Plotseling waren niet Nederlanders afgeluisterd door Amerikanen, maar hadden Nederlanders terroristen afgeluisterd en het resultaat aan de Amerikanen gegeven. De raadsels stapelen zich op.
Een PvdA-minister, Ronald Plasterk, die toegeeft dat wat hij drie maanden geleden zei niet klopt. En een VVD-minister, Jeanine Hennis-Plasschaert, die zegt dat ze altijd al wist dat wat Plasterk zei niet klopte.
Het is maar een van de raadselachtige elementen uit de afluistercrisis die zich in Den Haag ontrolt.
Vanaf eind oktober vertelde minister Plasterk van Binnenlandse Zaken aan iedereen die het wilde horen, dat de Amerikaanse inlichtingendienst NSA rond de voorgaande jaarwisseling 1,8 miljoen telefoontaps had gepleegd, waarschijnlijk van Nederlands telefoonverkeer met de Verenigde Staten.
Praatgraag
Die tapgegevens waren volgens Plasterk zeker niet door Nederlandse diensten aan de Amerikanen gegeven. De minister reageerde op een bericht uit Der Spiegel, ontleend aan klokkenluider Edward Snowden.
Maar gisteren berichtte Plasterk samen met Hennis-Plasschaert van Defensie aan de Kamer dat het in Der Spiegel ging over 1,8 miljoen berichten die door de Nederlandse afluisterdienst NSO waren geregistreerd en overhandigd aan de Amerikanen. Het zou ook niet om afgeluisterde ‘Nederlandse’ gesprekken gaan, maar om satellietverkeer in het buitenland ‘in het kader van terrorismebestrijding en militaire operaties’.
Het ziet er dus naar uit dat Plasterk – altijd al een praatgraag – maar wat beweerd heeft, eind vorig jaar. De vraag is of hij maar wat verzon of op het verkeerde been was gezet door zijn eigen ambtenaren van de AIVD, die samen met Hennis’ militaire inlichtingendienst MIVD de afluisterdienst NSO beheert.
Moeite
En waarom heeft Hennis hem niet meteen bijgepraat, terwijl ze zegt altijd al te hebben geweten dat het in Der Spiegel niet ging om afluisterwerk van de NSA maar van de Nederlandse NSO, en dat het wettelijk toegestane anti-terreurtaps betrof?
Plasterk heeft heel wat uit te leggen, bij het Kamerdebat van komende dinsdag. En Plasterk en Hennis zullen samen behoorlijk wat moeite hebben om duidelijk te maken dat de Kamer niet onjuist werd geïnformeerd en dat het kabinet heus steeds met één mond sprak.
Beide ministers hebben een serieus probleem. En misschien het hele kabinet.