Allochtonen maken vaker gebruik van zorg die wordt bekostigd uit het basispakket dan autochtone Nederlanders. De zorgkosten van allochtone Nederlanders liggen 13 procent hoger.
Dat meldt De Telegraaf donderdag op basis van cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) over de zorgkosten uit het basispakket per bevolkingsgroep.
De zorgkosten van allochtone Nederlanders liggen 13 procent hoger. Antillianen maken daarbij de meeste kosten: 24 procent meer dan autochtone Nederlanders. Daarna komen Surinamers, die 24 procent meer kosten maken dan autochtonen.
Kostenposten
De zorguitgaven, inclusief het verplichte eigen risico, van alle niet-westerse allochtonen per persoon tot de leeftijd van 65 jaar is 1867 euro. Voor autochtonen is dat 1652 euro. Antillianen en Surinamers hadden de hoogste kosten, respectievelijk 2049 euro en 2026 euro. Turken en Marokkanen zaten net onder de 2000 euro per persoon.
Voor autochtone Nederlanders zijn de grootste kostenposten die vallen onder de basisverzekering de ziekenhuiszorg, tweedelijns geestelijke gezondheidszorg, en medicijnen. Ook daarbij zijn grote verschillen met andere bevolkingsgroepen. Zo hadden Surinamers 19 procent hogere kosten voor ziekenhuiszorg, Antillianen 18 procent en Turken 16 procent.
Psychische zorg
Antillianen maken daarbij veruit de hoogste kosten voor geestelijke gezondheidszorg, met name psychiatrische hulp: bijna 65 procent meer dan autochtonen. Bij Surinamers was dat 43 procent meer, en bij Marokkanen bijna 16 procent meer.
Turkse Nederlanders maakten 8 procent minder kosten dan autochtonen, maar hadden van alle groepen wel de hoogste medicijnkosten.
De verschillen zouden voor een deel te verklaren zijn doordat relatief veel allochtonen in de laagste inkomensgroepen zitten. Deze groep beroept zich, ook onder autochtonen, het vaakst op de gezondheidszorg.