De informateurs raken in tijdnood. Zo’n moeizame slotfase belooft weinig goeds voor de degelijkheid van het te vormen kabinet, schrijft Eric Vrijsen.
Een ongeschreven regel in de Nederlandse polderdemocratie is dat je jezelf nooit een deadline moet opleggen. De Tweede Kamer doet het tegenwoordig wel. De informatieopdracht aan Richard van Zwol (CDA) en Elbert Dijkgraaf (SGP) eindigt woensdag 15 mei. De informateurs dachten die deadline als valbijl te kunnen gebruiken, en zo als vanzelf de druk op de partijleiders van PVV, VVD, NSC en BBB op te voeren. Ze spraken over de week van Hemelvaart als ‘de finaleweek’.
Maar woensdag 8 mei lukte het weer niet om een akkoord te bereiken. Op Hemelvaartsdag moet in elk geval SGP’er Dijkgraaf de kerkelijke traditie respecteren en is werken niet toegestaan. Pieter Omtzigt (NSC) is moe en snakt naar een dagje Enschede. De anderen zijn ook moe, maar de partijleiders zullen telefonisch elkaars pijnpunten masseren. Dinsdagavond 7 mei probeerde Van Zwol maximaal tijd te rekken. Hij noemde woensdag 15 mei 23.55 uur als uiterste deadline. ‘Dan moeten we een punt zetten,’ zei de informateur van CDA-huize.
5 voor 12-atmosfeer
Dat krijg je van het stellen van deadlines. Als er onvoldoende voortgang is en de tijdsklem niet meer helpt, ontstaat een 5-voor-12-atmosfeer. Je kunt dan alleen nog de tijd symbolisch stilzetten, wat op belangrijke internationale conferenties ook weleens feitelijk gebeurde: diplomaten draaiden dan de klok een paar uur terug. Volgende week kan dat ook in het Haagse ‘informatiekwartier’ gebeuren.
De partijleiders begrijpen: we kunnen eigenlijk niet meer terug. Ze zitten al te lang bij elkaar. Het moet gebeuren. En het adagium blijft: de breker betaalt. Dus wie nu wegloopt uit de onderhandelingen, moet wel een heel goed verhaal hebben.
NSC heeft goed verhaal
Omtzigt heeft met de pensioenkwestie zo’n verhaal naar de kiezers. Het nieuwe pensioenstelsel is vorig jaar door het parlement aangenomen, maar maakt toekomstige pensioenuitkeringen afhankelijker van beurskoersen en schept zo onzekerheid. Ook hangt er een zweem van achterkamertjes rond de afspraken die de informateurs met de pensioensector maakten om ‘niet te tornen’ aan de nieuwe Wet toekomst pensioenen en de invoering van het nieuwe pensioenstelsel onverkort door te zetten.
De meerderheid van Omtzigts kiezers zal teleurgesteld reageren als hij opnieuw wegloopt uit de besprekingen met Wilders. Maar Omtzigt heeft er met die pensioenkwestie een solide verdediging bij: met het oog op bestaanszekerheid en democratische transparantie kan hij niet akkoord gaan met zo’n schimmige deal. Zijn kiezers zullen dat begrijpen. Sterker: ze zullen zich afvragen waarom PVV en BBB die pensioendeal lieten passeren.
Demonstraties geven PVV vleugels
Wilders kan de anderen dreigen dat hij bij nieuwe verkiezingen een grote overwinning zal behalen. De peilingen geven dat althans aan. Zeker als die pro-Palestijnse, anti-Joodse demonstraties doorgaan, krijgt de PVV vleugels. Maar nieuwe verkiezingen zijn nog lang niet aan de orde. Als deze formatie mislukt, volgt een poging tot de vorming van een kabinet-Timmermans I met GroenLinks-PvdA, VVD, NSC en D66 (samen 78 zetels).
Pas als ook die poging mislukt – en de kans daarop is groot, want zo’n coalitie betekent zelfmoord voor de sterk verdeelde VVD – volgen nieuwe verkiezingen. Wilders moet onder ogen zien dat zijn kansen dan kunnen keren. Veel van zijn kiezers volgen de politiek op grote afstand. Ze zullen denken: ‘Wilders heeft het niet waar kunnen maken.’ Teleurgesteld zoeken ze dan een alternatief. Niets zo beweeglijk als de partijvoorkeur van het electoraat. Wilders zag hoe snel concurrenten als FVD, BBB en NSC opkwamen – respectievelijk bij de Statenverkiezingen van 2019 en 2023 en in de peilingen voor de Tweede Kamerverkiezingen van 2023 – maar ook rap weer terugvielen qua populariteit.
De verdeelde VVD heeft het moeilijk met deelname aan een door Wilders geleide coalitie. Aan de andere kant: dit is een kans om te komen tot een strenger migratiebeleid, en de VVD weer te profileren als de partij van financiële degelijkheid. Voor BBB geldt dat ze zich als protestpartij moet bewijzen in goed bestuur, vooral op landbouwgebied.
Constructies om tijd te kopen
Maandenlang ging de formatie over de principiële argwaan tussen de vier partijen. In deze slotfase gaat het om inhoudelijke hobbels en valkuilen. Als het de komende dagen lukt een akkoord te smeden, dan zal dat vol constructies staan om tijd te kopen. Beloftes als een studie naar het wijzigen van het Vluchtelingenverdrag, of naar de mogelijkheid tot het uitroepen van een ‘asielcrisis’ om een asielstop te kunnen inlassen: pseudo-daadkrachtig, en niemand kan erop tegen zijn.
Met een ‘extraparlementair’ kabinet in aantocht, hebben de onderhandelende partijen ook nog de mogelijkheid om bepaalde kwesties in vage termen te benoemen en aan de toekomstige ministers over te laten. De vier partijen duiden die uitweg inmiddels aan met de term ‘Catshuis’.
Peppie en Kokkie
Deze formatie herinnert sterk aan de vorming van het tweede kabinet-Van Agt (CDA, PvdA, D66) in 1981. CDA en PvdA waren het fundamenteel oneens over de plaatsing van nucleaire kruisraketten in Nederland. Ze bedachten een uitstel-constructie. De toenmalige NOS-journalisten Hans Hillen en Charles Schwietert schreven een prachtig boekje over die episode: ‘Formatie van een tijdbom.’ En ja, daarmee was alles gezegd.
Dat kabinet-Van Agt kreeg al ruzie over de Regeringsverklaring. De breuk werd gelijmd door informateurs Cees de Galan en Victor Halberstadt (PvdA), die ‘Peppie en Kokkie’ werden genoemd, naar de hoofdrolspelers in een destijds razend populaire humoristische kinderserie. Zij slaagden erin het kabinet-Van Agt-Den Uyl-Terlouw te laten opkrabbelen. Maar na een half jaar kwam het alsnog ten val.
De eerste, moeizame helft van de ‘finaleweek’ van de huidige formatie bewijst niet dat een rechtse coalitie onmogelijk is, maar wel dat een extraparlementair kabinet een wankele constructie zal worden.
Signaal vanuit het paleis
Gek genoeg kwam er vanuit het koninklijk paleis een impliciet signaal dat deze formatiepoging best eens zou kunnen lukken. Prinses Amalia stort haar onkostenvergoedingen niet meer terug, zoals ze twee jaar lang had gedaan. VVD-premier Mark Rutte schreef hierover een Kamerbrief. De kroonprinses hoeft nog altijd geen eigen inkomen, maar heeft voor huisvesting en secretariaat wel een onkostenvergoeding nodig.
Uit de timing zou je kunnen opmaken dat de Oranjes een en ander graag nog wilden regelen onder demissionair premier Mark Rutte, de man op wie ze altijd konden vertrouwen. Niemand in de buurt van Huis ten Bosch zal het ooit hardop zeggen, maar fijnproevers merkten de onuitgesproken boodschap van het paleis op.
En geef de Oranjes eens ongelijk. Met een rechtse, extraparlementaire ploeg weet je het maar nooit.