Wordt ooit wel bekend wie er lekte uit ‘commissie-stiekem’?

'ANP'

De Tweede Kamer moet tot een snelle afronding komen van het onderzoek naar het lekken uit de zogenoemde ‘commissie Stiekem’. Maar de vraag is of de verdachte politici ooit met naam en toenaam worden genoemd.

Want dit is er donderdagavond te lezen in de brief van het Presidium, het dagelijkse bestuur van de Tweede Kamer: ‘In het belang van de objectiviteit van het onderzoek adviseert het Presidium de commissie te bezien of ook zonder kennisneming van de namen tot een verantwoorde beslissing kan worden gekomen.’

Advies

Als dat advies wordt overgenomen, betekent het misschien wel nooit bekend wordt wie er mogelijk heeft gelekt uit de geheime commissiebijeenkomsten. In de brief staat verder meer informatie over hoe het onderzoek zal verlopen.

Het onderzoek naar het lek moet binnen drie maanden worden uitgevoerd, anders verloopt de kwestie, is er onder meer te lezen. Wie er in onderzoekscommissie zitting gaan nemen, is nog onduidelijk. Maximaal zeven mensen nemen plaats.

Het Openbaar Ministerie (OM) schoof gisteren het onderzoek naar het lek door naar de Tweede Kamer. Justitie acht zich niet bevoegd om onderzoek te doen, omdat het hier mogelijk gaat om een ambtsmisdrijf door ‘een of meerdere fractievoorzitters’. Het Presidium moet het dus zelf opknappen.

Lek

De afgelopen week schreef De Telegraaf dat VVD-fractievoorzitter Halbe Zijlstra aangifte (die volgens het OM is gedateerd op 13 maart 2014) zou hebben gedaan. De vermoedens van de fractieleiders over wie er zou hebben gelekt, zouden bijna allemaal richting PvdA-leider Diederik Samsom gaan. Maar hijzelf ontkent in alle toonaarden de bron van het lek te zijn, en niet door de Rijksrecherche te zijn verhoord.

De zaak draait om 1,8 miljoen belgegevens die aan de Amerikaanse inlichtingendienst NSA werden verstrekt in het kader van terrorismebestrijding, waarover minister Ronald Plasterk (PvdA) van Binnenlandse Zaken toentertijd onjuiste informatie had verstrekt.Hij kreeg hiervoor vorig jaar van een groot deel van de oppositie een motie van wantrouwen.

Ook zou hij het nagelaten hebben de Kamer erover te informeren. Maar de commissie-Stiekem zei niets te weten van de verzameling van 1,8 miljoen metadata. Hierna werd er uit de commissie gelekt dat het kabinet de Kamer daar wel degelijk vertrouwelijk over had ingelicht.