Oranje won met rustig meesterschap van Polen, in de Ronde van Frankrijk rijdt de gele garde van Jumbo-Visma iedereen aan flarden – inclusief zichzelf. Hugo Camps maakt de balans op van het sportweekeinde.
Nederland stroomt vol met speculaties over en suggesties voor de nieuwe bondscoach. Ineens blijkt dat we in een getrapte democratie leven, met een labyrint aan meningen en opinies.
Hugo Campsschrijft wekelijks een sportcolumn voor Elsevier Weekblad. Camps (Molenstede, 1943) schrijft sinds 1986 voor Elsevier Weekblad en maakte in die hoedanigheid vele markante interviews met topsporters. Tot eind september had hij bovendien een wekelijkse sportcolumn in NRC Handelsblad.
Na het vertrek van Ronald Koeman bij de KNVB hebben de zelfverklaarde bondscoaches de sluizen opengedraaid. Over de zuinige 1-0 overwinning van Oranje tegen Polen in de Nations League werd nauwelijks nagekaart. Memphis was nochtans weer het mannetje dat zichzelf dribbelde. Het ging alleen nog over de opvolging van Koeman.
Straks komt ook nog Dick Advocaat uit zijn schelp
Wie zou het worden? Louis van Gaal zei dat hij bereid was tot een gesprek. Bert van Marwijk en Henk ten Cate werden genoemd. Ten Cate zelfs met een steuntje in de rug van de spelersraad. Of was het een samenzwerinkje van de donkere jongens? Lucide geesten hielden het op Dwight Lodeweges. Gio van Bronckhorst is een alom gerespecteerde ex-international. Een Florentijn. Straks komt ook nog Dick Advocaat uit zijn schelp.
De kandidaten coifferen hun lijntjes met de media en oefenen druk uit via sponsors. Ze zijn één voor één klaar om het land te dienen. Mij zie je niet raar opkijken als ook de omgeving van het staatshoofd de komende dagen een verdacht theekransje organiseert. Alsof de bondscoach beheerder is van het heelal.
Oranje had een rustig meesterschap tegen de Polen. De defensie hield stand. De wedstrijd tegen de Italianen, maandagavond in Amsterdam, is een betere graadmeter. Er is zoveel jong talent in het elftal dat niemand hoeft te vrezen. Het is tijd voor het EK.
Tom Dumoulin heeft zichzelf omgetoverd tot superknecht
De Pyreneeën zijn een mogelijk kantelmoment geweest in deze Tour. Op de Col de Peyresourde zette Tom Dumoulin zich aan de kop van het uitgedunde peloton. De Maastrichtse renner sleurde de favorieten kilometerslang mee naar een verschroeiend tempo. Dumoulin reed zich helemaal leeg en stond na het weekeinde in het klassement op meer dan 3 minuten van de leider.
Meer van Hugo Camps: Het thema veiligheid laat het peloton niet meer los
Samen met Primoz Roglic was hij kopman van Jumbo-Visma. Hij mocht tot de laatste, beslissende week op reserve rijden. Maar tijdens de beklimming van de Peyresourde toverde hij zichzelf om tot superknecht. Hij ging sleuren voor Primoz Roglic. Het plan van Jumbo-Visma was voorbij na een schielijke crisis van zelfvertrouwen.
De gele garde rijdt iedereen stuk – ook zichzelf
Dumoulin was ineens bevangen door luxueuze nutteloosheid. Hij voelde zich niet 100 procent fit en wilde daarom meedraaien in het labeur van de knechten. Wie weet, van schaamte over de eigen uitzonderingspositie.
Zo dominant als Jumbo-Visma in deze Tour rijdt, het brengt flarden terug van de prehistorie. De gele garde rijdt iedereen stuk – ook zichzelf. Het labeur van Robert Gesink en Wout van Aert is niet normaal meer. Dit is overmoed of zelfdestructie. Zo win je geen Tour, ook niet met een begenadigde renner als Roglic in eigen rangen.
Sport en psyche, het zijn dunne draadjes. Er hoeft niet veel te gebeuren of de boel knapt. Tom Dumoulin is teruggekomen van een lange blessure. Dat speelt in het hoofd van de eenzame fietser.
Corona bestond even niet op de Peyresourde
Op de Peyresourde stonden de toeschouwers in dikke rijen. Velen zonder mondmasker. Zoals dat in bergritten gaat, gingen ze over de voorbijrijdende renners hangen met aanmoedigend geschreeuw.
Lees de laatste blog van Hugo Camps vóór de coronacrisis: Sport brengt offer van onthouding
Corona bestond even niet op de Peyresourde. Pas na onderzoek zou blijken of er een ravage is aangericht. Vrijwel alle renners wachtten het onderzoek op de rustdag, maandag, met een bang hart af.
Wel de fluimen van supporters, niet het kusje van mevrouw
De vrijpostigheid van de bermvoyeurs stond in schril contrast met het verbod voor de renners om tijdens de rustdag even hun vrouw of geliefde te zien. Terwijl ze juist die ene hand erg nodig hadden. Op de cols krijgen ze fluimen van doorgedraaide, meestal kanondronken supporters in het gezicht, maar een voorzichtig kusje van mevrouw mag niet.
Het wielrennen heeft uithongering in de koers laten overwaaien naar uithongering in de liefde. Het is middeleeuws en vroeg of laat komt daar opstand van. Wat mij betreft liever vandaag dan morgen.