Het is volstrekt logisch dat de geheime dienst navraag heeft gedaan naar Edwin de Roy van Zuydewijn. Zo gaat dat in grotemensenlanden. Dat De Roy zich voortdurend in een slachtofferrol manoeuvreert, is onterecht.
Elke keer als Edwin de Roy van Zuydewijn zich in de media vertoont, begrijp je goed waarom de koninklijke familie hem destijds buiten de deur wilde houden. Zo’n jongen ruikt naar moeilijkheden.
En inderdaad, binnen de kortste keren hing hij de zogenaamde vuile was buiten middels een serie interviews in weekblad HP/De Tijd. Zo leverde hij zelf het bewijs voor het gelijk van de koninklijke familie.
‘Getreiterd’
Maar zoals altijd met dit soort figuren, ligt het altijd aan anderen en nooit aan henzelf dat hun leven is ‘verwoest’. En de media, met hun voorliefde voor slachtoffers, geloven het maar al te graag.
In het televisieprogramma Nieuwsuur werd hij al vergeleken met de journalist Willem Oltmans, die uiteindelijk 8 miljoen gulden kreeg na veertig jaar lang door de overheid te zijn ‘getreiterd’.
Natuurlijk heeft de geheime dienst navraag naar De Roy gedaan. Dat overkomt iedere hoge ambtenaar in Den Haag die een gevoelige positie krijgt. Logisch dat de dienst dat ook doet bij iemand die door zijn relatie met een prinses in de nabijheid van het staatshoofd verkeert.
Werkstraf
In grotemensenlanden – republiek of monarchie – gebeurt niet anders. Het zou pas kwalijk zijn als het niet zou gebeuren. En logisch ook dat prins Bernhard zijn beveiligers suggereert navraag te doen over de minnaar van zijn kleindochter. Bernhard kent zijn pappenheimers.
Net als Oltmans zal De Roy nog vaak van zich laten horen. Maar verder gaat de vergelijking mank. Oltmans is nooit veroordeeld, terwijl De Roy dit jaar door de rechtbank in Amsterdam een werkstraf van honderd uur kreeg opgelegd voor fraude.
De Roy is wel degelijk slachtoffer, maar dan vooral van zijn eigen gedrag.