De suprematie van Nederland in het veldrijden voor vrouwen is ongekend, schrijft Hugo Camps. Lucinda Brand is de nieuwe wereldkampioen. Van alle vrouwen kan niemand zoveel pijn verdragen als zij.
Op het podium in Oostende stonden alleen Nederlandse vrouwen. Goud, zilver en brons. De nummers 4, 5 en 6 zijn doorgaans ook koekhapsters. Je denkt dan toch heel even aan genetische manipulatie. Maar nee, de dames zijn onderling zo verschillend van talent en karakter dat de natuur haar vrije gang is gegaan. Wel is de suprematie van Nederland in het veldrijden voor vrouwen ongezien. Er zit beleid en historie achter. Zoals je dat met darts voor mannen ook hebt. Het lijkt op een genderoffensief.
Hugo Campsschrijft wekelijks een sportcolumn voor weekblad EW. Camps (Molenstede, 1943) schrijft voor EW sinds 1986 en maakte in die hoedanigheid vele markante interviews met topsporters.
Lucinda Brand is de nieuwe wereldkampioen. Al het hele seizoen imponeert ze vriend en vijand met haar grote motor die nooit stilvalt. Van alle vrouwen kan niemand zoveel pijn verdragen als Lucinda. Ze is gemaakt voor het afzien.
Bloedstollend duel met Annemarie Worst
Brand sleepte de titel binnen na een bloedstollend duel met Annemarie Worst. Denise Betsema deed ook vanaf het begin mee voor het podium. Denise is van Texel en weet dus als geen ander wat een zandcross aan de wind en vloedlijn van de zee vraagt.
Het succes van het Nederlandse veldrijden voor vrouwen heeft een lange voorgeschiedenis. Het is allemaal begonnen met Leontien van Moorsel. De Brabantse diva die ooit samen met haar moeder zakken van 50 kilo cement naar de stellingen van haar vader droeg. Na haar carrière zou ze investeren in een vluchthuis voor vrouwen.
Ontelbare fietsverenigingen en georganiseerde trainingen
De verklaring voor het succes heeft culturele componenten. Nederland is een fietsland. Er zijn ontelbare fietsverenigingen en het wemelt van accommodaties en georganiseerde trainingen. Fietsen is geen crisissport.
Lucinda wordt begeleid door oud-wereldkampioen Sven Nys. Die heeft haar houding op de fiets aangepast en haar geconfronteerd met strakke trainingsschema’s. Ja, zowaar ook met hoogtestages. Vrouwencross had lang niet de steun van de media en al helemaal niet van de NOS, maar dat is veranderd. Er is nu zendtijd voor ploeterende dames.
Nieuwe stoot aan het veldrijden voor vrouwen
Vorig jaar was de exotische Ceylin del Carmen Alvarado wereldkampioen. Ze heeft een kleurtje en loopt erbij als een model. Gratie te koop. Ook zij heeft een nieuwe stoot gegeven aan het veldrijden voor vrouwen. Ceylin is het idool van meisjes die graag mooi zijn en niet in een jutezak willen rondlopen. De voorsprong van Nederlandse vrouwen in internationale wedstrijden bestrijkt lichtjaren. En er staat nog een batterij talenten in de wacht. Dat in Oostende het Wilhelmus werd gezongen, was dus een geprogrammeerde hold-up. Er was geen aansporing van buitenaf nodig.
Lees ook van Hugo Camps: Afscheid van de zwaan, Tom Dumoulin
Een koprol in de modder hield Mathieu van der Poel niet tegen: hij stormde regelrecht naar zijn vierde wereldtitel. Niet één grimas van pijn op het immer jeugdige gezicht. En ook geen extase na de koers. Een korte omhelzing met zijn begeleiders kon er nog af, maar verder besteedde de kannibaal weinig aandacht aan zijn bravoure. Aan alles zie je dat hij winnen gewoon is geworden. Als een statistisch gegeven. Vreugde huppelt mee, maar wordt geen explosie meer.
Winnen is gewoon geworden
Vooraf werd druk gespeculeerd over de kansen van de twee titanen Van Aert en Van der Poel. Het vooroordeel kantelde naar de Belg van Jumbo-Visma: grotere motor, meer kracht, weerbaarder. En vooral mentaal oersterk. Poeltje werd meer gezien als een flyer die zich bij tegenslag mentaal laat uitwaaien.
Lees ook: ‘VdP’, de grootste atleet op twee wielen
Het was in Oostende precies andersom. Van der Poel kliefde met meer kracht en souplesse door het zand, zijn wil om te winnen was sterker en hij had zich minder druk opgelegd. Halverwege de wedstrijd reed hij los. De laatste rondjes werd hij almaar sterker. Er is geen twijfel meer mogelijk: Van der Poel is de beste veldrijder uit de moderne geschiedenis. Een fenomeen in enkelvoud. Niemand benadert zijn klasse.
Doodjammer dat dit WK in een cinematografisch decor zonder publiek werd gereden. Terwijl er alleen maar buitenlucht is en de renners van elkaar weg demarreren. De gesofisticeerde anderhalve meter wordt in de cross een straatlengte. Toch blijft het publiek op slot in het eigen televisiehok. Normaal was het WK in Oostende verreden voor 50.000 toeschouwers. Dat kon natuurlijk niet in coronatijd. Maar een paar duizend fans hadden zich makkelijk kunnen verspreiden op het strand en in de bermen langs de hypodroom. Het mocht niet en dat leek op onwil.