Hopla, het kabinet gaat meebetalen aan de hoge energierekening. Zelf zuinig aandoen of aan het werk gaan, hoeft de burger niet. Wederom: welkom in de compensatiemaatschappij.
Lees het verhaal van Joris Heijn en Jeroen van Wensen: Welkom in de compensatiemaatschappij
‘Welkom in de compensatiemaatschappij’ stond boven een verhaal van Joris Heijn en Jeroen van Wensen dat EW eind maart publiceerde. Zij brachten in beeld hoe de overheid steeds financieel bijspringt als burgers of bedrijven met tegenvallers te maken krijgen. Die kunnen tientallen miljarden euro’s aan vergoedingen tegemoetzien.
Bij het verhaal stonden acht voorbeelden die optelden tot een bedrag van 36 miljard euro. En daar zat nog niet de coronasteun bij van zo’n 45 tot 50 miljard euro. Noch de vergoedingen die boeren kunnen krijgen als ze hun bedrijf verplaatsen of stopzetten vanwege de stikstofuitstoot, waarvoor 25 miljard is uitgetrokken.
Ter illustratie twee voorbeelden uit het lijstje. Zo heeft de overheid 1 miljard euro gereserveerd ter compensatie voor studenten die tussen 2015 en 2023 geen basisbeurs kregen. Uiteraard hebben de studenten al laten weten dat ze het bedrag onvoldoende vinden. Het tweede voorbeeld betreft de 2 miljard euro die de overheid opzij heeft gezet om medisch specialisten te compenseren die van een maatschap overstappen naar loondienst.
Het ware klapstuk in deze reeks – nog niet bekend toen het verhaal werd gepubliceerd – moest toen nog komen: de geste van de overheid om alle ruim acht miljoen huishoudens te gaan compenseren voor de hoge energierekening. Dit generieke steunpakket, fraai door zijn ogenschijnlijke eenvoud, komt erop neer dat de overheid tot een bepaald verbruik de rekening bijpast, hoe hoog die rekening ook mag stijgen.
Hoet moet dat bedrag van 10 tot 40 miljard worden betaald?
Feitelijk heeft het kabinet daarmee een blanco cheque afgegeven. Afhankelijk van de energieprijzen, die worden bepaald op de wereldmarkt, ligt het bedrag tussen de 10 en 40 miljard euro voor 2023. Het kabinet mag blij zijn als het bij 20 miljard euro blijft. Ter indicatie: dat is hetzelfde bedrag als D66-minister Kajsa Ollongren van Defensie in 2023 mag uitgeven. Van die 20 miljard kun je ook zo’n 25 ziekenhuizen een jaar lang betalen – van pleisters tot salarissen.
Hoe moet dat bedrag van 10 tot 40 miljard worden betaald? Daar ging het debat vorige week in de Tweede Kamer over met minister Sigrid Kaag (D66) van Financiën. Niemand die het zeker wist. En dus moet de Tweede Kamer, uniek in de parlementaire geschiedenis, akkoord gaan met een begroting die een enorm gat vertoont en waarvan ook nog eens niemand weet hoe groot dat gat is. Maar linksom of rechtsom, de rekening komt uiteindelijk voor het grootste deel weer terug bij burgers en bedrijven.
Lees ook dit opiniestuk van Gertjan van Schoonhoven: ‘Compensatiemaatschappij’ tekent zich af. Slechte zaak
Voor de dekking van de kosten rekent het kabinet erop dat het 5 miljard euro binnenkrijgt doordat de overheid zelf ook profiteert van de gestegen energieprijzen. Nederland verkoopt immers zelf ook gas. En het rekent op de energieconcerns, die ook profiteren van de gestegen energieprijzen en al hebben aangeboden meer dan 1 miljard van hun overwinst in een noodfonds te plempen. Die winst is immers niet het gevolg van slim ondernemerschap, maar puur een gevolg van de gestegen prijzen.
Laden…
Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.
Bent u al abonnee en hebt u al een account? log dan hier in
U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.
Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?
Wilt u opnieuw inloggen