Bestrijd polarisatie met investeringen in meer inhoudelijke politiek

V.l.n.r. Frans Timmermans (PvdA-GL), Henri Bontenbal (CDA) en Mirjam Bikker (CU). Foto's: ANP

De polarisatie in de politiek is een symptoom van oppervlakkigheid. Voor ideeënvorming is te weinig ruimte. Investeer daarom in stevige denktanks en meer ondersteuning voor Tweede Kamerleden, schrijft rechtsfilosoof Maurits Potappel op EW Podium.

Het tijdperk-Rutte is binnenkort definitief voorbij en het is tijd om de balans op te maken. Aan het einde van zijn regeerperiode riep Mark Rutte op tot ‘een nieuwe bestuurscultuur’. Hij zou met ‘radicale ideeën’ komen om antwoord te bieden op het cynisme na de val van het kabinet over de kinderopvangtoeslagenaffaire. Van die nieuwe stijl van politiek is weinig terechtgekomen. Nu staat een nieuwe generatie politici op die werk wil maken van deze nieuwe cultuur, waarin inhoudelijke politiek centraal staat. Maar wat is hier concreet voor nodig?

Het belang van meer inhoud in de politiek

Afgelopen maandag werd Henri Bontenbal in Amersfoort op het schild van het CDA gehesen. Bontenbal presenteerde zich als de kandidaat-lijsttrekker die de inhoud centraal wil stellen. In zijn speech contrasteerde hij de afgelopen jaren waarin ‘Haags gedoe’ de boventoon voerde met een campagne op basis van inhoud. Ook PvdA’er Frans Timmermans stelde dat ‘we op een andere manier politiek moeten bedrijven dan in de afgelopen jaren is gebeurd’. Hij profileerde zich ook als een kandidaat op de inhoud die ‘Nederland bij elkaar wil brengen en de verdeeldheid in Nederland wil overbruggen’.

Deze oproep tot meer inhoud in de politiek tegen de polarisatie was al eerder gedaan door de fractievoorzitter van de ChristenUnie, Mirjam Bikker. In haar toelichting op haar kandidatuur voor het lijsttrekkerschap zei ze: ‘Het gaat me niet om “skyhigh” scoren, maar om tot zegen te zijn in dit land. Weg van de harde koppen en de polarisatie.’

De politiek is geconditioneerd op polarisatie

Inhoudelijke politiek als remedie tegen groeiende polarisatie dus. Maar waar komt deze inhoud vandaan? Politici hebben bar weinig tijd om na te denken over ideeën voor de samenleving. De agenda van politici is overvol met (spoed)debatten, interviewverzoeken en fractievergaderingen. Ook met de ondersteuning van Kamerleden is het slecht gesteld. In vergelijking met andere landen loopt Nederland sterk achter. De Duitse Bondsdag heeft 4.500 medewerkers op 598 leden, ruim 7,5 ondersteuner gemiddeld. De Tweede Kamer telt 430 fractiemedewerkers op 150 Kamerleden, dus gemiddeld 2,8 ondersteuner per Kamerlid.

Diverse rapporten bevestigen de matige ondersteuning van Kamerleden. Zo stelt het rapport Klem tussen balie en beleid van 25 februari 2021 dat ‘meer inhoudelijke ambtelijke ondersteuning nodig is’. In aanvulling daarop concludeerde de commissie-Van der Staaij in december 2021 ook dat er meer ‘ambtelijke ondersteuning voor Kamerleden’ moet komen. De Kamer wordt nu  gehinderd in zijn grondwettelijke taak. Geen wonder dat Kamerleden niet toekomen aan het voeren van inhoudelijke politiek.

In de praktijk komt het nu aan op de creativiteit en de inhoudelijke capaciteit van Kamerleden zelf. Deze inhoudelijke capaciteiten moeten niet worden onderschat. Veel van de inhoudelijke debatten halen de camera’s niet omdat ze simpelweg te saai zijn vanwege het inhoudelijke karakter. ‘Haags gedoe’ verslaat nu eenmaal beter in de media. Toch blijft het vaak steken in de controlerende taak en komt van de medewetgevende taak van de Kamer weinig terecht door de matige ondersteuning en het gebrek aan tijd.

Denktanks helpen tegen polarisatie, maar Nederland wil er niet voor betalen

Om meer inhoud in de politiek te brengen, bieden denktanks de uitkomst. Hier heerst een sfeer van rust en kan worden nagedacht over beleid op de lange termijn. Maar helaas kent Nederland geen cultuur van onafhankelijke denktanks en zijn de meeste politieke denktanks in Nederland gebonden aan een politieke partij. Dit heeft als gevolg dat politiek vaak belangrijker is dan inhoud. Van sommige denktanks van grote partijen, zoals de Teldersstichting van de VVD, horen we de laatste tijd daarom bar weinig. Daarnaast wordt het geoormerkte geld van denktanks niet altijd ingezet voor inhoudelijk werk, maar gaat het bijvoorbeeld naar de campagne of mediavoorlichting.

In tegenstelling tot landen als de Verenigde Staten en Duitsland is Nederland niet bereid om geld te betalen voor de democratie. Duitsland kent grote denktanks als de Konrad Adenauer Stiftung, waar honderden medewerkers actief zijn op basis van inhoud en het politieke debat stimuleren met uitgewerkte ideeën.

Van Mierlo, Lubbers, Balkenende en Bolkestein waren intellectuele kanonnen

Voor grote visionairen lijken we in Nederland terug te moeten naar namen als Hans van Mierlo, Ruud Lubbers, Jan Peter Balkenende en Frits Bolkestein. Intellectuele kanonnen die ieder vanuit een eigen gedachtegoed het politieke debat opschudden met visies voor de samenleving. Visie was voor hen geen vies woord maar hing samen met een doordachte mens- en wereldbeschouwing.

Vaak wordt echter vergeten dat achter deze politici een jarenlange vorming schuilgaat. Van Mierlo en Lubbers werden geschoold op het Canisius College bij de jezuïeten, Balkenende was jarenlang werkzaam bij het Wetenschappelijk Instituut voor het CDA en Bolkestein was een groot voorstander van Bildung – in zijn jaren als VVD-leider was de Teldersstichting dan ook een bolwerk van denkkracht.

Een cultuurverandering is nodig voor meer ideeënvorming

De oproep van Bontenbal, Timmermans en Bikker tot een inhoudelijke politiek tegen polarisatie is mooi, maar moet gepaard gaan met concrete financiële investeringen. Ten eerste moet de vorming van politici aandacht krijgen. Wetenschappelijke instituten van politieke partijen moeten zich concreet bezighouden met de opleiding van politici in de vorm van zomerscholen en inhoudelijke programma’s. De tijd dat de jezuïeten dit gratis deden, is voorbij. Wat dat betreft doen de Nieuwe Denktank en de Stichting Sociale Christendemocratie goed werk.

Ten tweede moet er meer geld naar (onafhankelijke) wetenschappelijke instituten. De Duitse democratie heeft goed begrepen dat voorkomen beter is dan genezen. Willen we de polarisatie tegengaan, dan moet er geld beschikbaar komen voor ideeënvorming om Kamerleden te helpen inhoudelijke politiek te voeren.

Tot slot moet de politieke ondersteuning en ambtelijke ondersteuning van Kamerleden worden opgeschroefd in navolging van omliggende landen als Duitsland. Alleen zo kan er werk worden gemaakt van een nieuwe bestuurscultuur en kan de oppervlakkige polarisatie worden tegengegaan.