Phnom Penh

‘Maak je toch niet zo druk,’ zei de Cambodjaanse consul in Seoul, terwijl hij zijn vuist in de lucht hield om me met een boks te begroeten. ‘Dat is nergens goed voor.’ Ik had hem de afgelopen weken een keer of tien keer gebeld: of het echt in orde komt met het visum voor Cambodja.

‘Nee, zo wil ik er niet op,’ snauwt een oudere Chinese man tegen zijn dochter die een foto van hem maakt. Met bezweet voorhoofd beent hij terug naar het balkon waar hij quasi-nonchalant uitkijkt over een toneel van eeuwenoude pilaren en metershoge gebeeldhouwde gezichten. Naast hem groeien boomwortels uit de stenen vloeren, die muren en deurposten in tweeën splijten.