De bestuursrechter heeft vrijdag geoordeeld dat de intocht van Sinterklaas niet discriminerend is, maar dat Zwarte Piet wel leidt tot een negatieve stereotypering van mensen met een donkere huidskleur. De burgemeester van Amsterdam heeft bij het verstrekken van de vergunning voor de intocht niet met alle belangen rekening gehouden. Van der Laan moet zich nu van de rechter opnieuw over de vergunning buigen.
Deze uitspraak deed de rechtbank van Amsterdam vrijdag in een bodemprocedure. Er werd onder meer een beroep gedaan op artikel 1 van de Grondwet dat discriminatie verbiedt. Dat werd door de rechter verworpen. Bij discriminatie volgens dit artikel in de Grondwet moet er sprake zijn van een ongelijke behandeling als gevolg van een onderscheid in bijvoorbeeld ras. Dat de tegenstanders van Zwarte Piet zich door de traditie gekwetst voelen, maakt volgens de rechter niet dat er sprake is van ongelijke behandeling.
Stereotype
Van der Laan had de vergunning volgens de rechter wel moeten toetsen aan artikel 8 van de het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Dit artikel waarborgt het recht op eerbiediging van privé-, familie- en gezinsleven. Volgens de eisers maakt de vergunning voor de Sinterklaasintocht een inbreuk op hun privéleven omdat Zwarte Piet een negatief stereotype geeft van zwarte mensen.
Doordat Van der Laan de vergunning niet heeft getoetst aan dit artikel 8 heeft hij niet met alle belangen rekening gehouden. De rechter geeft hem nu zes weken de tijd om de vergunning voor de Sinterklaasintocht te herzien.
Vergunning
De procedure was een vervolg op een kort geding dat tegenstanders van Zwarte Piet vorig jaar aanspanden tegen de gemeente Amsterdam. Ze hoopten hiermee te bereiken dat de gemeente de vergunning voor een intocht van Sinterklaas met Zwarte Pieten zou intrekken.
De gemeente Amsterdam zei toen dat de burgemeester alleen een evenementenvergunning kan intrekken als er gevaar bestaat voor de openbare orde of veiligheid. Ook zou de discussie over het al dan niet racistische karakter van Zwarte Piet eerst in de maatschappij gevoerd moeten worden.
De rechter besloot toen eerst in een bodemprocedure te onderzoeken of er juridische gronden zijn om Zwarte Piet te verbieden en of er inderdaad sprake is van een racistisch karakter.
Respectloos
De bezwaarmakers tegen de vergunning vinden Zwarte Piet racistisch en respectloos naar mensen van Afrikaanse afkomst. Zij halen onder meer een uitspraak van het Nederlandse College voor de Rechten van de Mens aan, dat vorig jaar in de media mee deed aan de discussie: ‘Zwarte Piet is een fenomeen dat een racistisch onderdeel is van deze traditie. Ook al is het niet racistisch bedoeld, het wordt wel als kwetsend ervaren.’
Burgemeester Eberhard van der Laan blijft ondertussen met de tegenstanders van Zwarte Piet in gesprek over hoe de volgende intocht van Sinterklaas eruit moet gaan zien.