Een verbod op salafisme in Nederland is niet alleen onwenselijk, maar druist ook in tegen de grondwet. Vrijheid van meningsuiting is een hoeksteen van de rechtsstaat en geldt ook wanneer die uitingen anti-democratisch zijn.
Dat zegt de Haagse burgemeester Jozias van Aartsen (VVD) in NRC.
Hoeksteen
‘Wij hebben in Nederland vrijheid van meningsuiting en vrijheid van godsdienst. Wij beoordelen mensen niet op gedachten of ideeën. Dat is de hoeksteen van de rechtsstaat waar onze democratie op is gebaseerd,’ zegt Van Aartsen.
De burgemeester reageert op een motie van de Tweede Kamer waarin het kabinet wordt gevraagd te onderzoeken of salafistische organisaties kunnen worden verboden.
Rechtsstaat
Salafisme is een fundamentalistische stroming binnen de islam die volgens de Tweede Kamer als een voedingsbodem voor de gewelddadige jihad moet worden gezien.
De houding van de Tweede Kamer stoort de VVD-politicus. ‘Ik vraag mij af of de Tweede Kamer zelf nog wel gelooft in de beginselen van de rechtsstaat.’ De burgemeester herinnert de Kamerleden eraan dat er in Nederland geen gedachtenpolitie bestaat die mensen veroordeelt vanwege opvattingen.
Alleen daden, zoals het oproepen tot geweld, kunnen worden veroordeeld door de rechter. ‘Het zit mij hoog dat de Tweede Kamer, die in het leven is geroepen om wetgeving te maken, dit niet meer weet.’
Van Aartsen heeft te maken met meerdere salafistische moskeeën en organisaties in zijn stad. De burgemeester vindt het onterecht dat deze organisaties enkel negatief in het nieuws komen. Zo noemt hij de stichting as-Soennah die dit jaar voor de vijfde keer als buurtwacht optrad in de Schilderswijk tijdens de jaarwisseling.
Volgens Van Aartsen zal een verbod op dit soort organisaties juist een averechts effect hebben en leiden tot ‘beeldvorming dat deze mensen apart gezet worden, dat ze worden uitgesloten van onze samenleving. Terwijl we dat juist niet willen.’