Als Nederland de 6,5 miljard euro uit het coronaherstelfonds wil krijgen, moeten huiseigenaren en zelfstandigen daarvoor boeten. Toch zegt Nederland waarschijnlijk niet ‘doei Brussel, houd die centen lekker maar’ – de enige logische reactie. Waarom niet, leest u hieronder in vier vragen.
1. Eerst dit: het Coronaherstelfonds, wat is dat ook weer?
Het Coronaherstelfonds (officieel de Recovery and Resilience Facility) moet EU-lidstaten helpen te herstellen van de coronacrisis en moet hun weerbaarheid en groeivermogen vergroten. Er is ruim 800 miljard euro beschikbaar, waarvan grofweg tweevijfde als gift en drievijfde als lening.
Lees ook dit spraakmakende omslagverhaal terug over het herstelfonds: Geen stuiver extra naar Zuid-Europa
Een lidstaat die geld wil uit het Herstelfonds, moet een plan indienen bij de Europese Commissie. Dat moet uiterlijk half 2022. De hervormingsplannen moeten blijvend effect hebben, passen binnen de bredere economische context van de lidstaat en voorzien zijn van een adequaat controle- en auditmechanisme.
Ook moeten de hervormingsplannen bijdragen aan de klimaatdoelen en digitale transitie. Minstens 37 procent van de begrotingsplannen dient aan klimaatmaatregelen te worden besteed, en 20 procent aan digitalisering.
De Commissie kijkt samen met de Raad naar de mate waarin doelen worden gehaald. Blijft een lidstaat in gebreke, dan kan een andere lidstaat bezwaar maken tegen verdere uitbetaling. Dat wordt dan tijdens de vergadering van de Europese regeringsleiders besproken. Als de Commissie instemt met een hervormingsplan, mogen de lidstaten in de Europese Raad het laatste oordeel geven, op basis van een gekwalificeerde meerderheid van stemmen (geen veto dus).
Het Herstelfonds wordt gefinancierd door de Commissie, die geld ophaalt op de kapitaalmarkt. De Europese begroting is het onderpand. Het geld moet worden terugbetaald uit nieuwe inkomstenbronnen voor de Commissie: belasting op plastic afval en op digitale activiteiten, inkomsten uit het emissiehandelssysteem én nog verder uit te werken plannen. Kortom er is nog lang geen volledige dekking. De leningen moeten in 2058 zijn afgelost
2. Dus Nederland gaat eindelijk eens financieel profiteren van de EU?
Nou, dat valt tegen. Nederland brengt jaarlijks meer geld naar Brussel dan het terugkrijgt. In 2019 bedroeg dat verschil in het nadeel van Nederland 5,5 miljard euro. Nederland is daarmee na Duitsland qua percentage van het nationaal inkomen de grootste nettobetaler aan de EU, aldus de Rekenkamer.
Maar ook nu er geld te verdelen of uit te delen is, staat Nederland niet bepaald vooraan. In het herstelfonds zit zoals gezegd ruim 800 miljard euro. Nederland ontvangt daarvan nog geen 1 procent, namelijk 6,5 miljard euro. Italië ontvangt 191,5 miljard euro, bijna een kwart. Dat is even andere koek. Wel zij aangetekend dat een deel van het fonds uit leningen bestaat, het is niet allemaal gratis geld.
Dat EU-geld uit het herstelfonds komt niet onvoorwaardelijk – met dank aan premier Mark Rutte (VVD), die tijdens de onderhandelingen over het fonds heeft geëist dat landen waar nodig ook hervormen. Italië heeft braaf toegezegd om aan de gewenste hervormingen te voldoen (altijd afwachten of dat echt gebeurt, natuurlijk).
Maar – het bekende boemerangeffect – Nederland moet óók hervormen om die schamele 6,5 miljard binnen te halen. De hypotheekrenteaftrek moet worden afgebouwd, en de fiscale tegemoetkomingen aan zzp’ers versoberd, zo oordeelt de Commissie. Dat is allemaal te lezen in een document (Stand van zaken EU-herstelplan) dat minister Wopke Hoekstra van Financiën (CDA) gisteren naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Dat deze eisen in de lucht hingen, was al langer duidelijk. Nu heeft Hoekstra het ook bevestigd.
3. Waarom zou Nederland de renetaftrek versneld afschaffen én de zzp’ers korten, als het maar 6,5 miljard euro oplevert?
Nederland is het enige land in de EU dat nog geen plannen heeft ingeleverd. Die moeten in de formatie worden vastgelegd. De plannen kunnen tot de zomer van 2022 worden ingediend.
Een logische reactie zou zijn: doei Brussel, houd die 6,5 miljard lekker maar, wij bepalen zelf hoe onze fiscale kaders eruitzien, en de hypotheekrenteaftrek en de zelfstandigenaftrek zijn financiële steurmaatregelen waarop heel wat gezinnen hun financiële toekomst hebben gebouwd. Haal je die weg, dan storten we tienduizenden Nederlanders in de misère.
Maar de brief van Hoekstra kan ook worden gelezen als een signaal van wat zich voltrekt aan de formatietafel. Het nieuwe kabinet, als het er al komt, zal de hypotheekrente en de zelfstandigenkorting waarschijnlijk nog sneller gaan afbouwen en kan zich dan veilig verschuilen achter Brussel. Vooral D66 is gebrand op versobering van de fiscale vrijstellingen.
Het mes snijdt dan voor de nieuwe regering aan twee kanten. Ze krijgen 6,5 miljard uit Brussel én geven minder geld uit aan fiscale douceurtjes voor huiseigenaren en zzp’ers. De 6,5 miljard zou dan volgens het Financieele Dagblad onder meer worden besteed aan de ‘waterstofeconomie’ en de bouw van een fabriek voor medische isotopen, ter vervanging van die in Petten.
4. Nog even. Die regelingen voor huiseigenaren en zzp’ers worden toch al in versneld tempo versoberd?
Inderdaad. Zelfstandigen (en ondernemers met een eenmanszaak, of vennoten in een firma) hebben nu nog recht op de zogeheten ondernemersaftrekken. Een ervan is de zelfstandigenaftrek. Die is de laatste jaren al verlaagd, en bedraagt 6.670 euro. Dat bedrag komt in aftrek op de winst van de ondernemer, die daarover dus geen belasting betaalt. Tot en met 2036 wordt de zelfstandigenaftrek afgebouwd naar 3.200 euro. Maar de Commissie vindt dat niet snel genoeg.
Ook de huizenbezitter krijgt te maken met hogere belastingen. Aan de ene kant is de hypotheekrente per 2023 ook nog maar tegen 37 procent aftrekbaar. Volgens hetzelfde mechanisme dat van toepassing is op de zelfstandigenaftrek.
Meer over belastingen voor huizenbezitters: Het huis naar box 3. Hoe kan dat eruitzien?
Een andere belangrijke wijziging is dat de huiseigenaar tot 2019 nooit belasting hoefde ‘bij te betalen’ over het huis. Je kreeg geld terug door de hypotheekrenteaftrek, of je betaalde niks. Maar sinds 2019 wijzigt dat jaarlijks stukje bij beetje, door de langzaam sneuvelende ‘Wet Hillen’.
Bij het inkomen moet jaarlijks 0,5 procent over de waarde van het huis worden bijgeteld (het eigenwoningforfait). Over die bijtelling betaal je tot 49,50 procent belasting. Als het huis meer waard is dan 1,1 miljoen euro, dan bedraagt de bijtelling over het meerdere 2,35 procent. Dat is de villataks.
De ‘Wet Hillen’ hield in: geen hypotheekrente, dan ook geen eigenwoningforfait, en dus geen belasting. Die regel wordt tot 2048 afgebouwd.
Wie zijn hypotheek aflost, zoals starters per 2013 deels verplicht zijn, of aan het eind komt van de maximale termijn voor de aftrek van 30 jaar (in 2031 krijgt de eerste groep huiseigenaren daarmee te maken, omdat de termijn in 2001 is ingevoerd), gaat steeds meer belasting betalen over het huis. De eigenaar van een hypotheekvrij huis van 1 miljoen euro betaalt dit jaar 247 euro aan belasting. In 2048 is dat 2.224 euro. En als het aan Brussel ligt waarschijnlijk eerder.