Michelle Obama toont als First Lady een verfrissende kijk op representatieve kleren. Met en zonder haar kenmerkende vestjes of ontblote schouders
Anderhalve week voordat op 20 oktober 2014 de 82-jarige modekoning Oscar de la Renta overleed, droeg de Amerikaanse presidentsvrouw Michelle Obama (51) toch eindelijk een keer een ontwerp van de toen al erg zieke ontwerper: een flatteus mouwloos zwart jurkje opgesierd met felblauwe geborduurde bloemblaadjes en zilveren takjes uit de meest actuele Oscar de la Renta-najaarscollectie.
Ze maakte dit mooie gebaar tijdens een bijeenkomst op het Witte Huis over de toekomst van modeopleidingen. Dat leek geen toeval, zoals veel van haar kledingkeuzen weloverwogen lijken. De keuze voor De la Renta was opmerkelijk, omdat hij zich in de jaren daarvoor weinig vriendelijk had uitgelaten over de kledingstijl van de First Lady.
De van oorsprong Dominicaanse, maar al ruim vijftig jaar in New York werkzame De la Renta, was de lievelingsontwerper van de voorgaande presidentsvrouwen Hillary Clinton en Laura Bush.
Hij kon het blijkbaar moeilijk verkroppen dat hij die positie niet langer bekleedde. Eerst uitte hij kritiek op de vele vestjes die Michelle Obama droeg, ook bij meer officiële ontvangsten. En toen de presidentsvrouw bij een staatsdiner met de Chinese president Hu Jintao een vlammend rode avondjurk droeg van het Britse modehuis Alexander McQueen, vond hij dat ze het werk van Amerikaanse designers beter moest uitdragen.
Beroemd
Ten onrechte. Want sinds de eerste ambtstermijn van haar man heeft ‘Mobama’ (zoals ze geregeld op internet wordt genoemd) overtuigend vaak gekozen voor kleding van Amerikaanse, soms jonge en relatief onbekende modeontwerpers. Ontwerpers wier roots vaak in andere landen lagen.
Zo werd de toen 26-jarige, deels Taiwanese ontwerper Jason Wu in één klap beroemd als de maker van de witte lange jurk waarin Michelle danste met haar net als president beëdigde echtgenoot, tijdens het inauguratiebal in januari 2009.
Vier jaar later was het weer een vloerlange, ditmaal rode jurk van Wu die mevrouw Obama droeg voor de feestelijke gelegenheid die de tweede periode van haar man als president inluidde. Wu, inmiddels een gevestigde naam in de mode, werd enkele maanden daarna door het Duitse Boss aangesteld als creatief leider van de vrouwenmode van het internationale merk.
Kritiek
Het was de voormalige redacteur van de Amerikaanse Vogue André Leon Talley die Michelle Obama zou hebben geattendeerd op Wu. Ze sierde al twee keer het omslag van dat blad, beide keren met blote armen. Ook op haar eerste officiële portret uit 2009 liet de First Lady haar armen en zelfs een flink deel van haar schouders bloot in haar zwarte jurk met parelketting.
Het leidde tot kritiek uit conservatieve hoek. Veel leek de presidentsvrouw zich er niet van aan te trekken, ofschoon op het tweede officiële Witte Huis-portret uit 2013 (wederom in het zwart met parels, maar nu met een pony in het steilgemaakte haar) de mouwen tot de elleboog reikten.
In de vier tussenliggende jaren had de wereld gezien dat zij een veelzijdige kijk op haar uiterlijk toonde, waarbij ze geregeld armen en schouders bloot liet. Geholpen door Ikram Goldman, eigenares van een modewinkel in Chicago, droeg ze vaak opmerkelijk kleurrijke kleren van jonge en gevestigde ontwerpers uit de Verenigde Staten, maar ook uit de modehoofdsteden in Europa: onder meer van Etro uit Milaan en Junya Watanabe (een veelkleurig vestje) uit Parijs.
Voor het merendeel zelf aangeschaft (sommige ontwerpen worden aangeboden en kostbare sieraden geleend) en meestal verrassend modieus voor haar representatieve functie.
Elsevier nummer 28, 11 juli 2015