In 2024 is Sophie in ’t Veld (59) twintig jaar lid van het Europees Parlement. Nog elke dag windt de D66’er zich op over wat er niet deugt aan de EU-democratie. ‘Alles in de Europese Raad is ondoorzichtige koehandel.’
De bescheiden kamer van Sophie in ’t Veld in het Europees Parlement in Brussel is deels in beslag genomen door bureaus en documenten van een team dat onderzoek doet naar gebruik van spyware in mobiele telefoons van Europese politici. Haar assistent schuift provisorisch twee stoelen in een lege hoek en plaatst daartussen een donkergroene plastic verhuiskist als tafeltje.
‘Vroeger stopten we die kisten vol met ordners als we naar Straatsburg gingen,’ zegt In ’t Veld enigszins meewarig. ‘Op donderdag zette je ze in de gang voor je kamer, en maandag trof je de kist in Straatsburg weer aan. Nu is alles online.’
In 1994 werd Sophie in ’t Veld medewerker in Europees Parlement
Dat In ’t Veld over ‘vroeger’ begint, verbaast niet. De eigengereide D66’er heeft nogal wat ‘vroeger’ in Brussel. Bijna dertig jaar geleden, in 1994, werd ze er medewerker. In 2004 begon ze aan haar eerste vijf jaar als Parlementslid. Over een jaar viert ze dat ze twintig jaar Parlementariër is. Ze is een van de langst- zittende volksvertegenwoordigers.
Sophie in ’t Veld (1963, Vollenhove). Studeerde geschiedenis. Sinds 1994 in Brussel, eerst assistent in Parlement, daarna Comité van de Regio’s. Sinds 2004 is ze Europees Parlementariër voor D66. Heeft latrelatie. Woont in Brussel.
Ook na bijna dertig jaar Brussel verbaast ze zich nog elke dag, net zoals ze zich nog elke dag kan opwinden over wat er allemaal niet deugt in Brussel.
‘Het internationale heeft me van jongs af geprikkeld en ik vind het nog steeds een van de leuke dimensies van dit werk. Als je in Nederland werkt, of het nu in de politiek is of niet, kun je goed inschatten wat iemands achtergrond is, waar hij of zij vandaan komt en wat hij of zij wil. Hier is dat altijd weer nieuw.’
‘Je zit hier zo ongelooflijk midden in de geschiedenis’
Zelfs nationaliteit zegt niets. ‘Iemand kan een Hongaars paspoort hebben maar van een Hongaarse minderheid zijn uit zeven andere lidstaten. Iemand kan een Ests paspoort hebben maar eigenlijk Rus zijn. Je zit hier zo ongelooflijk midden in de geschiedenis. In Nederland hadden we het idee van: de geschiedenis is klaar, we schaven nog een beetje bij. Maar in Oost-Europa is die nog levend, zo dichtbij. Door de oorlog in Oekraïne komt dat weer op de voorgrond. En vergeet Zuid-Europa niet! Een paar decennia terug waren Spanje, Portugal en Griekenland nog dictaturen. In deze landen is die erfenis nog in alles onderhuids aanwezig.’
De fascinatie voor de grote wereld begon in een rijtjeshuis in Den Haag. ‘Wij hadden in de zomer altijd twee keer drie weken buitenlanders in huis die een cursus internationaal recht volgden in het Vredespaleis. Wij zaten dan met het hele gezin op één kamer, de andere werden verhuurd. Zo zaten we hele zomers met mensen van achter het IJzeren Gordijn, uit dictaturen in Zuid-Amerika, Afrikanen. Je zat daar met de hele wereld en dus ook met de problematiek van democratie, vrijheden. Mijn moeder vond alles best en we hadden een grote eettafel. Er was er altijd wel één die zijn nationale gerecht ging klaarmaken, dan nodigden we wat vrienden uit en zat je met twintig man en al die verhalen. Ik zat daar als tiener echt te genieten.’
‘Heel banaal, ik ben voor de gezelligheid lid geworden’
Aan de muur in haar werkkamer hangt een fotocollage met prominent een foto van In ’t Veld met partijcoryfee Hans van Mierlo. Ze heeft onlangs een boekje geschreven, The Scent of Wild Animals. De Europese politiek ontbeert volgens In ’t Veld helaas wat Van Mierlo ‘de geur van wilde beesten’ noemde, die hij waarnam als de Tweede Kamer een minister het vuur na aan de schenen legde.
Was Van Mierlo de reden dat zij zich aansloot bij D66? ‘Nee. Heel banaal, ik ben voor de gezelligheid lid geworden, toen ik in Delft woonde. Veel vrienden waren al lid. Kroegmaatjes, die ook op mijn sportclub zaten. Ik dacht: dat zijn goede mensen, dus het zal wel leuk zijn bij D66. Ik werd lokaal actief en ontdekte dat het bij me paste.’
Politicus worden was nooit haar plan. ‘Toen ik al actief was in de partij werd mij bij een training gevraagd waar ik mezelf over tien jaar zag. En toen hoorde ik mezelf tot mijn eigen verbazing zeggen: dan zit ik in de politiek.’ Niet lang daarna kreeg ze de kans om assistent te worden van D66-Europarlementariër Johanna Boogerd-Quaak. ‘Daar heb ik toch wel de volle dertig seconden over nagedacht. Een gouden kans. Ik weet nog dat ik met mijn huurbusje en mijn meubels Brussel binnenreed en dacht: dit is thuis.’
Belangrijkste missie is iets te doen aan democratisch tekort van EU
Na het assistentschap bij Boogerd volgde een periode als fractiesecretaris van de Europese Liberalen bij het Comité van de Regio’s in Brussel. In 2004 werd ze Europees lijsttrekker voor D66. Als parlementariër werd ze in Brussel en ook in Nederland een bekend gezicht door de uitgesproken en vasthoudende manier waarop ze onder meer rechtsstaat en privacy verdedigt. Maar haar belangrijkste missie is iets te doen aan het democratisch tekort van de EU.
Breek haar de bek niet open. ‘Er gaat meer en meer macht naar Europa, en dat vind ik een goede zaak. Je moet kunnen reageren op een pandemie, op de oorlog in Oekraïne of een energiecrisis, en dat gebeurt redelijk doortastend. Maar het gaat in een democratie ook om macht en tegenmacht. Je ziet dat de Europese Raad dingen doet, en de Europese Commissie andere dingen, maar als je vraagt hoe het zit met de sms’jes van Von der Leyen over coronavaccins en met de financiering van Oekraïne via de Europese Vredesfaciliteit, dan krijg je geen antwoord.’
Laden…
Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.
Bent u al abonnee en hebt u al een account? log dan hier in
U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.
Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?
Wilt u opnieuw inloggen