Een recent rapport stelt dat arme Nederlanders duurzamer leven dan rijke. Trek je dat door dan zou Nederland ernaar moeten streven om zo arm te worden als Afghanistan en Zuid-Sudan. Dat kan niet de bedoeling zijn, schrijft Simon Rozendaal, die pleit voor het combineren van welvaart en duurzaamheid.
Arme mensen leven duurzamer dan welgestelden, luidde de opening van Trouw. De aanleiding was een rapport van het Sociaal en Cultureel Planbureau dat een schijnbare tegenstelling benoemde. Mensen met veel geld zijn meer begaan met het klimaat maar leven niet duurzaam, zij met weinig zijn niet zo idealistisch maar leven wél duurzaam.
Geld stinkt niet
Natuurlijk, de consument kan een zekere hypocrisie niet worden ontzegd. Ik herinner me van lang geleden een onderzoek waarin mensen voor ze de supermarkt in gingen werd gevraagd wat ze zouden kopen. Kwamen ze eruit, dan werd gecheckt wat ze hadden gekocht. ‘Nee, natuurlijk ga ik geen vlees kopen’ – en dan terugkomen met biefstuk van de haas in je winkelkarretje.
Is armoede beter voor de planeet? Je zou het bijna denken, gezien de egards waarmee de overleden CDA-econoom Bob Goudzwaard werd herdacht. Goudzwaard (1934-2024) was van ‘de economie van het genoeg’, pleitte al vóór die woorden waren gemunt voor ‘consuminderen’ en ‘degrowth’ en was als zodanig wegbereider voor Extinction Rebellion en andere milieugroepen.
Van de doden niets dan goeds natuurlijk, maar soms moet je een uitzondering maken. Goudzwaard kletste uit zijn nek. Welvaart mag in zich ontwikkelende landen vaak de oorzaak zijn van milieuproblemen, bij doorgaande economische groei is het de oplossing. Geld stinkt niet.
Klimaatverandering is voor de rijken
In rijke landen was de luchtvervuiling met zwaveldioxide eerder opgelost dan in arme landen. Nederland stopte al tussen 1985 en 1995 met loodhoudende benzine, Algerije pas in 2021. Delhi heeft nu de fijnstofvervuiling die wij in 1950 hadden. Rijke landen kunnen het zich veroorloven om van een gepland industriegebied een natuurreservaat als de Oostvaardersplassen te maken.
Bij klimaat ligt het niet zo eenvoudig. Ik heb voor u, met behulp van website Our World in Data, een alfabetische lijst opgesteld van landen met de laagste CO2-uitstoot per hoofd van de bevolking.
Afghanistan, Angola, Bangladesh, Benin, Burkina Faso, Centraal Afrikaanse Republiek, Comoren, Democratische Republiek Congo, Djibouti, Eritrea, Ethiopië, Gambia, Ghana, Guinee, Guinee-Bissau, Haïti, Ivoorkust, Jemen, Kameroen, Kenia, Kiribati, Liberia, Madagascar, Mali, Mozambique, Myanmar, Nepal, Nicaragua, Niger, Nigeria, Oost-Timor, Pakistan, Palestina, Papua-Nieuw-Guinea, Rwanda, Sao Tomé en Príncipe, Salomonseilanden, Senegal, Sierra Leone, Somalië, Sri Lanka, Sudan, Tanzania, Togo, Uganda, Vanuatu, Zambia, Zimbabwe en Zuid-Sudan.
Al deze landen hebben een uitstoot van minder dan 1 kilo CO2 per capita, bij Nederland is het ruim 7 kilo. Volgens de definitie van ‘duurzaam’ die het Sociaal en Cultureel Planbureau lijkt te hanteren, zouden deze landen het dus beter doen. Is er één land bij waar u geboren had willen worden?
Hoe armer landen en mensen zijn, hoe lager ze scoren in CO2-uitstoot. Helaas is de geschiedenis van de mensheid doordesemd van de behoefte dat onze kinderen het beter hebben. Dat is een drijfveer van vooruitgang. We kunnen niet van burgers verlangen dat ze duimen dat hun kinderen zo arm als de neten zullen worden omdat dat goed is voor Moeder Aarde.
Frankrijk en Zweden
De cruciale vraag is hoe welvaart en duurzaamheid te combineren. Hoe kunnen onze kinderen het beter hebben terwijl we zorgvuldig omgaan met de planeet?
Rijk zijn én een relatief lage CO2-uitstoot hebben? Ik heb het al vaker benoemd: dan komen we bij Frankrijk en Zweden terecht. Die hebben per inwoner de helft van onze CO2-uitstoot. Deze twee zijn dan ook de echte groene koplopers. Even welvarend als Nederland, maar veel duurzamer – althans, gemeten in CO2-uitstoot.
Daar zijn twee verklaringen voor: ze hebben meer waterkracht en meer kernenergie. Voor waterkracht zijn hoogteverschillen nodig, en heuvels en bergen hebben we hier nou eenmaal niet.
Blijft één optie over.
Dat biedt ook een extra verklaring waarom kernenergie door sommigen zo wordt gehaat. NRC had een half jaar geleden een onthullend hoofdartikel met als kop: ‘Het belangrijkste bezwaar tegen kernenergie? De luiheid die het kan veroorzaken’.
De krant legde uit dat het best een aardig idee was, die kernenergie, maar het ‘kan de vaart halen uit andere ontwikkelingen, zoals (…) het verminderen van de energieconsumptie, of uit cruciale hervormingen in bijvoorbeeld landbouw en transport’.
Anders gezegd: we willen de samenleving overhoop halen en met kernenergie hoeft dat niet. Weg ermee.
Geïnspireerd door deze column van Simon Rozendaal?
Lees hier alles wat Simon Rozendaal eerder schreef op ewmagazine.nl