Zelfs met nul zetels twijfelt links niet

Frans Timmermans reageert op de verkiezingsuitslag. Foto: ANP

Martin Sommer ziet hoe het autoritaire gelijk van natuurkundige Diederik Samsom GroenLinks-PvdA veroverde en de laatste arbeider dakloos werd.

Op 20 april congresseert de nieuwe fusiepartij GroenLinks-PvdA en ik ben benieuwd hoe de vlag erbij hangt. Partijleider Frans Timmermans zit een beetje bleekjes in de Kamer, is uiteraard teleurgesteld over de uitslag van de verkiezingen. Wel 26 zetels, niet de grootste partij.

Hij had vooraf verondersteld dat de kiezers ‘een safe pair of hands’ zouden waarderen, zei hij in De Groene, maar dat was dus niet zo, en verder heeft hij weinig van zich laten horen.

Op mijn stapel knipsels ligt wel een recent vraaggesprek met Diederik Samsom in de Volkskrant, de stuurman onder kapitein Timmermans in Brussel, zoals hij daarin zelf zegt.

Samsom is als partijleider allang niet meer in functie en het gesprek gaat nauwelijks over de Partij van de Arbeid. Ja, eventjes, als hij de nederlaag van Berezina-proportie in 2017 (van 38 naar 9 zetels) verklaart doordat hij zelf door de partij ‘van de bok’ werd gegooid.

Mij gaat het om iets anders, de geesteshouding die uit het artikel opstijgt.

Samsom is nooit een typische PvdA’er geweest; hij was activist bij Greenpeace en aarzelde of hij zich zou aansluiten bij GroenLinks of de PvdA. Het werd de PvdA omwille van de macht, maar bij GroenLinks hoort onmiskenbaar het heilige vuur waarmee hij vertelt over zijn Green Deal voor Europa. Dat plan is ‘alomvattend’, ‘onontkoombaar’ en er is ‘geen ontsnappen aan’.

‘Ik ben nu eenmaal opgevoed als natuurkundige,’ zegt hij op zeker moment. Een onthullende uitspraak.

Top-down

In de natuurkunde is de kortste route van a naar b een rechte lijn. Natuurkunde kent geen tegenspraak, en Samsoms autoritaire gelijk is het gelijk van de nieuwe fusiepartij. Top-down heeft de plaats ingenomen van bottom-up.

Uit het Nationaal Kiezers Onderzoek (NKO) na de verkiezingen van november bleek dat de laatste arbeider die ooit PvdA stemde, zijn hielen heeft gelicht.

Alleen oud-voorzitter Hans Spekman pruttelt nog over collectieve belangenbehartiging en dat de PvdA-kiezer uit ander hout gesneden is dan die van GroenLinks.

Het NKO vroeg zich af van welke onderwerpen de nieuwe combi GroenLinks-PvdA ‘thema-eigenaar’ is. Het is ‘klimaat, klimaat en klimaat’, aldus het NKO.

De directeur van partijdenktank Wiardi Beckman Stichting, Tim ’S Jongers, liet zich een tijdje terug ontvallen hoe jammer het was dat het kabinet tijdens de coronacrisis 17 miljard heeft uitgetrokken voor koopkrachtsteun. Hoeveel zonnepanelen voor huurders had je daar wel voor kunnen kopen!

Toen de fusie bekend werd gemaakt, wist ik meteen dat de PvdA het nakijken zou hebben en GroenLinks victorie zou kraaien.

Aan Diederik Samsom kun je zien waarom. Belangenbehartiging kan altijd een onsje meer of minder, maar in de redding van de planeet komen wenselijkheid, noodzaak en onvermijdelijkheid bij elkaar.

Klimaatoma’s

Klimaatpolitiek wordt beschouwd in termen van grondrechten, en die kennen geen onsjes minder. Vorige week gaf het Mensenrechtenhof in Straatsburg de Zwitserse regering het bevel om het broeikasgas CO2 sneller omlaag te brengen, na een klacht van zogenoemde klimaatoma’s die aanvoerden dat ze vanwege de warmte gevaar liepen eerder te overlijden.

De klimaatoma’s kregen gelijk, ook al had een eerder referendum uitgewezen dat de Zwitsers helemaal niet te porren zijn voor strengere klimaatmaatregelen.

Zoals bekend was Nederland de eerste met een soortgelijke uitspraak, in het Urgenda-proces. De staat werd veroordeeld op grond van ‘het recht op leven’ dat is verankerd in het Europese mensenrechtenverdrag.

Het Hof in Straatsburg volgde diezelfde lijn, tot vreugde van GroenLinks-PvdA en de Volkskrant, die in de kop repte van ‘de Zwitserse overwinning’.

Dat raakt de kern van het idee dat mensenrechtenpolitiek een hogere vorm van democratie is – er zijn kennelijk geen verliezers, er is geen ruzie en vooral zijn er geen populisten die zich ermee bemoeien. Het vonnis verklaart waarom ze bij de GroenLinks-PvdA geen twijfel kennen aan hun gelijk, ook al halen ze bij wijze van spreken nul zetels. De rechter zegt het immers.

Mensenrechtenpolitiek als antipolitiek

Ik haast mij te erkennen dat de mensenrechten noodzakelijk zijn om regeringen te manen zich fatsoenlijk te gedragen. Maar als vervanger van politiek zijn ze bij uitstek ongeschikt.

Sharon Dijksma, PvdA-burgemeester van Utrecht, noemde bestaanszekerheid een mensenrecht. Het klinkt nobel, maar betekent niets zolang de overheid niet de portemonnee trekt en dus een andere prioriteit moet laten voor wat zij is.

Op de keper beschouwd is mensenrechtenpolitiek eigenlijk antipolitiek, aangezien het wezen van democratische politiek is vervelende keuzes maken – met instemming van de bevolking.

Mensenrechten kennen geen nare dilemma’s, gelden ‘overal en altijd’, kennen geen grenzen en geen geschiedenis, en gaan op voor elk individu. Het zijn rechten die uit de ijle lucht komen vallen, reden waarom de filosoof Jeremy Bentham in de negentiende eeuw sprak van ‘onzin op stelten’.

Ondanks dat manifeste gebrek aan legitimiteit eist het Hof in Straatsburg wel dat de Zwitserse overheid braaf aan het werk gaat om de broeikasgassen in de Alpen verder terug te dringen. En de legitimiteit van diezelfde overheid rust wel degelijk op de instemming van de bevolking.

De dorpswei werd opgeknipt

Zo bijten de mensenrechten in hun eigen staart: ooit bedoeld om de bevolking te beschermen tegen de almacht van de staat, worden ze nu gebruikt om zonder volkssteun staatsmacht af te dwingen. Dat kan niet lang goed gaan.

Kritiek op de mensenrechten geldt als rechts tot heel erg rechts. Maar Karl Marx noemde de verruiming van individuele rechten al ‘bourgeois’ omdat die ten koste ging van de gezamenlijke belangenbehartiging.

In het beroemde hoofdstuk 24 van Das Kapital beschrijft hij ‘the enclosure of commons’ in het Engeland van het aanstormende kapitalisme. De dorpswei, de commons, die sinds onheuglijke tijden door de gemeenschap was beheerd, werd opgeknipt en afgerasterd ten behoeve van het privé-eigendom van een kleine groep bevoorrechten.

Anno nu voelen de laatste arbeiders in de PvdA haarfijn aan hoe hun klassenbelang opzij wordt geschoven, ditmaal voor het ‘overal en altijd’ van de mensenrechten. De oude Marx leert ons dat de zegetocht van de mensenrechten overbrekelijk is verbonden met het kapitalisme van nu, ofwel het gehate neoliberalisme.