Publicist en communicatieadviseur Onno Aerden geeft wekelijks ongevraagd advies aan iemand in het nieuws. Deze week aan historicus Peter van den Hooff. ‘Jammer, dat u uw wetenschappelijk onderzoek liet verworden tot nieuwe munitie in een allang oververhit racismedebat.’
Onno Aerden
Onno Aerden is schrijver en geeft wekelijks in een blog ongevraagd communicatie-advies aan iemand (m/v) die de publiciteit haalde.
Natuurlijk zal 2020 de geschiedenis ingaan als het jaar van corona. Maar het ‘racismedebat’ is ongetwijfeld hét andere thema dat mensen zich lang zullen gaan herinneren. Er is al veel, te veel, over geschreven en gezegd. Maar uw publieke bijdrage donderdag haal ik hier graag nog even aan. Omdat zij bij uitstek de bewustzijnsvernauwing tekent die her en der is ingetreden.
Gapers
Even kort: er hangen gapers, vooral bij apotheken en drogisterijen. Het houten gezicht-als-uithangbord bestaat al eeuwen. Exotische types die hun mond wijd opensperren, pilletje erop: wonderbaarlijke genezende krachten, hier te koop!
Een van die gapers, boven een drogist in hartje Amsterdam, is toevallig nogal zwart uitgevallen. Werd al een keer gestolen, ook al wegens vermeend racisme, dus inmiddels hangt er een ‘remake’. Excuus, hing. Want toen Volkskrant-columniste Sylvia Witteman er een ironisch tweetje aan wijdde, werd de gaper ineens het nieuwste te slopen symbool van racisme.
Verbazend dat dit hier nog hangt, midden in Amsterdam. pic.twitter.com/hlIlvxBKsY
— Sylvia Witteman (@sylviawitteman) July 5, 2020
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
En dus doken de media erop. Alle kranten, de NOS, RTL – de arme gaper werd onderwerp van de ophef du jour.
Deugt dat ding niet?
En juist toen alle genuanceerde denkers opnieuw de handdoek in de ring hadden geworpen, nadat de eigenaar van het pand mokkend had besloten om het ding dan maar uit voorzorg te verwijderen en aldus een knieval te maken voor de racismeroepers, mocht u optreden bij de NOS. En wat zegt u daar? ‘Wat mij tegen de borst stuit, is dat het geen goede representatie is van het fenomeen gapers.’
U zegt nog meer, maar zoals u weet: er is maar één kop boven een artikel. Er is maar één kernboodschap. U koos voor: dat ding deugt niet.
U heeft onderzoek gedaan naar de gaper – godzijdank, moeten ze bij de NOS hebben gedacht, zo iemand bestaat dus. Meteen eropaf. Maar waar u, historicus, vooraleerst het prachtige en kennelijk puur Nederlandse fenomeen kon duiden, verwerd het interview al snel tot een moralistische preek. ‘Ik vind de oosterse gaper op zichzelf geen uiting van racisme,’ zegt u. ‘Maar ik snap de ophef over dit exemplaar zeker. Het is een karikatuur die we herkennen van andere uitingen, waarvan we ons nu als maatschappij afvragen: vinden we met elkaar dat we mensen nog op deze manier moeten afbeelden?’
Nuance is broodnodig
Ziehier: de historicus die zich omwille van een extra scheutje azijn in het ‘debat’ manifesteert als socioloog, als kritisch denker over moderne omgangsvormen. Nou ja, voor alle duidelijkheid: ‘Ook als-ie wit was geweest, had ik het geen mooi exemplaar gevonden. Als je vergelijkt met wat er oorspronkelijk hing, is het te cartoonesk.’
Te laat, deze verontschuldiging naar de mensen die, zoals ik, verbijsterd naar deze nieuwe verwording kijken van een op zich zinvolle discussie over het verband tussen etniciteit, opleiding en maatschappelijke positie.
U maakte uw eigen, letterlijk veelkleurige onderzoeksonderwerp tot een instrument in de nieuwe beeldenstorm. Toe maar, verwijder maar – het zou weleens racisme kunnen zijn. U verspeelde een kans om vanuit de historie de broodnodige nuance aan te brengen – mensen, gas terug, dit heeft niets met racisme te maken. Zulk wetenschappelijk woordvoerderschap misten we. Jammer.