Oud-minister van Financiën Hans Hoogervorst (VVD) pleitte onlangs in EW voor het niet langer taboe verklaren van een vertrek uit de eurozone. De huidige Tweede Kamerfractie van de VVD acht dat onrealistisch en onwenselijk, maar klopt dat wel? Kamerlid Olaf Ephraim (BVNL) reageert in een ingezonden opinie.
Olaf Ephraim (1965) is lid van de Tweede Kamer namens BVNL/Groep Van Haga.
Ingezonden opinieartikelen worden geselecteerd door de redactie, maar vertegenwoordigen niet noodzakelijkerwijs het standpunt van EW.
In reactie op het pleidooi van Hoogervorst betoogde VVD-Tweede Kamerlid Eelco Heinen onlangs in EW dat uittreding uit de eurozone niet realistisch en niet in het belang van Nederland is. Volgens hem wordt de financiële instabiliteit dan aangetast. En zorgt de euro niet voor welvaart, een stevige positie in de wereldeconomie en bescherming tegen financiële schokken van buiten?
Bij bovenstaande kan een flink aantal vraagtekens worden gezet. Hieronder worden diverse aspecten van de euro besproken en mythes weerlegd.
1.De euro is nooit een economisch, maar geopolitiek instrument geweest.
Het opgeven van de Duitse mark was de politieke prijs die François Mitterrand in 1989 vroeg voor de Duitse hereniging. Helmut Kohl gaf dit in zijn autobiografie toe. In Nederland erkende zowel de PvdA’er Coen Teulings in 2014 in De Telegraaf als president Klaas Knot van De Nederlandsche Bank bij de HJ Schoo-lezing in 2020 ook dat de euro een geopolitiek instrument is. Zonder politieke en monetaire eenheid kan een muntunie eenvoudigweg niet bestaan. De euro is nooit een doel maar een middel en belangrijke stap geweest om tot een federaal Europa te komen.
2.Zonder euro zal de export van Nederland instorten aangezien Europa staat voor vrijhandel.
Ook voor de euro dreef Nederland handel en exporteerde het goederen. Drie van de tien belangrijkste handelspartners hebben de euro helemaal niet: Verenigd Koninkrijk, Verenigde Staten en Zwitserland.
Lees hier het betoog van Hans Hoogervorst: Vertrek uit eurozone mag geen taboe zijn
Maar het belangrijkste is om onderscheid te maken tussen de verschillende ‘smaken’ in Europa:
a) De EU-vrijhandelszone: vrijhandel tussen de deelnemers.
b) Een douane-unie: gedeelde tarief en productnormen tussen de deelnemers onderling naar derde landen buiten de unie.
c) Een monetaire unie: een gemeenschappelijke munt.
c) Een bankenunie: alle banken staan garant voor elkaar en opereren onder dezelfde regels die van bovenaf, de Europese Centrale Bank en Europese Commissie, bepaald worden.
e) Een federaal, politiek verenigd Europa. Hier is alle politieke macht gecentraliseerd bij een Europese superregering en is Nederland een provincie van Europa.
Naarmate de fases a tot en met e doorlopen worden, raakt Nederland meer en meer van zijn soevereiniteit kwijt. Maar we hoeven echt niet in een monetaire unie, een muntunie of federatie te zitten om handel te drijven.
3.Met goede afspraken kan de euro hervormd worden.
Alle afspraken over de euro zijn door de jaren heen keer op keer geschonden. Het idee was dat de economieën van de landen die aan de euro deelnemen niet te veel van elkaar mochten afwijken qua rente, groei, inflatie en staatsschuld. Hiervoor werden normen opgesteld en voor de lange termijn het Stabiliteits- en Groeipact (SGP) ingesteld met regels voor het begrotingstekort en de omvang van de staatsschuld van individuele landen.
Debat over vertrek uit de euro: Lang bleef het stil, maar er lijkt iets te kantelen
Nauwelijks was de inkt op dit pact droog of de eerste uitzonderingen en overtredingen werden reeds geconstateerd. Iedereen die oplossingen aandraagt voor de economische onevenwichtigheden waarbij plechtige nieuwe afspraken ‘streng’ zullen worden gehandhaafd, gelooft in sprookjes. Probleem is dat de afspraken ook nauwelijks af te dwingen zijn. Deels om politieke redenen, deels omdat er nu eenmaal geen Europese politie is die een land in de gevangenis kan zetten.
4.De euro is alleen in stand te houden indien Noord-Europese landen de zwakke Zuid-Europese landen financieel ondersteunen.
De euro leidt tot overdrachten, dus subsidies, van landen als Duitsland en Nederland naar vooral Italië. Dat kan direct geschieden, bijvoorbeeld door de Recovery Resilience Facility (RRF), het Corona Herstel Fonds, waarin circa 800 miljard euro beschikbaar werd gesteld in grofweg even grote bedragen in leningen als in giften om de gevolgen van de corona-epidemie te verzachten. In de praktijk gebruikt Italië de 200 miljard die het ontvangt uit het RRF om op andermans kosten eindelijk zijn economie en sociaal systeem te hervormen. Maar ook indirecte welvaartsoverdracht, onder meer door de kunstmatig laag gehouden rente via de diverse opkoopprogramma’s van de Europese Centrale Bank (ECB), thans totaal 5.000 miljard euro qua omvang, heeft plaats ten koste van spaarders en gepensioneerden. Dit noemen we financiële repressie.
Ten slotte heeft het onverantwoordelijk ruimhartige monetaire beleid van de ECB de inflatie extra aangewakkerd, wat een algehele armoedeval tot gevolg kan hebben.
5.De euro kost Nederland wel miljarden welvaart, maar we krijgen er zo veel voor terug.
Maar wat dan?
In zijn artikel maakt Eelco Heinen dit totaal niet duidelijk, behoudens kwalitatieve beweringen over:
a) Een stevige positie in de wereldeconomie – die had Nederland met zijn sterke economie en gulden gekoppeld aan de Duitse mark in het verleden ook al, en Zweden, Denemarken en Zwitserland zijn als Europese landen die niet aan de euro deelnemen, ook niet armlastig.
b) Bescherming tegen externe financiële schokken – terwijl de eurozone zelf al genoeg interne schokken kende en kent.
c) Bevordering van internationale handel – alsof Nederland voor de euro nooit kaas, bloemen en landbouwproducten verkocht.
6.In de eurozone zijn de schulden onhoudbaar en de balans van de ECB is tot 9.000 miljard euro opgeblazen.
Hier heeft Heinen gelijk in. Zonder transfers is vooral de Italiaanse staatsschuld onhoudbaar, precies wat Hans Hoogervorst in zijn artikel stelde. Ook geeft Heinen toe dat Nederland een rekening betaalt voor het lidmaatschap van de euro. Dit kan en mag zo niet doorgaan, want Nederland gooit zijn welvaart te grabbel op deze manier. Zuid-Europese landen zijn verslaafd aan gratis Noord-Europees geld en hebben geen enkele noodzaak om hun falende economieën te hervormen.
7.Mogelijke oplossingen, wat gaat er gebeuren?
Er zijn diverse scenario’s denkbaar:
a) Er komt een sterke constante groei in de landen met een schuldenprobleem waardoor de moeilijkheden worden opgelost. Hier wachten de Europese beleidsmakers nagelbijtend op. Maar Italië kent al jaren een matige groei. Dat is nou juist een van de problemen.
Europarlementariër Michiel Hoogeveen (JA21): Als Nederland een vertrek uit de eurozone uitsluit, gaat ons dat opbreken
b) Er komt een langdurige hoge inflatie die de Zuid-Europese schulden als het ware doet verdampen. Spijtig genoeg gebeurt dan hetzelfde met de welvaart van ons land, pensioen en spaartegoeden.
c) De schulden worden hervormd, afgestempeld en herschikt in een moratorium. De vraag is wat dit doet met de banken in Zuid-Europa die enorme bedragen aan staatsleningen van hun eigen land op de balans hebben staan, net als de ECB.
d) De schulden in de eurozone worden collectief en alle landen delen elkaars schulden. Dit is een drama voor de goed presterende landen, zij het dat alle landen dan zonder terughoudendheid schulden kunnen maken. Immers, deze worden door alle landen samen gedragen. Deze moral hazard zal leiden tot een implosie van de euro, want op termijn zal de dollar dan voor beleggers veel interessanter zijn.
e) Een uit elkaar vallen van de euro. Of er dan in een andere vorm monetair wordt samengewerkt, zoals in het EMS tot 1992, of met diverse varianten van de euro, is natuurlijk niet te zeggen.
Scenario c) en aansluitend e) lijken mij het meest waarschijnlijk. De oplossingen die Eelco Heinen aandraagt (strenger mandaat ECB, afschrijven schulden door landen zelf, volwaardige bankenunie met gezonde balansen, strikt resolutiemechanisme, Europese noodfondsen) hebben alle ten minste één fatale gedachtefout: namelijk dat in Europa tussen min of meer soevereine landen met eigen politieke voorkeuren en agenda’s bindende afspraken te maken zijn waar men zich aan houdt. Dat is in de ruim twintig jaar dat de euro bestaat namelijk nog nooit gelukt. Sancties zijn hetzij onmogelijk hetzij politiek te gevoelig.
Wie desalniettemin toch gelooft in streng beleid, handhaving en strafmaatregelen heeft een roze bril op, oogkleppen op en een haperend euro-geheugen.
Kortom: conform Hans Hoogervorst: vertrek uit eurozone mag geen taboe zijn.
Laat we elkaar niet wijsmaken dat de eurozone Hotel California is: You can check out any time you like-but you can never leave.
Dat maakt een soeverein Nederland zelf wel uit, in het belang van Nederland.