Bij de liquidatie van de beruchte Amsterdamse crimineel Gwenette Martha zijn tachtig kogels door zijn lichaam gevlogen. Op het moment van de schietpartij was Martha zelf niet bewapend.
Een week na de liquidatie van Martha is er meer duidelijk over de gewelddadige manier waarop Martha om het leven is gekomen, meldt Het Parool zaterdag.
Lijfwacht
Op donderdag 22 mei zat Martha samen met een man, die bij de politie bekendstaat als kleine drugshandelaar, in shoarmazaak Rooz in Amsterdam. De man met wie Martha daar zat, was een boezemvriend, een soort lijfwacht annex chauffeur.
Uiteindelijk kwamen nog twee mannen zitten bij Martha en zijn lijfwacht. Martha liep met een van die twee naar buiten, waar Martha met een kalasjnikov en waarschijnlijk nog ten minste een ander automatisch wapen onder vuur werd genomen.
De man met wie Martha naar buiten liep, wist te ontkomen en bleef ongedeerd.
Sporen
De politie doet nog steeds onderzoek naar de daders achter de liquidatie. Doordat de waarschijnlijke vluchtauto uitgebrand werd teruggevonden, zijn veel sporen verloren gegaan. De politie is er overigens nog niet van overtuigd dat de gevonden auto daadwerkelijk de vluchtauto was.
De vermoorde Martha had met criminele activiteiten een omzet van zo’n 200.000 euro per week, zei hoofdcommissaris Pieter-Jaap Aalbersberg eerder deze week. Toch kon hij zijn geld niet vrij besteden, omdat hij de staat nog 16 miljoen euro moest betalen vanwege drugshandel.