In de VVD is onrust ontstaan over de mogelijke verlaging van de maximale snelheid op de snelweg. De partij presenteerde zich de afgelopen jaren als ‘vroempartij’ na verhoging van de maximale snelheid naar 130 kilometer per uur. Door de stikstofproblematiek lijkt de partij daar nu van terug te komen. VVD-fractievoorzitter Klaas Dijkhoff noemde het verlagen van de maximumsnelheid eerder deze week geen taboe.
Sinds 2012 mag er harder worden gereden op Nederlandse snelwegen. Op een groot deel van de Nederlandse snelwegen werd de maximumsnelheid verhoogd van 120 naar 130 kilometer per uur. Voormalig minister van Infrastructuur Melanie Schultz van Haegen (VVD) zei toen dat ‘de hogere snelheid past bij de beleving van de automobilist’.
Stikstofproblemen
Voor de politiek draait het nu niet om de beleving van de automobilist. Door de maximumsnelheid in Nederland te verlagen, zou de stikstofuitstoot afnemen. Voor het kabinet is dat belangrijk nu duizenden bouwprojecten stilliggen wegens de te hoge stikstofwaarden nabij Nederlandse natuurgebieden. Als de maximumsnelheid wordt verlaagd, kunnen de bouwprojecten weer worden opgestart. Andere maatregelen, zoals het saneren van veehouderijen, kosten te veel tijd voordat een positief effect op de stikstofwaarden merkbaar is.
Lees ook: Nauwelijks tijdwinst
Voorstanders van het verlagen van de maximumsnelheid betwisten de positieve effecten van een maximumsnelheid van 130 km/u. Zo zou nauwelijks tijdwinst worden geboekt door het snellere rijden. Al bij de invoering van de hogere snelheid was dat onderwerp van discussie. Voorafgaand aan de invoering verwachtte Rijkswaterstaat dat de reistijd op de weg met 1 procent zou afnemen.
Dit jaar publiceerde de Algemene Rekenkamer een onderzoek naar de behaalde tijdwinst. Daaruit bleek dat slechts op enkele trajecten daadwerkelijk tijdwinst is behaald. Op Radio 1 zei Rekenkamerlid Francine Giskes over het onderzoek: ‘Bij veruit de meeste trajecten is de reistijd gelijk gebleven of zelfs licht toegenomen.’
Beleving van de automobilist
Toch is volgens verkeerspsycholoog Gerard Tertoolen niet zozeer de tijdwinst voor een automobilist relevant, als wel de beleving. Daarmee bevestigt hij de eerdere uitspraken van Schultz van Haegen. In het Algemeen Dagblad waarschuwt Tertoolen voor boze automobilisten: ‘Als we overal terug moeten naar 100, dan heb je de poppen aan het dansen. Daar word je gek van. Vroeger was 80-100 kilometer per uur prachtig, maar met de huidige moderne auto’s zit je jezelf op te vreten als je niet harder mag.’
Op deze manier zit het kabinet met een dilemma. Kiezen voor een snelle oplossing voor het stikstofprobleem of boze automobilisten die liever willen doorrijden? Een mogelijke oplossing hiervoor is de introductie van een variabele maximumsnelheid. Dan zou op sommige snelwegen tussen zeven uur ’s avonds en zes uur ’s ochtends 130 km/u worden gereden, terwijl overdag de maximumsnelheid 100 of 120 km/u blijft.
Is zo’n variabele maximumsnelheid dé oplossing voor het kabinet? Praat mee! De stelling van de dag luidt:
Geef uw mening onder dit artikel. U kunt alleen reageren als u abonnee bent.
Let op: door uw mening te geven, gaat u ermee akkoord dat de redactie van Elsevier Weekblad uw reactie kan uitlichten in de digitale rubriek Reacties op de stelling.