Psychologen plakken weleens een zwaardere stempel op hun cliënt, omdat de verzekering de therapie dan wel vergoedt. Volgens de zorgverleners werkt het declaratiesysteem dit in de hand.
Uit een peiling van het Nederlands Instituut van Psychologen (NIP) onder duizend psychologen blijkt dat 40 procent van de psychologen weleens een zwaardere diagnose stelt zodat de cliënt therapie vergoed krijgt, meldt NRC Handelsblad.
Depressie
Een voorbeeld is mannen of vrouwen die net een vechtscheiding hebben meegemaakt en therapie nodig hebben. Sinds vorig jaar worden zogeheten aanpassingsstoornissen, therapie na schokkende gebeurtenissen, niet meer vergoed.
Daarom zegt de psycholoog dat zijn cliënt een angststoornis heeft of een depressie. In die gevallen krijgt hij wel behandelingen vergoed. NIP-voorzitter Elly Plooij-Van Goorsel: ‘Fraude? Je kunt het ook creatief noemen. Of noodzakelijk, omdat een cliënt anders van hulp verstoken blijft.’
Psychologische behandelingen na schokkende gebeurtenissen worden niet meer vergoed vanuit het basispakket om de kosten van de geestelijke gezondheidszorg te beteugelen. Zo worden ook behandelingen na een burn-out of het verlies van een naaste niet meer vergoed.
Vergoeding
Esther van Fenema, psychiater in een academisch ziekenhuis, zegt tegen de krant dat ‘creatief diagnosticeren’ dagelijkse praktijk is. ‘Ik stel een diagnose en dan vraagt de financiële administratie of het misschien toch niet een diagnose kan zijn waar wél vergoeding voor is.’
Het probleem is duidelijk terug te zien in de cijfers. In 2011 zat bijna 19 procent bij de psycholoog voor een aanpassingsprobleem en in 2012 halveerde dat tot nog geen 9 procent. Depressies en angsten steeg van 31 naar 41 procent.