Over de voorgenomen vernoeming van een Vredesmuseum in Osnabrück naar wijlen stadgenoot Hans Georg Calmeyer is in Nederland en Duitsland een levendige discussie ontstaan. Journalist Sytze van der Zee zette uiteen waarom hij tot het pro-Calmeyer-kamp behoort. Collega-journalist Hans Knoop behoort tot het anti-Calmeyer-kamp en verwerpt de visie en argumenten van Van der Zee.
In zijn opiniestuk van 18 september gaat collega Sytze van der Zee in op wat hij een ‘respectloze hetze’ noemt tegen het voorgenomen besluit in Osnabrück om een museum naar stadgenoot wijlen Hans Georg Calmeyer te vernoemen.
Ik en 250 anderen zouden ‘respectloze hetze’ zijn begonnen
Hans Knoop (1943) was journalist bij De Telegraaf. Correspondent van deze krant en de AVRO in Tel Aviv en Brussel. Ook was hij enkele jaren oorlogsverslaggever
en enige tijd hoofdredacteur van het Nieuw Israëlitisch Weekblad en later van het weekblad Accent. Hij werd internationaal bekend door zijn onthullingen over het oorlogsverleden van miljonair Pieter Menten.
Knoop schreef onder meer boeken over de Joodsche Raad, Israël, Menten en de ‘Mengele’ van het Zuid- Afrikaanse Apartheidssysteem. Knoop woont sinds 1990 in België.
Ingezonden opinieartikelen worden geselecteerd door de redactie, maar vertegenwoordigen niet noodzakelijkerwijs het standpunt van Elsevier Weekblad.
Samen met prof. dr. J.M van Ophuijsen was ik de initiatiefnemer van deze ‘respectloze hetze’. Een initiatief dat de steun kreeg van ruim 250 wetenschappers, oud-politici en hoogwaardigheidsbekleders uit vier continenten.
In feite beschuldigt Van der Zee de ondertekenaars (onder wie oud- premier Jan Peter Balkenende, oud- vicepremier Jan Terlouw en de oud-burgemeesters van Amsterdam en Rotterdam) er dus impliciet van te hebben deelgenomen aan een ‘respectloze hetze’.
Kennelijk bestaat er in de gedachtewereld van Van der Zee ook zoiets als een ‘respectvolle hetze’!
Hij heeft het over 240 ‘zogenaamd prominente Nederlander’ die de open brief aan bondskanselier Merkel hebben ondertekend. Kennelijk zijn naar het oordeel van Van der Zee historici als prof. Jonathan Israël, prof. Bob Moore en vele anderen niet of onvoldoende prominent.
Van der Zee zet vraagtekens bij de waarde van een dergelijke petitie. ‘Hang een lijst op in de kantine van je tennisclub of in je stamcafé, en je hebt zo 250 handtekeningen van would-be-Calmeyer-deskundigen. Of van klimaatontkenners. Of van virologen. Makkelijk genoeg.’
Maar Van Ophuijsen noch ondergetekende heeft een kopie van de brief aan Merkel in kantines opgehangen. Geen van de 250 ondertekenaars (van wie de helft buitenlanders) kan worden weggezet als ‘nitwit’ of usual suspect. Jan Terlouw noch Job Cohen frequenteert – voor zover ons bekend – kantines. In stamcafés zal men ze doorgaans evenmin tegen het lijf lopen.
Ook worden wij als initiatiefnemers beschuldigd van een ‘treurige kruideniersmentaliteit’. Zoals er volgens Van der Zee ook ‘respectvolle’ hetzes bestaan, is er kennelijk ook zoiets als een ‘opgewekte kruideniersmentaliteit’.
Knoop reageert op dit artikel van Sytze van der Zee: Respectloze hetze in Nederland tegen gebruik naam Calmeyer voor Duits museum
Hij maakt zich boos over het feit dat wij van oordeel zijn dat de Duitse regering geen belastinggeld zou moeten besteden aan een museum dat dreigt te worden vernoemd naar een hoogst controversiële figuur als Calmeyer. ‘Alsof wij er ons iets van zouden moeten aantrekken hoe de Duitse regering met haar belastinggeld omspringt,’ aldus Van der Zee.
Ja, wij trekken ons dat inderdaad wel aan!
Calmeyer joeg 2.000 Joden gaskamers in, maar daarover geen woord
Het begint immers met de vernoeming van een museum naar iemand die binnen de ambtelijke richtlijnen Joden van transport vrijwaarde, maar simultaan evenzeer tweeduizend van hen de gaskamers heeft ingejaagd.
Over die laatste groep rept Van der Zee met geen woord! Calmeyer is niet zonder reden controversieel en als de Duitse centrale overheid de renovatie van het naar hem te vernoemen museum subsidieert, wordt daarmee een koosjer-certificaat aan de ingang opgehangen.
Hierna ook Albert Speerplein of Heinrich Himmlerbrug?
Het begint met een Calmeyer-vredescentrum om te eindigen met een Albert Speerplein of Heinrich Himmlerbrug.
Als initiatiefnemers zouden wij ook hebben geprotesteerd tegen bijvoorbeeld de oprichting met overheidsgeld in Amsterdam van een Friedrich Weinreb Holocaust Museum of een Anton Mussert-herinneringscentrum in Utrecht.
Geen van de ondertekenaars ontkent dat Calmeyer Joden voor transport kon behoeden door ze Arisch te verklaren en dat in een aantal gevallen ook heeft gedaan. Maar Van der Zee verzwijgt dat diezelfde Calmeyer er ook tweeduizend wel naar Auschwitz doorstuurde! Zo lapte Calmeyer er na eigen onderzoek ruim 400 Joden bij die abusievelijk niet als Jood stonden geregistreerd!
Calmeyer functioneerde binnen richtlijnen Neurenberger rassenwetten
Zijn beslissingen werden gekenmerkt door een hoge mate van willekeur en grilligheid. Calmeyer stond bekend als een humeurig man die functioneerde binnen de ambtelijke richtlijnen van de nazistische Neurenberger rassenwetten.
Hij behoorde tot de top van het civiele nazi-bestuur in bezet Nederland. Was een frequent bezoeker van de muziekavonden ten huize van Seyss-Inquart en biechtte in 1967 aan dr. Ben Sijes van Oorlogsdocumentatie op ’s nachts niet meer te kunnen slapen en zich een ‘moordenaar’ te voelen.
Een zekere mate van zelfreflectie en schuldbewustzijn kan hem in elk geval niet worden ontzegd. Dat hij decennia geleden postuum de Yad Vashem- onderscheiding heeft gekregen, wordt in kringen van internationale historici op basis van voortschrijdend inzicht thans betreurd.
Yad Vashem-onderscheiding Calmeyer valt te betwisten
Conform de eigen criteria van Yad Vashem mag een onderscheiding niet worden verleend aan mensen die tijdens de Shoah naast Joden te hebben gered, anderzijds – al dan niet onder dreiging – ook hebben meegewerkt aan de dood van Joden. Ook niet als er onder de streep een batig saldo zou overblijven.
Lees ook de ingezonden bijdrage van Els van Diggele en Alfred Edelstein: Femma’s lijdensweg sinds 1943 zaait anno 2020 paniek
Daarnaast moet de begunstigde zijn of haar inspanning hebben verricht met gevaar voor eigen leven.
Calmeyer liep bij zijn werk geen gevaar en was door het op transport stellen van Nederlandse Joden op basis van eerst later bekend geworden feiten dus niet voor de onderscheiding gekwalificeerd.
Reden waarom de wetenschappelijke leiding van dit instituut heeft toegezegd de postume verlening van de onderscheiding aan Calmeyer opnieuw tegen het licht te zullen houden.
Het moet zijn nageslacht in elk geval tot troost zijn dat er ten minste een goede Nederlander als Sytze van der Zee is die Calmeyer postuum blijft steunen!