Nederland is bijna alle asielverzoeken gaan inwilligen, en hangt dat als enige land ook nog eens aan de grote klok. Geen wonder dat de asielketen bezwijkt. Tijd voor stevig ingrijpen.
Europa de schuld geven: voor nationale politici is het een beproefde uitweg uit elk probleem dat hun boven het hoofd is gegroeid. Zo ook in de zogeheten ‘asielcrisis’. Verantwoordelijke politici, en in hun kielzog tal van commentatoren, benadrukken graag dat de enige echte oplossing ‘Europees’ is.
En inderdaad: als het gaat om asielbeleid, faalt Europa opzichtig. Geen bewaakte binnengrenzen meer, maar ook nog steeds geen afdoende bewaakte buitengrenzen. Een asielstelsel dat migranten in handen duwt van criminele mensensmokkelaars en dwingt tot het nemen van krankzinnige risico’s: duizenden lieten al het leven op de Middellandse zee.
Geen continent dat de humanitaire grondrechten voor vluchtelingen juridisch zo in beton heeft gegoten als Europa; maar met alle migranten die desondanks niet in aanmerking blijken te komen voor de vluchtelingenstatus – de helft – weet Europa zich geen raad.
Acht jaar nadat de extreem-linkse, Moskou-vriendelijke Syriza-regering in Griekenland om ideologische en populistische redenen doelbewust alle verplichtingen van de Schengen- en Dublin-akkoorden opblies, zijn Europese afspraken op het gebied van asielmigratie de facto ‘dood’. Brussel legt zich erbij neer, zoals het zich ook neerlegt bij de chronische onwil van Oost-Europese lidstaten om asielzoekers op te vangen.
Luister ook EU-podcast BruXL over EU-asielbeleid(tekst gaat hieronder verder):
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
En toch. Als de asielcrisis één lichtpuntje heeft, dan is het dat die duidelijk maakt dat niet alles de schuld van Europa is. Sinds de ‘grasveldcrisis’ voor de deur van het aanmeldcentrum in Ter Apel, in de zomer van 2022, groeit het inzicht in Nederlands eigen falen.
Nederland is in paar jaar door eigen toedoen uit de pas gaan lopen bij vergelijkbare landen
Het Nederlandse asielbeleid is in een aantal opzichten gaan afwijken van dat van vergelijkbare, omringende Europese landen. Daardoor heeft het zichzelf extra aantrekkelijk gemaakt als eindbestemming voor asielzoekers uit Syrië, Jemen, Turkije, Afghanistan en Irak, om de belangrijkste herkomstlanden van dit moment te noemen. De ‘asielcrisis’ is namelijk – óók – een crisis van eigen makelij.
Dit inzicht is te danken aan de groeiende hoeveelheid data en ambtelijke analyses die verantwoordelijk staatssecretaris Eric van der Burg (VVD) de afgelopen weken naar de Tweede Kamer stuurde. Aanleiding was de ontdekking, afgelopen najaar, dat Nederland sinds 2020 een opvallend hoog percentage van alle asielverzoeken honoreert.
Tot 2020 werden er meer asielverzoeken afgewezen dan ingewilligd. Sindsdien is het andersom. Het gemiddelde inwilligingspercentage liep op tot wel 85 in de eerste helft van 2022. Dat is echt veel hoger dan het inwilligingspercentage van omringende landen, laat staan het gemiddelde van de hele EU.
Zelfs Duitsland komt niet aan hoger inwilligingspercentage dan 62 procent
In de hele unie wordt nog niet eens de helft (48 procent) van alle (eerste) asielverzoeken ingewilligd, en in qua instroom en beleid met Nederland vergelijkbare lidstaten als België, Duitsland, Frankrijk, Oostenrijk en Zweden was het percentage ook beduidend lager. Frankrijk willigt een kwart van de verzoeken in, en zelfs Wir-schaffen-das-Duitsland – tweede na Nederland – komt niet hoger dan 62 procent. Sinds 2020 ‘loopt Nederland uit de pas in de EU’, luidt dan ook de ambtelijke conclusie.
Het gaat hierbij om de inwilliging in eerste aanleg, zoals dat heet, omdat alleen dat cijfer zich leent voor onderlinge vergelijking. Voor vergelijking van het uiteindelijke inwilligingspercentage zijn de procedurele verschillen tussen de landen te groot. Maar ook zonder die vergelijking is duidelijk dat Nederland ruimhartiger is geworden dan andere EU-landen. In de jaren daarvoor immers liep het Nederlandse percentage redelijk in de pas. Nu willigt Nederland opeens zo’n beetje álle asielverzoeken meteen in.
Syriërs? 96 procent. Turken? 99 procent. Dito Afghanen en Jemenieten. Ook nationaliteiten die tot 2020 nog voor de helft of (veel) meer hun asielverzoek afgewezen zagen – Irakezen, Somaliërs, Iraniërs, Pakistanen – ‘scoren’ percentages tussen de 70 en 90.
Nederland honoreert, zo luidt de conclusie, niet alleen de verzoeken van asielzoekers uit specifieke, ‘kansrijke’ landen als Syrië meteen, maar over de volle breedte. ‘Op een groot aantal nationaliteiten willigt Nederland substantieel meer in dan andere lidstaten,’ aldus Van der Burgs ambtenaren. Nederland is Europees kampioen asielverzoeken inwilligen geworden. Met uitzondering weliswaar van de ‘veiligelanders’ die terugmoeten, maar die krijgt het dan weer het land niet uit.
Laden…
Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.
Bent u al abonnee en hebt u al een account? log dan hier in
U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.
Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?
Wilt u opnieuw inloggen