Bayern München en Barcelona hebben goede kans op het bereiken van de halve finale in de Champions League. De Duitsers wonnen eenvoudig met 2-0 van Juventus terwijl Barça met een 2-2 tegen Paris st. Germain een goede uitgangspositie voor de volgende ronde heeft.
De ploeg uit de Franse hoofdstad, met veteraan David Beckham in de basis, creëerde opvallend veel kansen tegen de Catalaanse sterrenploeg.
Maar Zlatan Ibrahimovic had zijn avond niet en liet enkele grote kansen onbenut. Het omgekeerde gold voor Lionel Messi die in de beginfase vrijwel onzichtbaar was, maar wel de 0-1 binnenschoot na een fantastische assist van Dani Alves.
Venijn in de staart
De Spanjaarden leken op een sobere overwinning af te gaan, maar tien minuten voor tijd sloeg de ongelukkig spelende Ibrahimovic dan toch toe. Vanuit buitenspelpositie tikte de Zweed de gelijkmaker binnen.
Maar daarmee was de wedstrijd nog niet klaar. Barça leek er een minuut voor tijd met de buit vandoor te gaan na een makkelijk gegeven strafschop. Maar diep in de blessuretijd bepaalde Blaise Matuidi de eindstand op 2-2. Zorgelijk voor Barcelona was het uitvallen van Messi die in de rust met een spierblessure in de kleedkamer bleef.
München
In München won Bayern eenvoudig van de Italiaanse kampioen Juventus. David Alaba verraste al in de eerste minuut iedereen, maar vooral keeper Gigi Buffon met een schot van afstand.
Arjen Robben, al na een kwartier in het veld gekomen, kreeg een grote kans op de 2-0, maar Buffon stopte deze inzet wel. Thomas Müller verdubbelde na rust de score, maar deed dit wel op aangeven van Mario Mandzukic die in buitenspelpositie stond.
De returns worden volgende week woensdag gespeeld.