Het Openbaar Ministerie (OM) heeft tegen drie van de vier verdachten van de geruchtmakende mishandeling in Eindhoven van begin dit jaar celstraffen geëist. De jongste verdachte krijgt, als de rechter de eis van het OM volgt, een werkstraf van zeventig uur opgelegd.
Deze 15-jarige verdachte is volgens het OM schuldig aan openlijke geweldpleging, hoewel hij volgens het OM zelf geen geweld heeft gebruikt. Hij stond wel dicht bij het slachtoffer en deed niets om de mishandeling te stoppen. ‘Hierdoor heeft hij bijgedragen aan versterking van het groepsgevoel en aan een sfeer van ontremming’, zei de officier van justitie.
Celstraffen
Eerder op woensdag hoorden de andere drie verdachten, aan wie een poging tot doodslag ten laste wordt gelegd, celstraffen tegen zich eisen. Het Openbaar Ministerie eiste tegen hoofdverdachte Brent L. (18) twee jaar jeugddetentie, waarvan een halfjaar voorwaardelijk. De officier van justitie eist dat Tom K. (17) twaalf maanden de cel in gaat, waarvan acht maanden voorwaardelijk.
De enige verdachte die ten tijde van de mishandeling meerderjarig was, Brett S. (19), en daarom wordt berecht door de volwassenenrechter, moet als het aan het Openbaar Ministerie acht maanden de cel in. Daarvan zouden vier maanden voorwaardelijk zijn.
Slachtoffer
Het slachtoffer (22) kwam in de rechtszaal als getuige aan het woord. Hij zei zich niets te kunnen herinneren van de aanval, maar blij te zijn dat hij die heeft overleefd. De jongeren schopten en sloegen hem op 4 januari op straat in elkaar en hij werd bewusteloos achtergelaten.
Beelden van de mishandeling werden door de politie verspreid en leidden tot veel verontwaardiging. Er ontstond een klopjacht op de verdachten op internet en in de media.
Het slachtoffer zegt net als de verdachten niet blij te zijn met alle media-aandacht voor het voorval: ‘Ik had daar zelf niet voor gekozen en heb dat niet gewild. Iedereen herkent me nu.’