Correspondent Europese Unie Jelte Wiersma ziet en hoort in het DeLaMar Theater hoe denkers elkaar verbaal te lijf gaan over Europa.
Sokken leiden af, zeker als de dragers met hun voeten op ooghoogte zitten. En dat is deze zaterdagmiddag het geval. In het DeLaMar Theater in Amsterdam kijkt een volle zaal naar de voeten van acht mannen en twee vrouwen op een podium die zich buigen over de eeuwige vraag: bestaat er zoiets als ‘Europeanen’?
Het gezelschap is samengebracht door de Tilburgse denktank Nexus Instituut. Een tafel op het podium fungeert als centrum van een fictief koffiehuis, want volgens gespreksleider Rob Riemen is ‘Europa een plek van koffiehuizen’.
Ofwel: een plek waar mensen met verschillende achtergronden discussiëren. Wat dit koffiehuisgesprek met intellectuelen, in deze zaal met vooral senior hoogopgeleiden, ons leert? Wie de Europese Unie afkraakt, scoort. Zo krijgt Adam graaf Zamoyski (66), een beroemd Brits historicus, luid applaus met: ‘De Europese Unie is net als de Sovjet-Unie.’
Mensensmokkelaar
Schrijver Arnon Grunberg (44), die in New York woont, gaat nog verder. Europa an sich heeft afgedaan. ‘Ik vroeg een Syrische vluchteling waarom hij niet naar Amerika was gegaan. Hij zei: “Ik kon geen mensensmokkelaar vinden die me daar kan brengen.”‘
Ook hij scoort. De Cypriotische oud-eurocommissaris Androulla Vassiliou (71) pleit ondanks de anti-Uniesfeer voor een politiek verenigd Europa. Hoe? ‘We moeten het denken van regeringsleiders veranderen.’ Het Britse Hogerhuislid Robert Skidelsky (76), droog: ‘Dat is heel moeilijk.’ De zaal lacht haar uit, en om hem. De Duitse historicus Philipp Blom (44), die ook al in Amerika woont, doet nog een poging: ‘Ik voel me thuis in Europese landschappen.’
Instemmend geknik. Dit is in drie uur gesprek nog het beste antwoord. Zamoyski’s sokken waren rood, die van Grunberg lichtgeel.
Elsevier nummer 26, 27 juni 2015