De Tweede Kamer wil de belastingvoordelen van Extinction Rebellion als ‘maatschappelijk nuttige’ instelling intrekken. Als zogeheten ANBI profiteert Extinction Rebellion onder meer van belastingvoordelen voor donateurs.
Minister David van Weel (VVD, Justitie & Veiligheid) twijfelt over de uitvoerbaarheid van de Kamermotie. De ANBI-status intrekken kan nu niet, en dat is uit het oogpunt van het algemeen belang maar goed ook, vindt redacteur Onze Overheid Maria Bouwman. Hoe irritant XR ook kan zijn.
ANBI staat voor ‘algemeen nut beogende instelling’. Maar wat is het algemeen nut? Een vurig atheïst zal niet snel het algemeen nut van een streng-gereformeerde kerk zien. En wie het feministische Bureau Clara Wichmann (ANBI) met een donatie steunt, zal doorgaans niet vinden dat pro-life-stichting Schreeuw om leven (ook een ANBI) het algemeen nut dient.
Niet ideologisch gekleurd
Of een instelling voor de belastingdienst als ANBI telt, heeft daarom uitdrukkelijk niet met ideologische kleur te maken. De Algemene wet inzake rijksbelastingen noemt een lijst van thema’s op, die als ‘algemeen nut’ worden gezien.
Bijvoorbeeld ‘bescherming van natuur en milieu’, ‘cultuur’, ‘religie, levensbeschouwing en spiritualiteit’, en ‘de bevordering van de democratische rechtsorde’.
Dat Extinction Rebellion, dat zich inzet tegen klimaatverandering, het ‘algemeen nut’ in de zin van de wet beoogt, staat wel vast. De motie van Joost Eerdmans (JA21), die de organisatie het liefst zou verbieden, stelt dat Extinction Rebellion een ‘onwettige, maatschappij-ontwrichtende en vandalistische organisatie’ zou zijn.
Maar Eerdmans weet allang dat zijn persoonlijke mening over Extinction Rebellion geen juridische grondslag voor intrekking vormt. Bij zijn motie ontbreekt een toelichting over de juridische mogelijkheden. Dat is een veeg teken.
🔴 EW’s visie: INMENGING LEIDT TOT IDEOLOGISCHE EENHEIDSWORST
– Redacteur Onze Overheid Maria Bouwman
Deze motie is een goed voorbeeld van waar CDA-fractievoorzitter Henri Bontenbal zich onlangs over beklaagde. Bontenbal verzet zich tegen de eindeloze stroom van kansloze of gratuite moties in de Tweede Kamer – en stemde ook tegen de Eerdmans-motie.
Zoals minister Van Weel en zijn voorgangers opmerkten, voldoet Extinction Rebellion op dit moment niet aan de normen voor intrekking van de ANBI-status. Voor intrekking zou dus een wetswijziging nodig zijn.
De lat ligt hoog en dat is, bekeken vanuit het algemeen belang, maar goed ook. Er zijn goede redenen om het morrelen aan een ANBI-status, en in het verlengde daarvan een verbod op een organisatie, moeilijk te maken.
De vrijheid van meningsuiting is in een democratische rechtsstaat een groot goed. Dat een mening of de manier waarop die geuit wordt politiek als onwenselijk wordt gezien, maakt niet uit.
Het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens geeft burgers niet voor niets het recht om zich ook ‘beledigend, schokkend of verontrustend’ te uiten. Inperking van de vrijheid van meningsuiting leidt al snel tot beknotting van het publieke debat en daarmee tot uitholling van de democratie.
Partijen die de motie steunden, zoals de SGP, zouden zich bovendien moeten afvragen wat zij ervan zouden vinden als bewegingen waarmee zij zich identificeren zo zouden worden aangepakt. Bijvoorbeeld pro-life-beweging Schreeuw om leven.
Burgemeesters in verschillende steden worstelen al jaren met deze activisten. Ze vallen patiënten bij abortusklinieken lastig door naar hen te schreeuwen en ze te achtervolgen, hoewel dit vaak door burgemeesters verboden is.
Ook gooit Schreeuw om leven plastic nepfoetussen bij burgers door de brievenbus. Vooral mensen die een abortus of miskraam hebben meegemaakt, vinden dit pijnlijk. Maar volgens oud-SGP-leider Kees van der Staaij hoort deze manier van actievoeren bij ‘de vrijheid van meningsuiting’.
Het is dus onwaarschijnlijk dat de SGP voor zou stemmen als bijvoorbeeld D66 een motie zou indienen om de ANBI-status van Schreeuw om leven in te trekken. Waarom zouden pro-life-activisten wel hinderlijke, smakeloze en misschien zelfs strafbare acties mogen ondernemen – belaging is immers verboden – en klimaatactivisten niet?
Grenzen stellen
Natuurlijk is het belangrijk om grenzen te stellen en bepaalde ontwrichtende organisaties hard aan te pakken. Zoals bijvoorbeeld motorgangs en pedofielenverenigingen, die eerder werden verboden. Maar de hinderlijke demonstraties van Extinction Rebellion en de relatief lichte vergrijpen waarvoor sommige activisten zijn veroordeeld, zijn daarmee vooralsnog niet te vergelijken.
De stichting is nog nooit strafrechtelijk veroordeeld, en het bestuur evenmin – in tegenstelling tot bestuurders van motorclubs. Mochten zij in de toekomst alsnog ernstige strafbare feiten plegen, dan kan altijd nog naar intrekking worden gekeken.
Dat een Kamermeerderheid nu voor intrekking van de ANBI-status stemt, is zorgelijk. Politieke inmenging in de vraag wie er wel of niet een ANBI-status krijgt, is onwenselijk. Het leidt tot politisering van de vraag wat ‘algemeen nut’ is en uiteindelijk tot via de belasting gesubsidieerde ideologische eenheidsworst. En dat wilde de wetgever met het invoeren van het ANBI-systeem juist voorkomen.
🔴 Verdere verdieping
Indiener Joost Eerdmans is tevreden. ‘De acties met blokkades en vandalisme hebben onze samenleving lang genoeg belast,’ meldt hij via het X-account van zijn eenmansfractie.
SGP-Kamerlid André Flach is groot voorstander van de intrekking van de ANBI-status. Volgens Flach gaat Extinction Rebellion ‘bewust over de grenzen van het algemeen nut heen’. Hij zegt dat in de statuten van stichting Vrienden van XR staat dat het haar missie is om ontwrichtende acties uit te voeren.
Dat beide partijen hun zin zullen krijgen, is niet waarschijnlijk. Eerdmans stelde namelijk al eens eerder Kamervragen over de mogelijkheden tot intrekking van de ANBI-status aan toenmalig staatssecretaris van Financiën Marnix van Rij (CDA) en minister van Justitie en Veiligheid Dilan Yesilgöz (VVD). Zij legden toen uit dat dit niet zo makkelijk is.
Geen juridische basis voor intrekken van belastingvoordelen Extinction Rebellion
De juridische grens ligt bij overtreding van de wet of een rechterlijk verbod op een organisatie. En, benadrukten de bewindslieden: ‘Verdenkingen of handelingen die simpelweg niet aansluiten bij eenieders overtuiging van wat behoort tot het “algemeen nut” zijn geen redenen om een instelling de ANBI-status te ontnemen.’
Van vervolging of een verbod op Vrienden van XR, de officiële naam van de stichting achter de Nederlandse tak van Extinction Rebellion, is geen sprake. Enkele Extinction Rebellion-activisten zijn veroordeeld tot een taakstraf voor opruiing, nadat zij opriepen tot een blokkade van de A12.
Ook werd een aantal veroordeeld wegens lokaalvredebreuk tijdens een actie in het gebouw van ING. Maar de veroordeelde activisten waren geen bestuurders of ‘gezichtsbepalende personen’ van Extinction Rebellion, en dat is wel vereist voor intrekking van de ANBI-status.
Wanneer een organisatie écht verboden wordt
Daarnaast moet het gaan om misdrijven die een ‘ernstige inbreuk op de rechtsorde opleveren’. Dat lijkt onwaarschijnlijk in het geval van Extinction Rebellion. Voorbeelden van zulke misdrijven zijn moord, seksueel geweld, terrorisme of grootschalige fraude in combinatie met ambtelijke corruptie.
Een rechterlijk verbod is een zwaar middel dat vanwege de grote impact op de vrijheid van vereniging en van meningsuiting zelden wordt toegepast. Er moet sprake zijn van een organisatie waarvan ‘de werkzaamheid in strijd is met de openbare orde’.
Het bekendste voorbeeld is wellicht Vereniging Martijn, die seksueel getinte afbeeldingen van kinderen verspreidde en pedofilie wilde legaliseren. En vorig jaar verbood de rechter motorclub Hardliners MC. De club, die leden beloonde voor het plegen van ernstig fysiek geweld, was vanuit de gevangenis door gedetineerden opgericht.