Een van de eerste ministers die als aangeschoten wild door het leven ging, was Gijs van Aardenne (VVD). Die had op Economische Zaken de noodlijdende scheepsbouw zo ruimhartig gesteund dat een parlementaire-enquêtecommissie in 1985 een vernietigend oordeel velde. Ook al omdat de minister de Kamer verkeerd had voorgelicht. Hij mocht van het parlement blijven, maar had voortaan wel het etiket ‘aangeschoten wild’ op zijn voorhoofd.
Minister van Justitie en Veiligheid Ferd Grapperhaus (CDA) loopt datzelfde risico. De man die verantwoordelijk is voor het veiligheidsbeleid van het kabinet en daarmee ook voor de handhaving van de coronaregels, mocht ondanks het schenden daarvan op zijn bruiloft, van een Kamermeerderheid toch blijven.
Lees ook: De CDA-minister die niet trouwde
Grapperhaus bleek in het debat erover flink aangeslagen, getuige zijn getoonde emoties. Hij haperde met spreken en schoot vol.
Die emoties kunnen natuurlijk ook instrumenteel zijn geweest. Een topadvocaat, zijn vorige vak, is meestal ook een uitstekend acteur. Maar in dit geval moest hij zich verantwoorden voor het gedrag van zijn gasten en zichzelf op nota bene zijn eigen bruiloft. Dat is andere koek dan een kwestie op het terrein van het arbeidsrecht, zijn specialisatie als advocaat.
Laden…
Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.
Bent u al abonnee en hebt u al een account? log dan hier in
U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.
Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?
Wilt u opnieuw inloggen