Philip van Tijn kroop in de huid van een schooldirecteur die werd gegrepen door het taaladvies van scholierencomité LAKS. ‘Jongens en meisjes’ kan niet meer, net als ‘zittenblijven’. Met het voorgestelde vocabulaire moeten scholieren zich beter redden in de grotemensenwereld. ‘Op naar een genderloze, grijze gemeenschap.’
Een bevriende directeur (M/V/X) van een scholengemeenschap is gegrepen door de taalvernieuwing die het LAKS heeft voorgesteld. Het Landelijk Aktie Komitee Scholieren werd bekend door elk jaar te protesteren tegen de hoge moeilijkheidsgraad van de eindexamens, maar zoekt het nu fundamenteler. Het LAKS wil een nieuwe taal, die rekening houdt met de veranderde tijd. Dat blijkt al uit het feit dat de zegspersoon van het LAKS luistert naar de naam Cylus Kawesi.
Die directeur (M/V/X) wil aan het begin van komend schooljaar de leerlingen toespreken volgens de nieuwe richtlijnen, toekomstgericht en met een nieuwe visie op wat een school is. Hen vroeg mij of ik een probeersel wilde maken. Bij dezen, en de lezers van EW krijgen de primeur. Vergeet even al die gender-specifieke, ronkende toespraken zoals u zich die van vroeger herinnert. Andere tijden zijn aangebroken.
LAKS: Geen witte of zwarte school meer en niet meer blijven zitten
Dag allemaal. Een extra welkom voor die jonge mensen die hier aan hun eerste jaar beginnen. Jullie zullen spoedig merken dat wij geen witte school en geen zwarte school zijn, maar een grijze. En zo hoort het. Je moet bijna niet merken dat het een school is, maar een stuk samenleving. We kennen ook geen domme of knappe leerlingen. Jullie zijn allemaal misschien onderling een beetje anders, maar toch hetzelfde: de een wat slimmer, de ander wat langer of dikker.
Dat grijs geeft ook aan wat wij willen met onze school en met het onderwijs: nivelleren. Omdat dit een heel moeilijk woord is, leg ik het even uit: het betekent ‘gelijk maken’. Dat kun je doen door naar boven of naar beneden – en ik bedoel natuurlijk naar beneden – te nivelleren, want anders kan niet iedereen het begrijpen en bijbenen.
Door dat nivelleren is de kans op wat vroeger ‘zitten blijven’ heette, een stuk kleiner geworden. Eigenlijk nul, want je kunt niet blijven zitten: het begrip is gewoon afgeschaft.
Diegenen onder jullie die het in hun jaar geweldig naar hun zin hadden, en die bovendien de leerstof – die we liever ‘oefenstof ’ noemen – dolgraag nog een tweede jaar tot zich willen nemen, kunnen aan de schoolleiding vragen om hun klas nog eens te mogen doen. Dat noemen wij, met een moeilijk woord, ‘doubleren’. En meestal staan we dat toe.
Leerlingen worden als één groep aangesproken, zonder onderscheid
Ondanks al dat nivelleren naar beneden, komt het een enkele keer voor dat een leerling na zijn schooltijd wordt toegelaten tot de universiteit. Veel mensen denken dat de u-ni-ver-si-teit een moeilijke opleiding is, moeilijker dan de andere opleidingen. Maar dat is niet zo: het is gewoon een ander soort opleiding, die ooit bedacht is voor mensen die niks met hun handen kunnen.
Zoals mens Vivien Waszink, die is taalgeleerde en heeft doorgeleerd aan de universiteit. Ze studeerde af, zo heet dat, op een scriptie – zeg maar een soort app – over het begrip ‘leuk’ . En het leukste is dat je dat helemaal niet aan dit mens kunt merken.
Deze taalkundige is heel blij met de verandering. Zo las ik een geweldige uitspraak van dit taalmens: “Door leerlingen als één groep aan te spreken, maak je geen onderscheid naar gender. Op deze manier voelt iedereen zich vertegenwoordigd.”
Een rake uitspraak. Ik moet denken aan al mijn voorgangers, die op een dag als deze jullie – jullie voorgangers, eigenlijk – hebben aangesproken met ‘jongens en meisjes’, en aan al diegenen die zich daardoor niet vertegenwoordigd voelden.
Maar dat is allemaal verleden tijd, dankzij Cylus Kawesi en de andere bestuurs-personen – gek dat wij het vroeger over een ‘bestuurslíd’ hadden! – van het LAKS.
Minder beoordelen op kwaliteit en meer op goede bedoelingen
Maar we zijn er nog lang niet! Er is nog steeds een te groot verschil tussen leerlingen en leraren – met een moeilijk woord: ‘docenten’. De leraren geven lessen, en de leerlingen moeten er maar van uitgaan dat wat de leraren zeggen wáár is. En de leraren beoordelen de werkstukken van de leerlingen, wat nog steeds veel te veel gebeurt op grond van – alweer zo’n moeilijk woord –‘kwaliteit’.
We hebben nog een lange weg te gaan, voordat het werk van de leerlingen wordt beoordeeld op hoe ze het hebben bedoeld – en vooral op hoe goed ze het hebben bedoeld. En een nog langere weg, voordat de leerlingen op dezelfde manier de leraren beoordelen. Maar misschien valt dat mee: het gaat gelukkig tegenwoordig allemaal veel sneller.
Maar wat jullie later ook worden – brandweerkracht, Ombudsmens, groenteverkoper of voorzitmens van de Tweede Kamer – ik hoop dat de basis daarvoor op onze schoolgemeenschap wordt gelegd. Met de nadruk op ‘gemeenschap’: de wereld in het klein, waar je wordt voorbereid op de wereld in het groot. Niet door te leren, want je kunt toch alles opzoeken, maar door samen een genderloze, niet op prestaties gerichte en vooral grijze gemeenschap te zijn. En dan maar hopen dat je het in de grotemensenwereld zult redden.
Ik wens jullie een heel mooi jaar en een onvergetelijke tijd in onze gemeenschap!