Brussel wil dat Nederland de komende twee jaar 2047 bootvluchtelingen opneemt. Het aantal is daarmee iets hoger dan aanvankelijk werd gedacht.
De Europese Commissie maakte het uitgebreide asielvoorstel met de exacte aantallen woensdag bekend.
Dinsdag kwamen er berichten vanuit Brussel waarin stond dat Nederland 1740 vluchtelingen, 4.35 procent van het totale aantal van 40.000 asielzoekers, zou moeten opnemen. Dit aantal is dus iets gestegen. Het percentage dat Nederland voor zijn rekening neemt komt nu neer op 5.12 procent.
De Europese Commissie wil met dit voorstel de 40.000 aanwezige asielzoekers over de verschillende Europese landen uitspreiden. De EU-lidstaten moeten bij een gekwalificeerde meerderheid instemmen met het voorstel. Geen land heeft dus een veto.
Ontlasten
Waarom valt het percentage hoger uit? In eerdere berekeningen kregen de landen Italië en Griekenland ook quota toegewezen, terwijl dit juist de landen zijn die de Europese Commissie met dit systeem wil ontlasten. In het nieuwe voorstel worden deze twee landen dan ook niet meer meegerekend, waardoor de quota voor de andere landen groter zijn geworden.
Eurocommissaris Dimitris Avramopoulos, die samen met collega Frans Timmermans verantwoordelijkheid draagt voor het spreidingsplan, wil liever niet spreken van ‘quota’. Volgens hem mogen landen meer doen dan de ‘minimale solidariteit die Brussel vraagt’.
De groep vluchtelingen die naar Nederland moet komen bestaat uit 1228 personen die momenteel in Italië zitten en 819 vluchtelingen in Griekenland. De asielzoekers zijn voornamelijk afkomstig uit Syrië en Eritrea. Personen uit deze landen zijn, vanwege het aanhoudende geweld in hun land, vrijwel verzekerd van een verblijfsvergunning in Europa.
Verdeelsleutel
De landen Duitsland, Frankrijk en Spanje zijn, dankzij een verdeelsleutel van de Europese Commissie, belast met de hoogste aantallen vluchtelingen.
De verdeelsleutel houdt rekening met factoren als de omvang en de rijkdom van het land, de bevolkingsdichtheid, de werkloosheid en het aantal asielzoekers dat al aanwezig is. De Europese lidstaten krijgen 6000 euro voor elke vluchteling die ze opnemen. In het geval van Nederland komt dat dus neer op een bedrag van ongeveer 12 miljoen euro.
Mochten er in andere landen aan de Middellandse Zee, bijvoorbeeld in Spanje of Malta, in de komende tijd meer migranten aanmeren, dan moet volgens de commissie ook hier de last van verdeeld worden. Zweden uitgezonderd, zijn de Europese landen niet enthousiast over het van nog meer vluchtelingen: velen vinden het aantal al aanwezige migranten te hoog.
Groot-Brittannië, Ierland en Denemarken wisten met eerdere onderhandelingen wettelijke uitzonderingen af te dwingen op het plan en hoeven dus niet mee te doen met het Europese verdeelplan.