Wat Nederland zo verwarrend maakt, is de staatsrechtelijke chaos die het zelf creëert. Dit blijkt maar weer eens nu het College voor de Rechten van de Mens vrijdag de rechter op de vingers tikte die het waterkanon toelaatbaar vond om klimaatrebellen weg te spuiten, schrijft Arendo Joustra.
De laatste keer dat het College voor de Rechten van de Mens het nieuws haalde, was toen de negen collegeleden met elkaar overhoop lagen. Het gedoe was al jarenlang bezig, maar afgelopen mei barstte de bom publiekelijk. Wat precies aan de hand was, werd niet helemaal duidelijk, behalve dat het met de mensenrechten van het instituut zelf blijkbaar slecht was gesteld.
Het rijk gesubsidieerde College, waar ‘100 betrokken professionals werken’, geeft geheel vrijblijvend wat adviezen en de gemiddelde belastingbetaler vraagt zich terecht af waarom vijf verschillende ministeries hier hun geld aan uitgeven. Dat zijn voor de goede orde het ministerie van Justitie en Veiligheid, het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en het ministerie van Buitenlandse Zaken.
Waar bemoeit het mensenrechtencollege zich mee?
Vrijdag haalde het College weer het nieuws. De rechter – die anders dan het College nooit vrijblijvend uitspraken doet – had net geoordeeld dat de inzet van waterkanonnen bij blokkades van Extinction Rebellion (XR) niet hoeft te worden ingeperkt, of het College plaatste eigenwijs een bericht op X dat ‘de inzet van de waterwerper geen gewoonte mag worden’.
Dat mag het College natuurlijk vinden, maar wat hebben de klimaatrebellen van XR aan deze opinie? En wat moet de Haagse politie ermee? Het klinkt heel deftig, College voor de Rechten van de Mens, maar niemand koopt iets voor deze opvatting. Er werd niet verwezen naar een gedegen onderzoek of een belangrijk rapport van het College, dus de tweet kan net zo goed zijn geplaatst door de enige stagiaire die vrijdag nog op kantoor was.
Volgens het College kan ‘een waterwerper met harde straal leiden tot verwondingen. Daarom mag het [van wie?] alleen in nauw afgewogen situaties worden ingezet. Er kan een verlammend effect van uitgaan: anderen kunnen bang zijn om hun recht op vrijheid van meningsuiting en vreedzaam protest uit te oefenen.’
College voor de Rechten van de Mens weet het beter dan de rechter
Ja, dat kan allemaal. Maar XR had nu juist aan de rechter en niet aan het College gevraagd om zich in kort geding uit te spreken of het waterkanon mocht worden ingezet. En de rechter bepaalde vrijdag met enige mitsen en maren dat het inzetten van het waterkanon tegen XR-rebellen op de A12 door de burgemeester van Den Haag inderdaad in overeenstemming was met de wet en onder de omstandigheden passend was.
Roma locuta, causa finita. Rome heeft gesproken, de kous is af. Maar nee hoor, het College voor de Rechten van de Mens weet het beter dan de rechter. ‘Wat betreft het College zou de inzet van de waterwerper geen gewoonte mogen worden.’
Wat moet XR hiermee en wat de Haagse politie? De rechtbank in Den Haag velt een serieus oordeel en dan gaat het College voor de Rechten van de Mens dat een beetje tegenspreken en ondermijnen. En de rechtsstaat heeft het al zo moeilijk. Er is al eerder voor gepleit deze ruziënde en zinloze club op te heffen, en deze actie op vrijdag de dertiende geeft de overheid een extra argument.