Op 15 maart stemt de kiezer voor de Provinciale Staten, die eind mei op hun beurt de Eerste Kamerleden kiezen. In juni kiezen de nieuwe senatoren hun voorzitter. Is VVD’er Jan Anthonie Bruijn, de huidige Eerste Kamervoorzitter, opnieuw beschikbaar? Een gesprek over de politiek en zijn eigen toekomst.
De Leidse hoogleraar immunopathologie, gespecialiseerd in nierziekten, is sinds 2012 Eerste Kamerlid en sinds 2019 voorzitter van de senaat. Hij staat tweede op de VVD-kandidatenlijst voor de Eerste Kamer, onder lijsttrekker Edith Schippers.
EW Overijsselse CDA’ers willen dat de Statenverkiezingen niet meer in alle provincies op hetzelfde moment worden gehouden. Dan kapen landelijke politici die verkiezingen minder, is het idee. Goed plan?
Jan Anthonie Bruijn: ‘In ons tweehonderd jaar oude stelsel is altijd discussie over hoe het bestuur in elkaar steekt. Ik zie dat als een vorm van onderhoud plegen aan onze democratie. Daarom hebben we vrijwel iedere tien jaar een staatscommissie die onderzoek uitvoert en een hele trits aanbevelingen doet. Sommige worden overgenomen, andere niet. Je ziet dat het vertrouwen in onze democratie best hoog is. Het schommelt wel. Als de maatschappij voor grote problemen staat, wordt het vertrouwen wat lager. Maar als zaken zijn opgelost, stijgt dat vertrouwen weer.’
EW Vorig jaar ontnam u PVV-Kamerlid Marjolein Faber het woord. Hoe is de sfeer in de Eerste Kamer?
Bruijn: ‘Ieder jaar behandelen we ruim driehonderd wetswijzigingsvoorstellen. Het merendeel van die debatten verloopt heel goed. Daarover lees je niets in de krant. Dat is een goed teken. Maar als iemand over de schreef gaat, dan is dat groot nieuws. Voor het eerst in zestig jaar werd iemand het woord ontnomen. Dat laat ook zien dat het zelden voorkomt. Het was een zakelijk geschil. Met senator Faber heb ik een prima relatie.’
Lees ook dit essay van
Bruijn over Eerste Kamer
EW Doodsbedreigingen van politici zijn haast normaal. Verruwt de maatschappij?
Bruijn: ‘Mijn vader was geen groot fan van PvdA-premier Joop den Uyl. Vast wel meer mensen waren dat niet. Die klaagden dan bij hun man of vrouw, of tegen de buren. Dankzij sociale media is die onvrede zichtbaar geworden. Dat is ook een goed teken. Het recht van vrijheid op meningsuiting en demonstratie zijn een groot goed. Het zegt iets als mensen boos zijn. Ik vergelijk het maar zo: als mijn stropdas vroeger scheef zat, dan wist ik het niet. Nu lees ik het op Twitter en kan ik ‘m rechttrekken. Dat laat natuurlijk onverlet dat doodsbedreigingen ontoelaatbaar zijn.’
EW Is de politiek nog een aantrekkelijk ambt?
Bruijn: ‘Het ambt is zwaar, maar ook heel waardevol. Ik zie dat dit jaar weer aanzienlijk meer mensen zich hebben aangemeld om in deze mooie Kamer te komen dan dat er plaatsen zijn.
‘Ik word vaak uitgenodigd om te komen spreken, bijvoorbeeld bij de jongerenbeweging van de VVD of de PvdA. Daar zie ik jonge mensen heel gepassioneerd spreken over de politiek. Ik roep iedere jongere die ik spreek ook altijd op: ga iets doen bij een partij. Dat hoeft niet veel tijd te kosten, maar is wel heel belangrijk.’
EW Bij de afgelopen Tweede Kamerverkiezingen werden veel nieuwe partijen verkozen. Dreigt soortgelijke versplintering in de Eerste Kamer?
Bruijn: ‘Sinds Mark Rutte regeert, hadden zijn kabinetten zelden gelijktijdig een meerderheid in de Eerste en Tweede Kamer. Toch zijn grote maatschappelijke problemen aangepakt en hervormingen doorgevoerd. De financiële crisis is opgelost, de economie staat er weer sterk voor en overleefde ook de coronacrisis. Het land is dus bestuurbaar gebleven.’
EW Baalt u weleens na een negatief oordeel van de rechter over een wet, bijvoorbeeld in de toeslagenaffaire of bij de aanpak van stikstof?
Bruijn: ‘Ik ben juist blij dat de rechter oordeelt over onze wetten. Dat is deel van de trias politica. De rechter schiet onze wetten niet af, maar oordeelt over hoe je die moet begrijpen. Je ziet dat rechters vaak kijken naar onze Handelingen, om erachter te komen wat senatoren of ministers precies voor ogen hadden met een wet.
‘In de wet zit soms ruimte, of kan iets strijdig zijn. Ik snap dat een bewindspersoon kan balen over hoe de uitspraak van een rechter uitpakt, maar ik doe dat niet. De rechter beschermt burgers tegen de macht van de overheid. Dat is een groot goed.’
EW Hoe staat het met uw ambities?
Bruijn: ‘Ik sta voor de VVD op de tweede plaats van de kandidatenlijst voor de Eerste Kamer. Daarmee is de kans aanwezig dat ik opnieuw in deze Kamer beland. Als dat zo mag zijn, dan stel ik mij opnieuw verkiesbaar als voorzitter van de Eerste Kamer.’