De door economen gevreesde ‘compensatiemaatschappij’ tekent zich steeds meer af. Het is geen goede zaak als de overheid gaat pretenderen alle financiële klappen van burgers te kunnen opvangen, schrijft Gertjan van Schoonhoven.
Wordt Nederland een compensatiemaatschappij? Een land waar de overheid in tijden van tegenspoed voor iedereen de financiële klappen opvangt? Onder economen groeien de zorgen hierover, en die zullen er niet minder op zijn geworden. Rond Prinsjesdag tekenden de contouren van zo’n compensatiemaatschappij zich inderdaad af.
Maar wat is het precies?
Lees ook dit opiniestuk van Jeroen van Wensen: Consument dupe van gebrekkige wetgeving rond energiecontract
Het was Pieter Hasekamp, directeur bij het Centraal Planbureau, die al in maart, bij de beëindiging van de coronasteun, vaststelde dat Nederland ‘verandert in een compensatiesamenleving’. Corona, aldus Hasekamp, zorgde voor ‘versnelling van de trend waarbij de overheid voortdurend financieel in de bres springt voor groepen die om welke reden dan ook met onverwachte kosten geconfronteerd worden’.
Compenseren is niet altijd onbillijk, maar ‘terughoudendheid’ is gewenst
In geval van overheidsfalen, zoals bij de Toeslagenaffaire, is dat billijk. Maar als het structureel wordt, is het zorgelijk, aldus Hasekamp. Het is peperduur – corona kostte de schatkist 50 miljard – en remt de economische dynamiek. Het is ook nog eens inherent oneerlijk. Hoe sterker de lobby, hoe meer geld. Maar bovenal: gratis geld bestaat niet. ‘Uiteindelijk is de compensatie voor de één de belasting voor de ander – nu of in de toekomst.’ Hasekamp pleitte dus voor ‘terughoudendheid’.
Laden…
Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.
Bent u al abonnee en hebt u al een account? log dan hier in
U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.
Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?
Wilt u opnieuw inloggen