Vijftien jaar geleden landde de Schotse twintiger Charlie MacGregor in Amsterdam. Inmiddels heeft hij met The Student Hotel de Nederlandse markt voor studentenhuisvesting opengebroken. Nu ligt Europa voor hem open: de komende vijf jaar wil hij nog 38 Student Hotels ontwikkelen.
Wie in de buitenwijk Belfiore van Florence door het Toscaanse landschap hardloopt, doet er goed aan een rondje op het dak van The Student Hotel te doen. Vanaf volgend jaar kan dat vanaf de straat, waar een lange trap leidt tot op het dak, waar het groen van een grote daktuin de keurig afgemeten hardloopbaan omlijst. Het is een ideetje van de eigenaar, Charlie MacGregor, die hotels wil verbinden met hun directe omgeving. In Berlijn doet het Student Hotel dat ook – met een grote binnentuin, waarmee het een groene werk- en verblijfsplek voor lokale omwonenden wil zijn. ‘Een hotspot voor buurtbewoners’, zo noemt hij dat, waar studenten en andere hotelgasten doen aan ‘co-living met de buurt’.
#unstoppables
Onstuitbare ondernemers – niet te stoppen in ambitie, groei, veerkracht. In deze serie portretteren we vijf ondernemers, leren we over hun drijfveren, groeistuipen, dieptepunten en hobbels. Hoe ze die namen, wat ze ervoor gedaan en gelaten hebben. Op zoek naar het euforische, onverslaanbare, niet te stoppen gevoel dat hoort bij echt ondernemerschap. Meer unstoppable ondernemers leren kennen? Kijk op ey.nl/eoy
Ontspannen, werken en studeren
In Amsterdam staat sinds 2014 ook zo’n Student Hotel, in het voormalige kantoorpand van Trouw. Dat kantoor van 13 verdiepingen voelt bij binnenkomst niet als een hotel. De balie valt in het niet bij de lobby, waar twintigers en dertigers met laptops hun werk doen, bij een kopje cappuccino of thee. Er wordt getafeltennist, getafelvoetbald, geconverseerd. Een verdieping lager wordt gezweet in de sportschool en gezwommen in het privésportbad. Overal mixen creatieven met de studenten en hotelgasten die in de bovenliggende verdiepingen hun kamers bewonen. Want dat is het oorspronkelijke idee achter The Student Hotel: een aantrekkelijke, levendige accommodatie voor veel studenten, midden in de stad mogelijk maken. MacGregor: ‘Hier kan iedereen chillen, werken, klooien, facetimen en studeren voor een nacht, een week of een jaar. Mensen willen deze relaxte sfeer.’
Een entrepreneur? Dat is iemand die niet loslaat maar doorgaat, hoeveel obstakels hij ook tegenkomt’
Met dat idee is MacGregors onderneming als een razende gegroeid. In 2014 nog telde hij een handvol hotels in Nederland. Tegenwoordig exploiteert zijn bedrijf acht vestigingen in Nederlandse studentensteden, en nog eens vijf locaties in het buitenland: Parijs, Berlijn, Dresden, Florence en Barcelona. ‘Nog dertien locaties staan op het punt open te gaan.’
Charlie MacGregor van The Student Hotel
Het raadsel van onrendabel wonen
Charlie MacGregor is geboren en opgegroeid in het Schotse Edinburgh waar zijn vader een vastgoedonderneming dreef. Die was actief in de markt voor studentenhuisvesting, wat in het Verenigd Koninkrijk een volwassen markt is op campusterreinen van universiteiten. Hij genoot zelf een opleiding op een jongensprivéschool – die hij op zijn 15e verliet. MacGregor was ‘te dyslectisch voor goede schoolprestaties’ en leidde in plaats van een studentenleven een ondernemersbestaan. Als jonge twintiger verhuisde hij een tijdje naar Amsterdam, met als doel daarna Barcelona aan te doen. Die Catalaanse stad bereikte hij niet – hij werd in onze hoofdstad verliefd en besloot er voor zijn vriendin te blijven. Hij leerde de taal vloeiend en startte er een gezin.
Op het moment dat hij in Amsterdam aankwam, was hij al drie jaar eigenaar van het bedrijf dat zijn vader ooit opgericht had. Hij had een vastgoedproject in Leeds en deed de Britse bedrijfsvoering vanuit Amsterdam. Al gauw legde hij de wortels voor zijn Nederlandse vastgoedprojecten. Dat gebeurde nadat hij op de Bloemenmarkt langs een groepje studenten was gefietst. Ze demonstreerden over huisvesting. ‘Op een spandoek stond dat studenten niet langer in kraakpanden wilde wonen. Ik dacht: Kraakpanden? Wat?! Ik kwam tot de ontdekking dat studenten in Nederland verschrikkelijk moeilijk aan passende huisvesting kunnen komen. Op huurwoningen moet je in veel studentensteden langer wachten dan je studietijd duurt. Studentencomplexen zijn onaantrekkelijke flatgebouwen in afgelegen delen van de stad. Dus kraken ze, wonen ze anti-kraak, of erger nog, worden ze in een container gehuisvest.’ Hij vindt het belachelijk dat Nederland de toekomstige leiders van het land juist in hun vormende jaren wegzet in schamele ruimtes. MacGregor zag niet alleen de armoede van die situatie, maar ook een zakelijke kans. ‘Het grote raadsel is: hoe kan studentenaccomodatie in Groot-Brittannië big business zijn en in Nederland onrendabel? Die puzzel moest en zou ik oplossen.’
Dus ging MacGregor op onderzoek uit. Hij bezocht studentencomplexen, maakte afspraken met ambtenaren en benaderde investeerders. ‘Ik heb honderden kamers van binnen gezien, met een lege open haard, een keukenblad van 2.01 meter lengte, en een loos halletje van een vierkante meter. Alles om maar genoeg huurpunten te scoren en dus een hogere sociale huur te kunnen vragen. Maar bijna alle kamers waren ontzettend saai ingericht.’ Zo ontstond The Student Hotel: een complex in of nabij de levendige centra van studentensteden, waar studenten voor een commerciële prijs – ‘gemiddeld 850 euro per maand’ – tien maanden lang een gezellige kamer kunnen huren. In de zomermaanden worden de kamers verhuurd als hotel. In elke vestiging zijn kamers bestemd voor vrienden en familie van de studenten, voor jonge professionals die MacGregor ‘new generation corporates’ noemt en voor reguliere hotelgasten.
Groeien, tegen de klippen op
De groei is niet constant geweest. In de jaren 2008 en 2009, toen de economische crisis losbarstte, had MacGregor enerzijds een gouden propositie – ‘het aantal studenten in Amsterdam groeide, omdat er ineens veel minder banen waren voor starters’ – en anderzijds een uitdaging met banken en investeerders, die een interne focus kregen. Zo ging een van zijn banken failliet, waarna de curator de panden opeiste. In Luik viel daardoor de bouw van het Student Hotel stil. Het hield hem niet tegen. ‘Op de momenten dat alles lijkt te mislukken, weet ik dat ik anderen nodig heb om mij erdoorheen te helpen. Toen ook. Ik heb gebedeld bij iedereen die ik kende. Ik moest iemand vinden die ja zou zeggen.’ Dat laatste was dan ook wat MacGregor vroeg aan kennissen in zijn netwerk: ‘Dit is mijn plan, wil je ja zeggen?’
Hoe kan studentenhuisvesting in Groot-Brittannië big business zijn en in Nederland onrendabel? Die puzzel moest en zou ik oplossen’
Op cruciale momenten stelt MacGregor zich de situatie als een plaatje voor. ‘In gedachten sta ik in een soort hotelgang, met allemaal dichte deuren. Ik weet dat de oplossing achter een van die deuren op mij wacht. Dus besluit ik om zoveel mogelijk deuren te openen.’ In de praktijk betekent dat: iedere ontmoeting is een potentiële oplossing. ‘Dat past bij de Nederlandse ondernemersmentaliteit: we delen graag. Men is hier heel open en bereid om elkaar te helpen. In de crisistijd heeft die openheid mij erdoorheen geholpen.’ Voor MacGregor gaan deuren dan ook nooit met een knal dicht. ‘Ik sla nooit met deuren. Je weet nooit wanneer dezelfde deur weer voor je opengaat.’
Groeispurt
De groeispurt van The Student Hotel begon vijf jaar geleden. In 2016 kocht hij zijn aandeelhouder Carlyle – een Britse vastgoedinvesteerder – uit voor naar schatting 170 miljoen euro. Hij trok een investering aan van 375 miljoen euro van het Britse vastgoedfonds Aermont en de Nederlandse pensioeninvesteerder APG Group. Daarna opende hij als een razende nieuwe vestigingen. In de afgelopen zes jaar tijd heeft het bedrijf 800 vierkante kilometer aan woon- en hotelruimte ontwikkeld. De dertien hotels omvatten opgeteld 5.500 kamers. Dit jaar verhoogden APG en Aermont de investering met nog eens 100 miljoen euro. Dat maakt het mogelijk om komend jaar het aantal Student Hotels te verdubbelen. Het bedrijf zal de deuren openen in Lissabon, Porto, Madrid, Rome, Florence, Bologna, Parijs, Toulouse, Wenen en Delft. ‘We hebben bewezen dat het model werkt. We’re just getting started.’
Bij die groei horen veel uitdagingen. Immers, het team van The Student Hotel scout, acquireert, ontwikkelt en exploiteert de hotels tegelijkertijd. ‘Het kost veel tijd om de pijplijn te vullen. Elk hotelproject is uniek en specifiek op de locatie en het lokale publiek geënt. Wij haten copy-paste.’ Omdat het bedrijf hotels in verschillende Europese landen exploiteert, heeft het met grote verschillen in wet- en regelgeving en culturen te maken. Daarvoor moet het bedrijf doorlopend aan training en teambuilding doen, voor alle 600 werknemers. ‘We moeten de spirit hoog zien te houden en ons merk consistent laten blijven.’ Dat illustreert MacGregor met een anekdote. In het Student Hotel in Den Haag sprak hij een oudere dame. ‘Die vertelde me dat ze veel reist en in elke stad waar ze naartoe gaat, altijd The Student Hotel boekt. Ze vindt het zo’n prettige sfeer in het hotel.’ Het overtuigde MacGregor ervan dat zijn studentenhuisvesting ook mensen buiten de doelgroep aanspreekt. ‘Er is gewoon een grote behoefte aan kamers van goede kwaliteit, in hotels met een gastvrije sfeer, die onderdeel vormen van een lokale gemeenschap.’
Entrepreneur, tegen wil en dank
Hoe juist Charlie MacGregor erin is geslaagd om met de combinatie van een hotel, een nieuwe markt aan te boren voor stedelijke studentenhuisvesting en deze razendsnel te veroveren? ‘Simpel, niemand anders deed het.’ De Schotse Amsterdammer heeft zichzelf nooit als entrepreneur beschouwd. ‘Pas de laatste jaren, sinds The Student Hotel groot is, en sinds ik word uitgenodigd in paneldiscussies met ondernemers, realiseer ik me wat een entrepreneur is. Namelijk een oplosser, iemand is die een idee heeft, en die niet loslaat, maar doorgaat, hoeveel obstakels hij ook tegenkomt.’