volgens de vakbond is er nog geen duidelijkheid over het besmettingsgevaar en de overdraagbaarheid van het coronavirus bij kinderen en jongeren. Daarom is het moeilijk vast te stellen welke risico’s het personeel hierbij loopt, zegt LIA.
De vakbond wil daarom tot aan de zomervakantie doorgaan met het digitale afstandsonderwijs. De bond is tegenstander van een combinatie van afstandsonderwijs en onderwijs in de klas, omdat dit tot te veel werkdruk leidt voor leraren.
Eerder werd ook gesproken over het inkorten of naar voren halen van de zomervakantie. Maar ook daar wil LIA niets van weten. De bond wil wel een uitzondering maken voor de eindtoets van het voortgezet onderwijs. Deze moet dan wel afgenomen worden in kleine groepjes en volgens de RIVM-regels.
Resultaten (beperkt) onderzoek vandaag bekend
De resultaten van een onderzoek van het RIVM naar de besmettelijkheid van het coronavirus bij kinderen worden vandaag bekend. Dat onderzoek is wel gebrekkig; het gaat om een onderzoek onder slechts honderd gezinnen. De eerste resultaten hebben betrekking op een nog kleinere steekproef omdat nog niet honderd gezinnen zijn gevonden die bereid zijn om mee te doen.
Lees ook het commentaar van Gertjan van Schoonhoven: Te dichtbevolkt voor ‘anderhalvemeter-samenleving’
Bij het coronavirus is er, ondanks de flinke stijging in het aantal besmettingen wereldwijd, tot nu toe geen overtuigend bewijs gevonden dat kinderen een grote rol spelen in de verspreiding van het virus.
Zo blijkt uit een steekproef in IJsland, waar de basisscholen gewoon open bleven, dat geen van de 848 kinderen onder de 10 jaar positief is getest op corona. En de delegatie van de Wereldgezondheidsorganisatie die in februari in China was, vond geen enkel geval waarbij het vermoeden bestond dat een kind een volwassene had besmet. En in studies waar wordt uitgegaan van modellen – geen werkelijke situaties met het coronavirus dus – lijkt het sluiten van de scholen in heel beperkte mate het verloop van de pandemie te beïnvloeden. Veel minder dan andere maatregelen, zoals het houden van anderhalve meter afstand.
In Denemarken wordt niet langer gewacht: de scholen gaan daar inmiddels stap voor stap open. Ook in Duitsland zijn plannen daarvoor gemaakt.
Aanpassingen in de horeca
Naast de scholen zullen ook horecamedewerkers en zogenoemde contactberoepen uitkijken naar de persconferentie van premier Rutte. Die sectoren liggen volledig stil sinds 15 maart. Grote vraag is hoe die bedrijven kunnen draaien in de anderhalvemeter-samenleving.
Restaurant Loetje heeft in Breukelen een heuse testlocatie ingericht voor een restaurant dat in die samenleving past. Gasten worden bij een balie met plexiglas ontvangen, voor zij naar hun tafel worden verwezen. Gasten en medewerkers lopen via speciale looproutes en de tafelopzet is ruimer opgezet.
Medewerkers krijgen extra training en dragen handschoenen. Bediening aan tafel is voorbij. Eten uit de keuken wordt op een speciale bijzettafel geplaatst waar gasten dat zelf kunnen pakken, zodra de medewerker op gepaste afstand staat.
Geld verdienen
Of ondernemers nog geld kunnen verdienen in de horeca is onduidelijk. Nieuwsuur sprak in Zwolle met een horecaondernemer die op basis van de anderhalvemeter-regel nog maar eenderde van zijn gebruikelijke klandizie verwacht toe te mogen laten.
Nu de datum van 28 april nadert bereiden ondernemers zich vast voorzichtig voor op de anderhalvemetereconomie. Kunnen winkels, theaters en restaurants straks weer de deuren openen? En hoe dan? We kijken mee met ondernemers in Zwolle. #Nieuwsuur pic.twitter.com/Q8WYM5TFrr
— Nieuwsuur (@Nieuwsuur) April 13, 2020
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
De zogenoemde contactberoepen werden op 24 maart door het kabinet gesloten. Nagelsalons, kappers en rijinstructeurs zitten verplicht thuis. In die beroepen is het haast onmogelijk om de anderhalve meter afstand te bewaren tot de klant. Of en hoe die beroepen weer hervat kunnen worden, is onduidelijk.
Mondkapjes als uitkomst
Mogelijk kan een mondkapje uitkomst bieden voor deze beroepen. RIVM-directeur Jaap van Dissel hintte daarop in de Tweede Kamer: ‘Als de schaarste minder wordt, zullen we steeds kijken of ze in bepaalde situaties wel degelijk toegevoegde waarde kunnen hebben.’ De inzet van de mondkapjes is afhankelijk van de schaarste. De medische zorg heeft voorrang op het gebruik van beschermende middelen.
Het is onwaarschijnlijk dat mensen in de contactberoepen met zelfgemaakte mondmaskers aan het werk mogen. Volgens Van Dissel moeten de mondkapjes aan bepaalde eisen voldoen, en voldoen zelfgemaakte mondkapjes daar niet aan.
Protocol
Vaststaat dat elke sector in de Nederlandse economie een plan moet hebben om weer open te kunnen. Dat zei minister van Economische Zaken Eric Wiebes vorige week: ‘Als je niet zo’n protocol hebt klaarliggen, kan ik me bijzonder moeilijk voorstellen dat je open kunt.’
In het protocol dat Wiebes (VVD) eist van elke sector moet staan hoe er voor de hygiëne van klant en medewerker wordt gezorgd. Ook moet de sector duidelijk maken hoe de nieuwe regels te handhaven.