De ruim 1 miljoen Nederlanders in het buitenland moeten ook kunnen stemmen voor de Provinciale Statenverkiezingen en daarmee indirect voor de Eerste Kamer. De kieswet zou daarop aangepast moeten worden.
Daarvoor pleiten binnenlandse en buitenlandse afdelingen van D66.
Uitgesloten
‘Ook de Eerste Kamer, een steeds politieker orgaan, heeft zeggenschap over de Nederlanders in het buitenland. Andersom is dit niet het geval: deze Nederlanders zijn uitgesloten van het indirecte kiesrecht voor de Eerste Kamer,’ stellen zij.
De lokale D66-afdelingen leggen een motie voor aan hun leden waarin zij oproepen om haast te maken met de wijziging van de kieswet. Ze willen dat het in 2019 al mogelijk zal zijn voor Nederlanders in het buitenland om te stemmen voor de Provinciale Statenverkiezingen. Hiervoor zou iedere keer een eenvoudig Kiescollege worden opgetuigd.
Verwaarloosd
De D66-afdelingen vinden dat het tijd wordt dat het kabinet zich gaat inspannen voor Nederlanders die niet in Nederland of op de BES-eilanden wonen.
‘De afgelopen jaren heeft het huidige kabinet bewezen zich nauwelijks in te willen spannen voor de ruim 1 miljoen Nederlanders in het buitenland, maar hen eerder als een last te ervaren. Zo wordt bijvoorbeeld op het gebied van nationaliteit, DigiD, internetstemmen, verkiezingen en Nederlanders met buitenlandse partners tegenwerking ervaren,’ schrijven ze in een brief aan journalisten.
In de motie wordt opgeroepen om een einde te maken aan de ‘ongelijke behandeling van Nederlanders in het buitenland en op de BES-eilanden’. ‘Het actief kiesrecht één van de belangrijkste rechten die verbonden is aan het staatsburgerschap. ‘Dit recht zou ook van toepassing moeten zijn op alle Nederlanders die van invloed willen zijn op de samenstelling van de Eerste Kamer.’