Het falen van Sigrid Kaag staat niet op zichzelf. Vrouwen deden het in Nederland tot nu toe praktisch nooit goed als aanvoerders van politieke partijen. Met misogynie heeft dat niets te maken, schrijft Gerry van der List.
Zeker voor parlementair journalisten moet het een opluchting zijn geweest. Na de val van het vierde kabinet-Rutte hadden zij zich al geestelijk ingesteld op een langdurige verkiezingscampagne, waarin de verbaal uiterst vaardige premier ongetwijfeld weer de concurrentie zou overtroeven om daarna aan een nog langduriger kabinetsformatie te beginnen. Maar Mark Rutte kondigde tot ieders verrassing zijn vertrek uit Den Haag aan, en een vrouw volgt hem op als aanvoerder van de VVD. Verveelde journalisten – en misschien ook wel kiezers – vinden zo’n nieuw gezicht verfrissend.
Het aanwijzen van Dilan Yeşilgöz als liberale lijsttrekker wordt ook wel toegejuicht vanwege het emancipatoire karakter. Sowieso lijken vrouwen bezig met een doorbraak in Den Haag. Het kabinet telt voor het eerst in de geschiedenis meer vrouwelijke dan mannelijke ministers en de grote winnaar van de Provinciale Statenverkiezingen dit jaar was BBB’er Caroline van der Plas.
Een teken aan de wand is ook dat de ChristenUnie nu een vrouw heeft als vicepremier, als voorzitter van beide Kamerfracties én als partijvoorzitter. Terwijl niet zo lang geleden CU-voorman Leen van Dijke nog schermde met bijbelteksten over de wenselijke onderdanigheid van de vrouw.
Laden…
Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.
Bent u al abonnee en hebt u al een account? log dan hier in
U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.
Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?
Wilt u opnieuw inloggen