Volgens het laatste OMT-advies zou het verstandig zijn om ook op sommige buitenlocaties mondkapjes te dragen. Bovendien geeft het OMT nu specifiek de voorkeur aan chirurgische mondneusmakers. Hoe zat het ook weer met die verschillende typen mondmaskers?
1. Wat adviseerde OMT tot nu toe over mondkapjes?
Het kabinet heeft, op advies van het Outbreak Management Team (OMT) wat betreft de adviezen rond het dragen van mondkapjes, sinds het begin van de pandemie voortdurend een meer afwachtende houding dan de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en veel andere landen.
Terwijl het in veel Aziatische landen door de ervaringen met SARS en MERS en plaatselijke luchtvervuiling vanzelfsprekend was om massaal mondkapjes te dragen, duurde het in Europa en de Verenigde Staten een stuk langer voordat het nut daarvan werd onderkend. En in Nederland duurde het nog eens veel langer dan waar ook.
Dat kwam ten eerste door de overtuiging bij Jaap van Dissel en zijn collega’s dat verspreiding van het virus zich bijna uitsluitend voordoet via grote druppels die de besmette persoon uithoest en binnen 1,5 meter op de grond vallen. Afstand houden zou dan al genoeg zijn om besmetting te voorkomen. Bovendien toonden de meeste studies die op dat moment voorhanden waren niet overtuigend aan dat mondkapjes een grote bijdrage zouden leveren.
Voorstanders van mondkapjes wezen er steeds op dat het wellicht verstandig zou zijn om uit voorzorg mondkapjes te dragen, ook al was de wetenschap er nog niet uit. Het OMT was niet gevoelig voor het argument van baat het niet dan schaadt het niet.
2. Hoe veranderde het OMT-standpunt over mondkapjes?
Maar in de loop van de pandemie kwam er steeds overtuigender bewijs dat het coronavirus zich in binnenruimtes wel degelijk in kleinere druppeltjes en over grotere afstanden kan verspreiden en ook waren er steeds meer aanwijzingen dat mondneusmaskers, mits op de juiste wijze gedragen, virusdeeltjes kunnen tegenhouden.
Lees meer over omikron: Onzeker begin nieuw coronajaar
Terwijl veel burgers met een blik op het buitenland het heft in eigen hand namen, schaarde het OMT zich langzaam achter het WHO-advies en adviseerde het dragen van mondkapjes op steeds meer plekken: uiteraard in de zorg, maar ook in het openbaar vervoer en op andere openbaar toegankelijke binnenlocaties. Maar het sprak zich niet of nauwelijks uit over het type mondkapje dat het meest geschikt zou zijn. Alleen in de zorg wordt al geruime tijd geadviseerd om in situaties met ‘aerosol-vormende handelingen’ zogeheten FFP2-maskers te gebruiken. Als verplegend personeel bijvoorbeeld een beademingsbuis moet inbrengen, kan er een grote hoeveelheid virusdeeltjes vrijkomen.
3. Wat adviseert het OMT nu over mondneusmakers?
In zijn 137ste advies gaat het OMT nu op twee fronten een stap verder, in navolging van veel andere landen, maar het zal critici niet ver genoeg gaan.
Ten eerste acht het OMT het verstandig om op meer plekken mondneusmaskers te dragen, onder meer in winkelstraten, bij sportevenementen en op drukke markten. Saillant detail: ook demonstraties, die de laatste tijd veelal juist gericht zijn tegen coronamaatregelen, worden in dit rijtje genoemd. Daar komt bij dat het OMT het nu specifiek heeft over een ‘medisch mondneusmasker (chirurgisch mondneusmasker, minimaal type II)’.
Lees ook dit commentaar: Blijvende dreiging coronavarianten vereist plan voor langere termijn
Het OMT wil FFP2 niet als basisbescherming voor algemeen gebruik, zoals in Duitsland wel al gangbaar is, omdat er ook nadelen bekend zijn. ‘Bij langdurig gebruik kunnen klachten als benauwdheid, kortademigheid, vermoeidheid en hoofdpijn optreden. Een FFP2-masker is daarom zelfs gecontra-indiceerd bij mensen met een longaandoening en bij zwangeren.’
4. Welke typen mondkapjes zijn er?
De verschillende typen mondneusmaskers hebben enigszins verwarrende aanduidingen. Ook is op het eerste oog niet goed te zien welk soort masker je in handen hebt. Een niet-medisch masker kan er bijvoorbeeld net zo uitzien als een FFP1-masker. Dit zijn de gangbare soorten mondkapjes op een rij.
Stoffen mondkapje
Mondkapjes van een laag textiel, al dan niet zelf gefabriceerd, bieden de minste bescherming, maar volstaan volgens de regels op plekken waar een mondkapjes verplicht is. Ze houden grote druppels enigszins tegen, maar kleinere druppels gaan er in twee richtingen makkelijk doorheen. Deze maskers hebben geen CE-markering op de verpakking. De overheid moedigt het kopen of zelf maken van dit soort maskers tot op heden aan.
Prijs: varieert
Niet-medische maskers
Dit zijn de, meestal lichtblauwe, wegwerpmaskers om te gebruiken in openbare binnenruimten en het openbaar vervoer. Deze maskers hebben geen officiële aanduidingen, behalve de mededeling dat ze alleen bedoeld zijn voor civiel gebruik (dus niet voor persoonlijke bescherming of medische doeleinden). Ook staat er geen CE-markering of medische claim op de verpakking of een tekst die verwijst naar een norm. Voor deze maskers gelden geen wettelijke eisen over de kwaliteit en de bescherming die ze bieden.
Prijs: circa 20 cent per stuk
Face shields en spatbril
De doorzichtige plastic kap is geen medisch hulpmiddel en wordt om diverse redenen gedragen. Er waren berichten dat het virus ook via de slijmvliezen van het oog kon binnendringen, vandaar ook het gebruik van de spatbril. En sommigen zien het als een alternatief voor het gelaatsbedekkende mondneusmasker. Maar het face shield biedt nauwelijks bescherming tegen de verspreiding en het inademen van deeltjes als het niet wordt gecombineerd met een goed aansluitend mondneusmasker.
Prijs: face shield circa 5 euro, spatbril circa 10 euro
Chirurgische mondneusmaskers
De term klinkt gewichtig, maar deze maskers verschillen uiterlijk nauwelijks van de bovengenoemde niet-medische maskers. Ze bieden wel betere bescherming, omdat ze zijn voorzien van een extra filterend laagje. Ze zijn vooral bedoeld om te voorkomen dat de drager anderen besmet. Type I van deze chirurgische maskers heeft een zogeheten bacterie filter efficiency (BFE) van minimaal 95 procent en is niet spatresistent. Type II-maskers hebben een BFE van minstens 98 procent en zijn eveneens niet spatresistent. Dit is het type dat het OMT nu iedereen adviseert om te dragen op drukke locaties waar 1,5 meter afstand houden niet mogelijk is.
Prijs: circa 30 cent per stuk
FFP-mondneusmaskers
FFP-maskers beschermen de drager tegen het inademen van ziektekiemen. FFP staat voor Filtering Facepiece Particle, ofwel een gezichtsmasker dat deeltjes filtert. Het toegevoegde getal (FFP 1, 2 of 3) drukt uit hoe goed de ingeademde lucht wordt gefilterd. Hoe hoger het getal, hoe hoger de aerosolfiltratie. FFP1 filtert 80 procent van de deeltjes uit de ingeademde lucht, FFP2 94 procent en FFP3 99 procent. In de zorg wordt vooral gebruik gemaakt van FFP1- en FFP2-maskers. Er zijn ook maskers met de Amerikaanse aanduiding N95 (of de Chinese KN95). Deze stemmen overeen met FFP2.
Prijs: circa 1 euro per stuk
Voor alle maskers geldt dat de opgegeven bescherming alleen gegarandeerd is als de drager het masker volgens de voorschriften draagt. Dat betekent dat een wegwerpmasker na gebruik de prullenbak ook echt in moet en niet in de jaszak worden gestopt om dagenlang opnieuw te gebruiken.
Bovendien moet het masker over mond en neus worden gedragen. Het OMT spreekt daarom ook niet meer van mondkapjes, maar van mondneusmaskers. En het mondkapje moet zo goed mogelijk aansluitend worden gedragen, omdat er anders in twee richtingen te veel lucht ongefilterd in en uit kan stromen.