Al zeggen de bezetters van het Maagdenhuis maandag te vertrekken, hun aanwezigheid is te lang gedoogd. En nu snijden ze zichzelf in de vingers: wie gelooft ze nog?
Deze week vertoonde het bolwerk van de Maagdenhuisbezetters al barstjes. De radicalen wilden blijven en het college van bestuur wegsturen, gematigden zagen eerder heil in een tactische terugtocht en overleg.
Maar nu is dan het deftige besluit gevallen: na een knalfeest in het weekend gaan ze weg – zeggen ze.
Lankmoedig
Potsierlijker kan een persbericht niet zijn, gedateerd 8 april 2015: ‘De nieuwe Universiteit heeft vandaag bekend gemaakt dat het zelf de regie neemt over de toekomst van het Maagdenhuis.’
In het Maagdenhuis heerst een ‘General Assembly’ over een anarchistisch veelvoud aan rebellerende facties, met namen als ‘DNU, ReThink UvA, Humanities Rally en University of Colour’. Het lijkt warempel op het Midden-Amerika van de jaren zeventig.
Intussen verbaast de opstelling van het college van bestuur telkens opnieuw. Na een eerste onbezonnen driest optreden, is het daarna te lankmoedig geweest.
Waarom zijn die bezetters er, gezien de huisvredebreuk en vernielingen, niet gewoon eerder uitgegooid? Is dat wijsheid, of toch angst?
Ironisch
Het tij is nu gekeerd, wat er mogelijk aan sympathie resteerde voor de actievoerders is recht evenredig met de duur van de bezetting geslonken. Die bezetters hebben, vanuit hun positie bezien, nu ironisch genoeg een ernstig probleem, en ze zijn er zelf de oorzaak van: wie gelooft er nog in hun oprechte bedoelingen?
Wat die bedoelingen waren, is allang uit beeld. Ter herinnering, het ging om ‘rendementsdenken’ en ‘kwaliteit’.
Bij aanvang van het verzet – de protesten bij de faculteit geesteswetenschappen tegen bezuinigingen en afschaffen van ‘kleine talen’ – was er zeker een welwillende nieuwsgierigheid: moet dat dan, is de kwaliteit van het onderwijs niet in het geding, kan het ook anders, ‘denkt’ de universiteit niet al te veel in euro’s?
Op de korrel
Het college van bestuur was in elk geval verstandig door met een serieus voorstel te komen voor twee onafhankelijk commissies, over de financiën en over de vraag naar meer democratisering.
Merkwaardige uitkomst: de financiën zijn beslist een goed onderwerp, gezien de deplorabele financiering van het vastgoed en mogelijk gevolgen voor het onderwijs.
Maar waarom is er geen commissie die de kwaliteit van het onderwijs op de korrel neemt? Die wordt heus niet vanzelf beter als studenten meer te zeggen krijgen. Dat hebben tien jaar chaos aan de UvA na de eerste Maagdenhuisbezetting afdoende bewezen. Wordt vervolgd.