Giro555 probeert van het meest beladen conflict op aarde een soort neutrale natuurramp te maken. Die keuze valt averechts uit, concludeert Gertjan van Schoonhoven.
Landelijke inzamelingsacties via de nationale televisie en radio zijn van oudsher een trefzeker middel om het land te verenigen. Even alle onderlinge verschillen vergeten voor een goed doel. De eerste was 62 jaar geleden: het bij oudere Nederlanders legendarische Open het dorp. Sinds de jaren tachtig (‘Eén voor Afrika’) zijn het de Samenwerkende Hulporganisaties (SHO) die bij ‘uitzonderlijke rampen’ een nationale actiedag organiseren, bekend als Giro555. De laatste – aardbeving Turkije en Syrië – dateert van 2023 en bracht 128 miljoen euro op.
Bij de jongste Giro555-actie wordt dat gegarandeerd een fractie. Eén voor Afrika lukt nog wel, maar één voor het Midden-Oosten blijkt te hoog gegrepen. De keuze van de SHO om ook van het meest beladen conflict op aarde een soort neutrale natuurramp te maken, is vast met de beste bedoelingen gemaakt. Om ‘polarisatie’ te voorkomen, gaat er ook (een beetje) geld naar Israël.
Die keuze pakt averechts uit. In plaats van dat iederéén geeft, gaven tot nu toe juist relatief weinig mensen geld. Het niet polariseren, polariseert blijkbaar. Wijze les voor de hulporganisaties: houd het bij échte natuurrampen.