Het kabinet is van plan het aantal financiële regelingen voor ouders met kinderen vanaf 2015 sterk te verminderen. Op dit moment zijn er elf regelingen, maar over twee jaar blijven er vier over.
Dat schrijft minister van Sociale Zaken Lodewijk Asscher (PvdA) dinsdag aan de Tweede Kamer.
Kinderbijslag
De vier regelingen die na 2015 zullen blijven bestaan, zijn de kinderbijslag, het kindgebonden budget (een inkomensafhankelijke tegemoetkoming in de kosten van kinderen), de combinatiekorting (een fiscale tegemoetkoming voor de combinatie van werken en de zorg voor kinderen) en toeslag voor de kinderopvang.
De kinderbijslag voor oudere kinderen wordt wel stapsgewijs verlaagd: het is de bedoeling dat vanaf 2016 elke ouder hetzelfde kinderbijslagbedrag krijgt, onafhankelijk van de leeftijd van het kind. Daar staat tegenover dat het kindgebonden budget omhoog gaat. Alleenstaande ouders krijgen bijvoorbeeld een hoger bedrag uitgekeerd.
Overige regelingen als de ouderschapsverlofkorting en de aftrek levensonderhoud (korting op uitgaven voor levensonderhoud van kinderen jonger dan 21 jaar) worden samengevoegd met de vier regelingen, of afgeschaft.
Inkrimping
Volgens Asscher is de voorgestelde inkrimping ‘eerlijker, eenvoudiger en effectiever,’ en is het vooral een bezuiniging: er wordt voor 800 miljoen euro bespaard. Per jaar trekt de overheid 10 miljard euro uit voor financiële regelingen voor ouders met kinderen.
De vier regelingen die overblijven hebben voor de minister een helder doel: ze moeten verval in armoede voorkomen. Bovendien stimuleren de regelingen ouders om te gaan werken of hun baan niet op te zeggen.