Peter Altmaier en Jan Peter Balkenende: ‘Het is nu of nooit voor Europa’

Van links af: Peter Altmaier, Jan Peter Balkenende en Diana Matroos. Beeld: Carla Joosten

Twee christen-democraten belijden hun passie voor de Europese Unie en betreuren dat de verworvenheden vaak niet worden gezien. Behalve door andere continenten.

Huis Schuylenburch oogt als een museum. Het Haagse stadspaleis in Franse stijl hangt vol Hollandse meesters uit de vroeg-achttiende eeuw, heeft prachtige stucplafonds en plafondschilderingen. Sinds 1888 woont hier de Duitse gezant, later ambassadeur.

Deze namiddag staat in het teken van de verbondenheid van Nederland en Duitsland en de Europese verkiezingen. Oud-premier Jan Peter Balkenende (CDA) en de Duitse oud-minister Peter Altmaier (CDU) zitten op Louis XVI-stoeltjes om onder leiding van presentator Diana Matroos met elkaar in gesprek te gaan.

Eerst halen ze nog wat herinneringen op. Over hoe Altmaier als jongere veel in Nederland kwam en door boeken te lezen zich de taal machtig maakte. Balkenende grijpt terug op zijn schooltijd, toen leerlingen mochten kiezen naar welke Europese stad ze op reis zouden gaan. ‘Londen of toch Parijs? De keuze viel honderd procent op Berlijn.’

Dan blikt hij nog even terug op zijn tijd als politicus. ‘Ik was hoogleraar geweest en had gewerkt bij het Wetenschappelijk Instituut voor het CDA. Maar toen ik in 2001 leider van de partij werd, ging het alleen over mijn haar, bril en pak. Iemand zei tegen me: “Jan Peter, mijn kleinzoontje van elf vroeg me of de nieuwe man van het CDA de vader was van Harry Potter.”’

EU heeft Europeanen veel goeds gebracht

Gelach in Huis Schuylenburch. Veel te lachen is er eigenlijk niet. Neem de beheersing van het Duits in Nederland. ‘Gezien het belang van Duitsland in economisch en politiek opzicht is de Duitse taal belangrijk. Gelukkig werken in de Rotterdamse haven nog mensen die vloeiend Duits spreken,’ zegt Balkenende. Engels is vandaag de dag de voertaal. Altmaier weet nog dat Duitse parlementariërs die taal niet eens beheersten. Dat ze dat nu wel doen, is vooruitgang.

Over de Europese Unie zijn de twee het eens. Die heeft de Europeanen veel goeds gebracht. Altmaier wijst op het ontstaan van de Europese Gemeenschap als reactie op de vele oorlogen tussen Duitsland en Frankrijk. ‘Vijf oorlogen in minder dan 150 jaar. Sindsdien is er nooit meer een oorlog geweest tussen twee lidstaten. Dat is nergens anders in de wereld.’

Nederland was volgens Altmaier niet altijd gelukkig met de innige samenwerking tussen Duitsland en Frankrijk binnen de Unie. Zelf bepleitte hij een stevige band met Nederland. ‘Omdat het een buurland is waarmee wij cultureel en economisch het meest gemeenschappelijk hebben. De Duits-Franse samenwerking is belangrijk, niet omdat de landen het automatisch eens zijn, maar omdat wij qua cultuur en identiteit vaak van mening verschillen. Dus moeten we praten, elke keer praten.’

Volgens Balkenende maken de actuele ontwikkelingen de noodzaak om samen op te trekken nog groter. ‘We hebben elkaar nodig. Neem de oorlog in Oekraïne, het hele veiligheidsvraagstuk. Zie hoe klimaatverandering realiteit wordt, zie het migratievraagstuk of de concurrentie van China, de Verenigde Staten en andere landen. Daarop kunnen we als land niet alleen reageren,’ zegt Balkenende.

‘Er is geen tijd voor politiek gekissebis. Hopelijk leidt deze verkiezing tot een breder besef dat we elkaar nodig hebben. En dat politieke partijen samen werken aan een gemeenschappelijk perspectief. Anders verliezen we tijd om ons tegen alle dreigingen teweer te stellen.’

Verworvenheden worden vaak niet gezien

De voormalig minister-president herinnert aan de economische dip in de jaren tachtig. Europa was een museum. Als reactie kwam de interne markt met vrij verkeer van goederen, personen en diensten, maar die verworvenheden worden vaak niet gezien. ‘Als je college geeft, zijn de studenten van buiten Europa het positiefst. Ze zijn onder de indruk van de vrijheid, afwezigheid van oorlog en dat je zomaar grenzen kunt passeren, overal kunt studeren en werken. Hier heb je bij een Europa-debat zo’n chagrijn. Onbegrijpelijk.’

Altmaier denkt dat het ontbreken van duidelijke democratische procedures voor de verkiezingen slecht uitpakt voor de Unie. ‘We hebben geprobeerd de verkiezingen zo te organiseren dat het Europees Parlement de voorzitter van de Europese Commissie kiest. Helaas is dat maar één keer gelukt.’

De discussie eindigt in mineur. Balken­ende bepleit ‘meer eenheid’. Zijn enthousiasme herinnert aan 2006, toen hij de term ‘VOC-mentaliteit’ muntte en ‘meer over grenzen kijken en meer dynamiek’ bepleitte. Europa is volgens hem een mooi continent, maar dat blijft het niet vanzelf.