Bijna een jaar recherche-onderzoek mondde vannacht uit in een inval door 150 agenten op vijf vissersschepen in Vlissingen. Drie vishandelaren zijn aangehouden. Een overdreven inzet met een ondermaats resultaat, schrijft Geerten Waling.
Vannacht heeft de politie in Vlissingen een grootschalige operatie uitgevoerd. Liefst 150 (!) agenten stonden paraat voor een inval. Drie verdachten zijn gearresteerd. De actie volgde na een onderzoek van driekwart jaar.
Wie dat leest, denkt meteen dat hier eindelijk iets gebeurt aan de grootschalige georganiseerde misdaad in dit land. Iets met harddrugs, of gestolen juwelen. Maar nee: het gaat om een onderzoek naar ondermaatse vis.
De inval vond plaats op vijf vissersschepen die ervan worden verdacht illegaal te kleine vis aan wal te brengen – dat is tegen de regels, want potentieel schadelijk voor de visstand.
Politie, hengel eens gauw naar grotere vis
Illegaal is illegaal, daarover is geen twijfel. En als de milieuafdeling van de landelijke recherche zo lang onderzoek heeft gedaan, zullen de verdenkingen ook wel serieus zijn. De sterke arm der wet gaat vast niet voor de lol met 150 platte petten – bij nacht en ontij en tegen overuurtarief – over tot het enteren van vijf vissersboten.
Maar de vraag is wel of de eventuele illegale vangst van te kleine visjes bovenaan het prioriteitenlijstje moet staan van de Nederlandse politie, die zo vaak en luid klaagt over onderbezetting. In het licht van de grote uitdagingen van deze tijd – verhitte voetbalwedstrijden, oplichting en corruptie en, o ja, niet te vergeten de volledig vrij opererende, oppermachtige drugsmaffia – is een drietal sjoemelende Vlissingse vishandelaren in de politiecel toch, tja, een ondermaats resultaat.
Dus, landelijke politie, gooi die kleine vissen maar terug in zee en hengel eens gauw naar grotere vis.