Politieke en geestelijke leiders stellen zich buitengewoon welwillend op jegens de islam. Uit angst, uit eigenbelang, uit naïviteit, uit gebrek aan ruggegraat. De gevolgen beginnen steeds zichtbaarder te worden.
Dit artikel stond in augustus 2007 in weekblad Elsevier.
Voor een religie, zeker een religie die zich in haar dominante verschijningsvorm moeilijk van een politieke ideologie is te onderscheiden, schiet de islam in Nederland uitzonderlijk snel wortel. Dat proces doet zich ook voor in andere West-Europese landen, maar nergens gaat het zo snel.
Een lange lijst van voorbeelden maakt het duidelijk: Nederland kent een grote bereidheid om toe te geven aan zachte, dan wel harde druk vanuit de islamitische wereld. Groter dan in enig ander westers land.
Dat is terugblikkend helemaal niet zo verrassend. Integratie van immigranten moet van twee kanten komen, hebben we bedacht. Zo’n meegaande, zachte, individualistische, verschillen ontkennende en schuldgevoelige cultuur is een zacht eitje voor een assertieve, wrokkige, masculiene, collectivistische en zich superieur wanende religieuze eercultuur.
Franse moslimleiders lieten zich een paar jaar geleden ontvallen dat ze Nederland zagen als een pakje boter zo zacht.
Eigenbelang
Wat vooral opvalt, is hoe welgezind de leiding van christelijk Nederland zich jegens de islam opstelt. Dominees en pastoors doen hun uiterste best de imams ter wille te zijn. Rond de omstreden Tilburgse imam Ahmed Salam, die door achtereenvolgende Tilburgse burgemeesters en de inlichtingendienst AIVD in de gaten wordt gehouden, werd zelfs een multireligieuze gespreksgroep met de naam ‘Begrip’ gevormd. Of de liefde altijd wel van twee kanten komt, valt te bezien.
De eenzijdige liefde van niet-orthodox christelijk Nederland voor de islam vloeit vooral voort uit het zelfrelativisme dat de leiding van christelijk Nederland eerder deed sympathiseren met het marxisme. De liefde vloeit ook voort uit ogenschijnlijk eigenbelang: gedeelde behoefte aan erkenning en ondersteuning van religie door de staat.
Ook de socialistische dan wel sociaal-democratische politiek, de verdeelde liberale hoofdstroom en de groene politiek zijn slecht bestand tegen de druk en de electorale verlokkingen van de islam. Links Nederland heeft een natuurlijke hang naar alles wat als kwetsbaar wordt gezien en uit verre buitenlanden komt.
De groeiende groep kiezers van islamitische huize die een voorkeur toont voor linkse partijen, heeft invloed op de koers van die partijen. Met als paradoxale uitkomst dat areligieus links een religieuze, weinig ‘linkse’ ideologie faciliteert. Veel liberale voorlieden koesteren een naïeve definitie van wat liberaal is en weigeren het politieke karakter van de islam te onderkennen.
Welbeschouwd zijn zelfs de moslims in Nederland niet bestand tegen de islamisering. De gemoedelijke boerenislam van het Rifgebergte legt het hier al snel af tegen de druk van Egyptische en Syrische, vanuit Arabische landen betaalde, imams. En ook tegen de druk van de fanatieke ideologie die via internet en satelliet hier komt.
Moslim
De eerste moslims in Nederland zagen zich vermoedelijk eerder als Zuid-Molukker of als gastarbeider dan als moslim. En voor de autochtone bevolking gold dat andersom ongeveer net zo.
Maar de wereld is veranderd. In de islamitische wereld gingen in toenemende mate fanatici de toon zetten. Terwijl hun aantal door immigratie en een hoog geboortecijfer toenam, werden moslims in de Europese diaspora meer moslim dan ze in hun land van herkomst ooit waren geweest.
Nu al zijn de maatschappelijke veranderingen door de aanwezigheid van ruim één miljoen moslims groot. Wijken met veel vrouwen en (kleine) meisjes met hoofddoek, en mannen met baarden en in djellaba. Minaretten die naar de hemel reiken. In arbeidsovereenkomsten wordt op islamitische feestdagen vrijgegeven en de druk groeit om christelijke feestdagen om te ruilen voor islamitische, waarbij kerken, christelijke politici en christelijke vakbondsleiders het voortouw nemen. Het succes van de islam in Nederland is zo aanzienlijk groter dan op basis van een snelgroeiende populatie mag worden verwacht.
De wereldwijde, hardhandige druk vanuit radicale islamitische kring is daarbij zeker dienstig. Nette moslims die een rol willen spelen in politiek en samenleving hebben, al dan niet bedoeld, baat bij de extremisten, omdat ze zelf doorgaan voor het gematigde dan wel liberale alternatief, of zich in een voorkomend geval zo presenteren. Dat past ook prachtig in de Hollandse bezweringsformules. Maar de liberale islam waarop Nederland zijn hoop vestigt, is net zo’n contradictio in terminis als een windstille storm.
Onevenredig
Hoe dan ook: als alternatief dan wel medicijn voor extremisten kunnen aanspreekbare moslims een onevenredig grote invloed uitoefenen, ook in moreel opzicht. Alleen zo is het te verklaren dat wie waarschuwt tegen de invloed, ook tegen de vrijheidsnemende invloed van de islam op Nederland, grote kans maakt in het morele verdachtenbankje te worden geplaatst.
Wat bij deze reflex erg helpt, is dat het in de vrijwel gehele islamitische wereld gangbare zelfbeeld van zelfbewust slachtofferschap naadloos aansluit op het Nederlandse schuldige zelfbeeld en de behoefte om overal slachtoffers te willen zien. Tot dusver ging deze houding gepaard met een moreel superioriteitsgevoel, maar tegenover de islam houdt dat opvallend genoeg geen stand.
Intussen ontwaart een observator als de Amerikaanse journaliste en specialiste internationale betrekkingen Claire Berlinski wel erg veel overeenkomsten tussen de dominante Nederlandse houding tegenover de (extremistische) islam en de eerdere dominante houding tegenover de nazi-terreur. Tolerantie leidt er in Nederland maar al te makkelijk toe te tolereren wat niet getolereerd mag worden, schrijft ze.
Maar Berlinski, elders gerespecteerd, wordt hier nauwelijks serieus genomen, net zomin als de Libanese Duitser Bassam Tibi, die er al jaren voor pleit dat Europeanen hun Leitkultur moeten koesteren en grenzen moeten stellen, wil hun cultuur van vrijheid, gelijkwaardigheid en recht niet worden overlopen door een vijandige ideologie.
Zoals ook de schrijfster Bat Ye’or, die in haar boek Eurabia (2005) voorspelt dat Europa mede door decennia lang te heulen met Arabische regeringen op weg is een Arabische kolonie te worden, niet op waarde wordt geschat door de leidende krachten in Nederland. In het kielzog van hun leiders, zo stelt de schrijfster, hebben gewone Europeanen de rol van ‘dhimmi’s’ overgenomen, niet-moslims die in een islamitische omgeving in een permanente staat van vernedering leven en alleen recht hebben op genade.
Allah
In dat licht is het opvallend dat binnen de grootste politieke partij van het land, het CDA, voormalig fractieleider Maxime Verhagen – nu minister van Buitenlandse Zaken – het als gedreven koesteraar van de dominante eigen cultuur en bestrijder van het sluipend toegeven aan islamitisch recht het kennelijk heeft moeten afleggen tegen minister Piet Hein Donner, die onder meer vindt dat islamitisch recht moet kunnen.
Premier Jan Peter Balkenende zit in het kamp van Donner. Koningin Beatrix prees Allah eind 2005 in haar kersttoespraak en vond een jaar later, impliciet verwijzend naar de Deense Mohammed-cartoons en in lijn met Balkenende, dat de grondwettelijke vrijheid van meningsuiting haar grenzen heeft.
En zo passen de Nederlandse samenleving, de Nederlandse politiek en het buitenlands beleid zich aan door de externe druk van de islamitische wereld, die hand in hand gaat met de druk van binnenuit. Zodat zelfs het scheppingsverhaal na honderd jaar weer een kans krijgt in de natuurwetenschap. Zodat cabaretiers het lachen al vergaat als ze ook maar op het idee komen iets te berde te brengen ten koste van Allah, Mohammed, de Koran of islamitische gelovigen.
Zodat notarissen islamitische vaders ter wille zijn die volgens islamitisch gebruik hun zonen bevoordelen ten koste van hun dochters. Zodat homo’s na enkele tientallen jaren van vrijheid weer in hun schulp kruipen. Zodat ontwikkelingshulp ten dienste wordt gesteld aan de islam en islamitische buitenlanden met fluwelen handschoenen worden bejegend.
Laten we wel beseffen dat de druk vanuit de islamitische wereld er slechts in beperkte mate voor zorgt dat Nederland islamiseert. Het is vooral de angst, de naïviteit, het gebrek aan morele ruggegraat en de hardleersheid die leiden tot de islamisering. Nederland islamiseert vooral zichzelf.